de huidige moeilijkheden. Doch het ondernemen van dergelijke stappen ligt niet binnen het bereik van één enkele regering. Om tot een oplossing te komen moeten de wereldlandbouwvraagstukken behandeld worden in internationale samenwer king. Hoewel het evenwicht tussen de nationale mark ten en de wereldmarkt op het ogenblik bedreigd wordt door de zich opeen stapelende overschot ten van landbouwproducten, is het echter zeer goed mogelijk, dat binnen een paar jaar de be dreiging van de andere kant komt. Niet-lonende prijzen voor landbouwproducten kunnen leiden tot een verminderde productie, die onvoldoende zcu zijn om de toenemende behoeften van een groeiende wereldbevolking te bevredigen. I loe enorm de zogenaamde overschotten ook mogen schijnen, zij vertegenwoordigen slechts een te verwaarlozen gedeelte van het huidige wereldverbruik. Dit percentage is onbeduidend vergeleken met de schommelingen in de wereld voedselproductie, welke alleen al veroorzaakt worden door weersgesteldheden of met het toe nemen van de vraag ten gevolge van de gestadige uitbreiding van de wereldhandel. Om de nodige internationale samenwerking te bereiken is indertijd de F.A.O. opgericht. Maar de regeringen hebben verzuimd het vraagstuk van de overschotten onder handen te nemen toen er nog ruimschoots tijd voor was. Thans oefenen de omstandigheden meer en meer druk uit, doch er is nog tijd om een initiatief te nemen. Als men deze kans nu verzuimt, zal dit leiden tot een herleving van economisch natio nalisme en tot een verlaging van de levensstan daard voor de gehele wereld. Nationale maat regelen zoals productie- en importbeperkingen en exportsubsidies, geven geen blijvende oplos sing. Deze maatregelen verwoesten niet alleen hoop op een betere wereld, doch leiden ook tot wantrouwen en bitterheid in internationale ver houdingen juist op het ogenblik, dat de gemeen schap van de vrije volkeren zo noodzakelijk is als de beste waarborg voor een blijvende vrede. De vrije volkeren moeten een internationaal plan opstellen en tot uitvoering brengen. De I.F.A.P. doet daarom het voorstel tot het vormen van een Wereldvoedselreserve, waarin de overschotten kunnen worden ondergebracht. Uit deze reserve zal geput kunnen worden om in de toekomst aan een grotere vraag te kunnen voldoen of om aan tijdelijke betalingsmoeilijk heden tegemoet te kunnen komen en om op deze wijze een grotere stabiliteit op de wereldmarkt te bevorderen. Naar het voorstel van de I.F.A.P. moet de Wereldvoedselreserve worden gevormd onder gemeenschappelijke auspiciën van de F.A.O.de Internationale Herstelbank en het secretariaat van de Verenigde Naties. Men ziet, dat de wereldboerenorganisatie, waar van ook de Stichting voor de Landbouw lid is, duidelijke taal heeft gesproken. Dat zij verstaan moge worden! Een voorspelling Als de Engelse econoom Colin Clark, die voor 1954 een crisis in het Amerikaanse bedrijfsleven voorspelt, gelijk krijgt, staan er moeilijke tijden voor de deur. Prof. Clark heeft in de economie een grote naam. Hij heeft meer aan voorspel lingen gedaan en deze zijn uitgekomen ook. Tien jaar geleden, midden in de oorlog, publi ceerde hij een boek, getiteldDe economische omstandigheden in 1960. Het vorige jaar heeft hij zijn eigen voorspellingen geanalyseerd. De conclusie, dat hij de dingen scherper had gezien dan iemand anders, kon niet betwist worden. Hij heeft voor na de oorlog een lange periode van hoogconjunctuur voorspeld, gevolgd door een tamelijk ernstige en langdurige depressie. Zijn berekeningen brengen hem tot de conclusie, dat wij aan de depressie toe zijn. Echter, voor wat Amerika betreft, acht prof. Clark het onheil niet onafwendbaar. De Ameri kaanse volksvertegenwoordiging zal dan echter maatregelen moeten nemen of goedkeuren, die haar bijzonder zwaar op de maag zullen liggen. Er zou een belastingverlaging moeten worden doorgevoerd van maar eventjes 20 milliard dollar per jaar en dan zonder dat de staatsuit gaven zouden worden verlaagd. Amerika zou de machine ook op een andere manier aan de gang kunnen houden, maar dat zou voor het Ameri kaanse Congres nog moeilijker te slikken zijn. Men zou nl. als alternatief aan andere landen bedragen ter leen kunnen verstrekken van in totaal dezelfde orde van grootte als de aanbe volen belastingverlaging in de verwachting, dat die landen dit geld zouden willen besteden voor het kopen van Amerikaanse producten. De mid delen voor deze leningen zouden gevonden moe ten worden, evenals trouwens de mogelijkheid tot belastingverlaging, door vergroting van de nationale schuld. Prof. Clark acht het onwaarschijnlijk, dat Ame rika tijdig tot doeltreffend handelen zal over gaan, aangezien dit politiek onmogelijk is. Van daar ook, dat hij verwacht, dat in het midden van 1954 een depressie zal aanvangen. Hij Nog niet te laat 1 29

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1953 | | pagina 5