geleidelijke toeneming optreedt, in vergelijking- met vorige jaren. Een van de belangrijkste onderwerpen, die op de vergadering, die van 12 tot en met 21 Octo- ber jl. te Venetië gehouden werd, besproken werden, was het programma voor 1954. Men stelt zich voor in het nieuwe jaar 117.000 emi granten te vervoeren. Aanvankelijk was voor gesteld een aantal van 132.000. Men heeft dit aantal moeten verlagen, daar de begroting van het I( EM een tekort aanwees van 6 millioen. Ook nu was er nog een tekort van 5 millioen, waarvoor men zal trachten de nodige fondsen te vinden. Bij het programma van 1954 wordt nog slechts in geringe mate rekening gehouden met de emigratiemogelijkheden, die kunnen ontstaan door het van kracht worden van de Amerikaanse Refugee Relief Act. Men houdt rekening met een mogelijke extra contingentale emigratie, op grond van deze wet, naar de Verenigde Staten van 28.000 personen, een cijfer, dat voor 195 en 1956 hoger zal kunnen zijn. I ijdens de vergadering te Venetië is voorts ook nog van gedachten gewisseld over de verschil lende aspecten van land-settlement of groeps- kolonisatie. Deze vorm van emigratie staat in toenemende mate in het brandpunt van de be langstelling. Ook werd de constitutie van het TCEM aange nomen. Deze zal thans ter bekrachtiging aan de verschillende regeringen worden toegezonden. De besprekingen over de inhoud dezer constitutie gevoerd, hebben er toe geleid, dat het eigenlijke terrein waarop het ICEM werkzaam is, scherper kan worden afgebakend tegenover de terreinen waarop verschillende internationale organisaties zich bewegen. Te enetië is ook nog gesproken over een door Paraguay ingediend plan voor land-settlement. Van Nederlandse zijde werd daarbij naar voren gebracht dat, hoewel er voor het streven der regering van Paraguay ongetwijfeld belangstel ling bestaat, het zich niet laat aanzien dat Ne derland hiertoe financieel zal kunnen bijdragen. De afgevaardigde van Paraguay, dr. Petit, is oornemens binnenkort ook hier te lande de vérstrekkende plannen van zijn regering nader toe te lichten. De Nederlandse afgevaardigden op de confe rentie te Venetië hebben een actieve rol gespeeld, ook in de leiding der conferentie. De voorzitter van de Nederlandse delegatie, dr. E. O. Baron van Boetzelaer, werd gekozen tot vice-voorzitter der vergadering en trad tevens op als voorzitter van de financiële commissie; bij afwezigheid van de Braziliaanse voorzitter presideerde hij enkele dagen de plenaire zittingen. Werk, waarvoor grote gezinnen naar Canada kunnen emigreren Ook grote gezinnen kunnen emigreren. Dit klinkt sommige lezers misschien wat vreemd in de oren, omdat vrijwel steeds wordt gezegd, dat de kansen voor grote gezinnen bij emigratie in verband met huisvestings- en andere moeilijk heden niet zo groot zijn. Dat is in het algemeen ook wel juist, maar toch doen zich soms ge legenheden voor, waardoor ook grote gezinnen de kans krijgen te emigreren. Dit is thans het geval bij Canada. Er bestaat in Canada in bepaalde streken ieder jaar een grote behoefte aan boerengezinnen voor de teelt van suikerbieten. Deze gebieden zijn Zuid-Manitoba en wel in de omgeving van V innipeg, en Zuid-Alberta in de omgeving van Lethbridge. In deze gebieden kunnen tenminste 150 Nederlandse gezinnen worden gehuisvest en tewerkgesteld. De werkzaamheden bestaan uit de gehele verzorging van het gewas, het door hakken en opeenzetten van de bieten, het één of twee keer wieden en daarna het rooien. Naast de algemene eisen van gezondheid en be trouwbaarheid wordt hier de eis gesteld, dat in ieder gezin drie of meer volwaardige manne lijke of vrouwelijke arbeidskrachten aanwezig zijn. oor huisvesting wordt gezorgd. Men moet er echter wel op voorbereid zijn, dat dit in het algemeen een tijdelijke huisvesting is, en hoewel goed, toch niet altijd van dezelfde kwali teit als wij in Nederland gewend zijn. Verder zijn de werkzaamheden in de suikerbieten tegen de winter afgelopen. Hoewel de verdiensten wel van dien aard zijn, dat men daarvan het gehele jaar kan rondkomen, zullen de meeste Neder landse emigranten er toch de voorkeur aan geven ook in de winter te werken. In het algemeen zijn daartoe buiten de landbouw wel mogelijkheden aanwezig. Grote gezinen dus, met drie of meer volwaardige arbeidskrachten, krijeen hier een prachtige ge legenheid naar Canada te emigreren, waarhij tevens een goede basis kan worden gelegd voor de opbouw van de toekomst van dit gezin in Canada. Het spreekt echter vanzelf, dat alleen gezinnen in aanmerking komen, die ervaring hebben van de landbouwwerkzaamheden. De aanmeldingskantoren van de Gewestelijke Ar- beidsbureaux en van de particuliere emigratie organisaties zijn in het bezit van alle hijzonder- heden en kunnen alle gewenste inlichtingen ver schaffen. 146

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1953 | | pagina 22