kop van de koopprijs kan terugvorderen niet persé in ontkennende zin beslist. Want weliswaar is de beperking van het terug vorderingsrecht tot i jaar vervallen, doch daar tegenover kan men stellen, dat de koper krach tens de regels van het gemene recht de on verschuldigd betaalde zwarte kop nog ge durende 30 jaren kan terugvorderen! Dit be toogde de minister. Uit de behandeling in de Tweede Kamer kan men echter afleiden, dat zij van geen enkel terugvorderingsrecht wilde weten. Hoe het in de praktijk zal gaan, kan alleen de rechtspraak leren. En om de zaak nog wat ingewikkelder te ma ken, werd er in de Kamer opgemerkt, dat de overeenkomst, die, zoals de wet bepaalde, on danks de zwarte betaling, geldig blijft, niet de overeenkomst is, zoals de Grondkamer die heeft goedgekeurd, maar de overeenkomst, zoals par tijen die hebben gesloten (dus mèt de zwarte prij sEen overeenkomst, waarbij geld onder tafel ging, zou dus geldig zijn! De minister was het hiermee natuurlijk niet eens, maar de Kamer heeft zich er niet over uitgesproken. Wij zullen hier te dezer plaatse niet verder op ingaan. Wie interesse heeft voor deze proble men leze het interessante artikel van Jhr. Mr. C. M. O. van Nispen tot Sevenaer in ,,de Pacht" van September 1953. Boven is reeds gezegd, dat het verlof tot ver koop bij executie of verkoop ex art. 1223 B.W. steeds wordt gegeven, doch dat de Grondkamer wel een maximumprijs vaststelt. Wat hen, die zich bezig houden met het uit zetten van geld op hypotheek en dus ook de boerenleenbanken vooral zal interesseren is de vraag: hoe zit het met die vast te stellen maximumprijs? De enige bepaling, welke werkelijk 100 c/o hou vast biedt is deze, dat de Grondkamer de maxi mumprijs niet lager vaststelt dan de som van de hypothecaire schulden met rente en kosten, welke op 9 Mei 1940 reeds op het land waren gevestigd, voorzover deze hypotheken op het tijdstip van de voorgenomen verkoop nog be staan. Met de hypotheken, welke na 9 Mei 1940 gevestigd zijn en worden, wordt echter bij de bepaling van de maximumprijs geen rekening gehouden. Op welk bedrag die prijs door de Grondkamer zal worden vastgesteld ligt min of meer in de schoot der toekomst verborgen. Zoals boven reeds gezegd, zal elke Grondkamer voor haar gebied (provincie) onder goedkeuring van de minister van Landbouw jaarlijks bij besluit normen vaststellen voor de maximumprijs. De Grondkamer moet daarbij de regelen in acht nemen, door die minister gesteld. Deze regelen nu zijn bekend uit de bovengenoemde algemene maatregel van bestuur, welke tegelijk met de onderhavige wet in werking is getreden. Hierin vindt men dus reeds een zekere richtlijn. Bepaling der maximumprijzen Volgens de wet wordt bij de bepaling van de hoogst toelaatbare prijs uitgegaan van de netto- pachtwaarde. De netto-pachtwaarde wordt ge vonden door van de door de Grondkamer ge schatte bruto-pachtwaarde de lasten, welke op de grond drukken, af te trekken. Zoals wij hieronder verder zullen zien, zijn in de alge mene maatregel van bestuur bedragen opgeno men, welke als grondslag kunnen dienen voor de door de Grondkamers ter bepaling van de bruto-vrachtprijs vast te stellen normen. Daar bij is men te rade gegaan aan de hand van de beschikbare bedrij fsuitkomsten van de z.g. typebedrij ven. Voorts worden het land en de gebouwen voor de praktijk van de taxatie afzonderlijk behan deld. Wij zullen thans nagaan, hoe de maximumprijs voor de verschillende objecten wordt vastge steld. 1. LANDBOUWBEDRIJVEN. A) Land. a) Cultuurland. De hoogst toelaatbare prijs wordt verkre gen door de netto-pachtwaarde te kapitali seren naar een rentevoet van 3 °/o. De Grondkamer kan van dit percentage af wijken, doch naar beneden niet verder dan tot en naar boven tot 3 j4- Ter bepaling van de bruto-pachtwaarde waaruit de netto-pachtwaarde door aftrek- van lasten wordt afgeleid heeft de mi nister aan de Grondkamer richtlijnen ge geven, neergelegd in onderstaande tabel. Hierbij stelt de eerste kolom voor: de bruto-pachtwaarde per ha per jaar voor de per categorie meest voorkomende bedrij ven, terwijl in de tweede kolom is opge nomen de i.v.m. kwaliteit en ligging ma ximaal aan te houden bruto-pachtwaarde per ha per jaar. Hypotheekhouders 1 93

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1954 | | pagina 17