lel marktverloop i 11 Mei gevolg, dat ik na afloop hoofdpijn heb". Met lag de inspecteur op de lipjxm om te zeggen: „Pro beert U het dan nu eens andersom". Hij schijnt het echter niet gezegd te hebben. Foei, tekenaar De ganse maand April hing er een blad van onze bureaukalender aan de wand, waarop een koe met een melkster was afgebeeld. Zeer tot ergernis van hen, die het plaatje goed bekeken en die weten wat een koe is en wat melken be tekent. Want die melkster zat aan de verkeerde kant en bovendien op een plaats, waar de koe als regel geen melk geeft. Inderdaad fouten, maar niet alle schuld aan de tekenaar. Hij tekende namelijk goed, maar door het omkerings- procedé van cliché en druk kwam het meisje verkeerd te zitten. Overigens kunnen we ons troosten met bet feit, dat tientallen postzegels vaak heel grote fouten bevatten in bet tekenwerk. Fouten, die echter met enig vernuft wel opgespoord kunnen wor den. De gevolgen van de watersnood zijn van de meest uiteenlopende aard geweest, waardoor alle dingen uit hun normale verband werden gerukt. Feu onzer inspecteurs bezocht de bank in Oude Tonge en zag langs de weg een hoop vodderig papier liggen. Nieuwsgierig als een goed inspecteur behoort te zijn, wroette hij eens met de voet in dit afval en bekeek sommige stukken eens nader. Het bleek een deel van het archief te zijn van de zuster- boerenleenbank in Oude Tonge. Vanzelfspre kend was zijn controlerende geest geschokt door bet feit, dat een boerenleenbankarchief zo maar langs de weg kon liggen. Van pecus tot pecunia Zo nu en dan leest men in verhalen van ontdek kingsreizigers nog wel eens van merkwaardige betalingsmiddelen bij weinig ontwikkelde vol keren. Hen betaalt elkander in de vorm van pelsen, zout, schelpen, lapjes stof, metalen voorwerpen en allerhande artikelen, die voor dat bepaalde volk van hoge waarde kunnen worden geacht. Dezer dagen lazen wij het verband, dat er be staat tussen bet Latijnse woord voor geld pecunia en het betalingsmiddel in natura. Het Latijnse woord pecus duidt namelijk kudde aan. waaruit duidelijk blijkt, dat het geldstuk- in de plaats is getreden van het algemeen ge bruikelijke waardebepalingsmiddel: vee. Dat verband is nog tevens te zien aan de ossc kop, die op antieke munten staat afgebeeld. We zouden ons echter moeilijk voor kunnen stellen boe een spaarbank zou moeten function- neren, indien de spaarders een koe kwamen inleggen of een zak zout. De Raiffeisen-kleuren hoog Het is voor onze boerenleenbanken altijd moei lijk om bij vergaderingen en feestelijke gelegen- beden een eigen stempel op de bijeenkomst te drukken. Ons werk beeft nu eenmaal een abstract karakter. Toch maakt men meermalen een dank baar gebruik van eenvoudige materialen, die de C.B. beschikbaar stelt, o.a. grote in kleuren uit gevoerde emblemen,, die voor in de zaal gehan gen kunnen worden, alsmede spandoeken in de kleuren groen en wit. Met een juiste toepassing- van bloemen en groen krijgt men dan vaak een welverzorgd geheel, dat menige minder aantrek kelijke zaal opluistert. De nieuwe prijsvaststelling van de regering voor de buitenlandse granen heeft niet nage laten een prijsdalende invloed op de binnen landse markt uit te oefenen ten aanzien van gerst, die met ongeveer 4,per 100 kg daalde. De rogge kon zich handhaven, terwijl de haver f 3,per 100 kg in prijs steeg. Het aanbod van binnenlandse granen is uiter aard klein, daar de oogst van 1952 zo goed als geruimd is. De notering aan de Groninger graanbeurs voor midden Mei jl. was per 100 kg: Tarwe 24,25 26,— Rogge 27,25 29,25 Wintergerst 23,25,25 Zomergerst 27,25 28,25 Haver 25,29, Tn hooi en stro ging weinig om. De carton- industrie heeft zich andermaal verplicht gezien Het archief langs de weg 290 April '53 f 26,75 29,25 29,75 3T-5° 26,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1953 | | pagina 26