Sparen via gezinsbegroting Spaarplan is nutteloos bij ontbreken van spaarwil Er is sedert de oorlog een steeds groeiende in vloed merkbaar van handel en industrie op de besteding van het gezinsinkomen. Het machtige reclame-apparaat, dat op het gebied van de marktvoorlichting en behoefte-opwekking zijn verdienste heeft, ontziet zich niet om ook be hoeften te scheppen hij hen, die niet direct de middelen hebben om aan die behoeften te vol doen. Daarbij wordt dan de verkrijging van het goed als heel gemakkelijk voorgesteld, mits men de betalingsvoorwaarden aanvaardt, die weer gemakkelijk te dragen zijn. En zo komen we in alle dagbladen ontelbare malen het woord ge makkelijk" tegen en even zovele malen wordt er geappelleerd aan de zwakke kant van 's mensen karakter. De fabrikant zegt dan bijvoorbeeld: „ET spaart, terwijl ET luistert". Die sprookjes gaan erin als koek en het gevolg is een steeds groter wordende gok op de toekomst. Het is niet te verbazen, dat juist uit het midden der spaarbanken een verzet komt tegen dit nieuwe „economische inzicht", omdat men terecht ziet, dat dit op den duur fataal moet gaau werken, niet alleen voor de gemakkelijke kopers, maar ook voor de industrie, die met één slag haar afzet kan verliezen, doordat men steeds op de toekomst heeft verkocht. Als het volksinkomen namelijk kleiner wordt in plaats van groter, zal het systeem ineens vast gaan lopen. Overigens constateert men hetzelfde verschijnsel over de gehele wereld en wij geven hieronder een artikel weer uit het Canadese blad „La Revue Desjardins", het maandblad van de gelijknamige banken in het Frans-talige Canada, die men Raif feisen-banken zou kunnen noemen. Hierin wordt een pleidooi gehouden voor de gezinsbegroting, op welk gebied in ons land baanbrekend werk werd verricht door de Neder landse Spaarbankbond, mede door de instelling van het Gezinsbegrotingsinstituut. b it het artikel blijkt, dat het onderwerp nog vrij summier wordt behandeld en wellicht is men nog niet aan een systematisch onderzoek toe. Ander zijds is bet frapj>ant, dat in een land met een hoge levensstandaard, de gezinsbegroting toch als een noodzaak wordt aangevoeld. Het artikel luidt als volgt: Heeft het opmaken van een begroting nut? Er bestaat een kunst van het denken, een kunst van het schrijven, een levenskunst en ook een kunst van het sparen. Het juiste sparen is nooit de vrucht geweest van toevallige omstandigheden of min of meer ge luk, maar wel van logische redenering. Sparen is het resultaat van een weloverdacht systeem van vooruitzien, waaraan getrouw de hand wordt gehouden. Het systematische sparen behoort gebaseerd te zijn op een juist opgestelde begroting. Wanneer men begint te spreken over een begro ting, stellen de meeste toehoorders zich een serie kolommen voor, die ingevuld moeten worden met cijfers, die betrekking hebben op iedere dag en ongetwijfeld verwerpen zij de gedachte, dat zij daaraan zouden moeten meedoen. In hun ogen immers is het verloren moeite een gedetailleerd overzicht te moeten bijhouden van alle uitgaven. Zij zouden gelijk hebben als hier sprake was van het bijhouden van rekeningen, alleen maar terwille van die rekeningendit zou geen enkel tastbaar resultaat opleveren, behalve dan dat men misschien zou kunnen te weten komen dat men op die en die dag een zo of zo groot bedrag beschikbaar zou kunnen hebben voor de bekosti ging van een reis, van meubilair of iets der gelijks. Een andere kwestie echter is, na te gaan of de inkomsten en uitgaven met elkaar in evenwicht zijn en cleze kwestie raakt direct het vraagstuk v an het opmaken van een begroting. Wat is een begroting? Het is wel gewenst hier direct het verschil te zien tussen een staat van uitgaven en een be groting. Een begroting is een staat, waarop vermeld is op welke wijze men zijn geld denkt te besteden, rekening houdende met zijn in komsten. Een begroting is een overzicht van hetgeen men zich voorneemt aan te schaf fen, voordat men tot het doen van uitgaven overgaat. Zij is een plan volgens hetwelk men zijn geldbeheer denkt te doen verlopen. Een begroting stelt de grenzen vast van elke categorie van uitgaven op basis van de te verwachten inkomsten. 105

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1953 | | pagina 9