Financieel overzicht Deze verklaring kan aan de Pachtkamer wor den verzocht door partijen bij de voorgenomen of geldende pachtovereenkomst, waarbij de hypothecaire schuldeiser wordt gehoord. Weigert de Pachtkamer de verklaring, dan kan beroep worden ingesteld door de par tijen, terwijl bij het uitspreken van de verkla ring de hypothecaire schuldeiser daartegen in beroep kan gaan. AVij geven U in overweging om de gevraagde toestemming tot verpachting te verlenen, in dien U van oordeel zij t, dat de verkoopwaarde van het onderpand door de verpachting niet zodanig wordt gedrukt, dat deze Uws inziens daalt beneden een bedrag, waarvan Uw vor dering plm. 60 bedraagt. Wordt de waarde Uws inziens door verpach ting te veel gedrukt, dan geven wij U in over weging een toestemming tot verpachting te weigeren, in welk geval de eigenares en aspirant-pachter aan de Pachtkamer een ver klaring kunnen vragen als bovenbedoeld, waarbij U dan wordt opgeroepen en kunt motiveren, waarom U meent, dat de waarborg van de bank door verpachting te zeer wordt aangetast. Vraag: Door het overlijden van enige borgen van onze voorschothouders, dienen hiervoor nieuwe akten gemaakt te worden. Nu is onze vraag: dient het oorspronkelijk geleende bedrag op deze nieuw te tekenen akte te worden ingevuld, of het bedrag dat op de datum, dat de nieuwe borgen tekenen, nog verschuldigd is aan de bank? En dient in de boeken het voorschot geboekt te worden als afgelost en weer opnieuw een voorschot ge geven, te boeken als uitgave? Antwoord: In de gevallen, bedoeld in Uw schrij ven, moet gebruik gemaakt worden van een schuldbekentenis-formulier 101. De wijze van invulling van het formulier volgt uit de tekst zelf. Er wordt schuldig erkend het bedrag, dat op de datum van ondertekening door de schulde naar nog verschuldigd is, terwijl daarna wordt vermeld, dat dit schuldig erkend bedrag het saldo is op heden van een op ontvangen voorschot, oorspronkelijk groot Vervolgens worden de namen van de borgen ingevuld, d.w.z. zowel van de nog in leven zijnde borgen van het oorspronkelijk voor schot als van hen, die nieuw als borg toetre den. Zowel de nog bestaande borgen als de nieuwe moeten de nieuwe akte met volledig goedschrift tekenen. Er behoeft geen boeking plaats te vinden. De koersdaling die, naar wij de vorige maal signaleerden, in de maand Februari voor het eerst op de Staatsfondsenmarkt na de ge slaagde emissie van de 3 -Staatslening 1954 - is ingetreden, heeft in Maart verdere voort gang gemaakt. Weliswaar hebben de verliezen ook nu nog geen scherpe vormen aangenomen, maar het is na de maandenlange koersstijging op zichzelf al opmerkelijk genoeg, dat zich thans een tegengestelde beweging voordoet. Wij hebben in ons vorig overzicht reeds er op gewezen, dat de regeling, welke de Nederland- sche Bank met het bankwezen heeft getroffen terzake van de binding van liquiditeiten, een verkrapping op de geld- en kapitaalmarkt moest teweegbrengen, omdat er als gevolg daarvan in geval van nieuwe emissies in veel mindere mate van het bekende middel van de voorfinanciering gebruik zou kunnen worden gemaakt, waardoor een tendenz tot rentestijging moest ontstaan. Dit laatste vooropgesteld natuurlijk, dat overi gens de omstandigheden, die beslissend zijn op de vraag- en aanbodsverhoudingen op de kapitaal markt, gelijk zouden blijven. Hoewel er intussen nog geen grote nieuwe leningen meer zijn uit gegeven, spreekt het vanzelf, dat dit nieuwe element en in sterkere mate nog de verminde ring der bankliquiditeiten een zekere invloed op de koersvorming zou uitoefenen. Daarbij heeft zich nog een tweede, meer recht streekse en niet voorzienbare factor gevoegd. Zoals men weet, heeft de Nederlandsche Bank namelijk het onderscheid tussen z.g. internatio nale en zuiver binnenlandse fondsen opgeheven. In eerste instantie is die maatregel uitsluitend voor buitenlandse bezitters van zulke binnen landse fondsen (het overgrote deel van de op de Amsterdamse effectenbeurs genoteerde waar den) van belang. Tot die binnenlandse fondsen behoort ook de 3/3U %-lening 1947. waarvan Overlijden van borgen 253

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1954 | | pagina 17