Door cle financiële doolhof
keerde banen leiden. De prijzen moeten zoveel
mogelijk economische realiteiten weerspiegelen,
cl.w.z. aansluiting zoeken bij de prijsverhoudin
gen op de in- en uitvoermarkten. Indien men
hiermede rekening houdt, zijn de mogelijkheden
voor de prijspolitiek beperkt.
Intussen is de Stichting voor de Landbouw met
de minister een gesprek begonnen over de grond
slagen van de landbouwpolitiek. De Stichting
wil onderzocht hebben welke de mogelijkheden
zijn om voor de verschillende land- en tuinbouw
producten een actief landbouwbeleid te voeren.
Zij is blijkbaar nog niet zo ver, dat zij met prof.
Horring aanvaardt, dat er slechts beperkte mo
gelijkheden bestaan op dit gebied.
De internationale tarwe-overeenkomst
In 1949 tekenden 46 landen de internationale
tarwe-overeenkomst, die op 31 Juli a.s. afloopt.
De overeenkomst is in de afgelopen vier jaren
onmiskenbaar in het voordeel van de impor
terende landen geweest. De vrije noteringen
lagen immers constant boven de maximumprijs
van 1.80 per bushel, voor welke prijs de in
voerende landen het overeengekomen kwantum,
als regel een aanzienlijk deel van de invoerbe-
hoeften, konden dekken.
Het ligt voor de hand, dat de exporterende
landen, U.S.A., Canada, Australië en Frankrijk
(Zuidamerikaanse landen en Rusland doen niet
mee) op verhoging van de maximumprijs heb
ben aangedrongen toen de onderhandelingen
over een nieuwe overeenkomst een aanvang
namen. Men is het nu eens geworden over een
maximumprijs van 2.05 per bushel (oude prijs
1.80) en een minimumprijs van 1.55 per
bushel (oude prijs 1.20). Wat de hoeveelheden
betreft is men zover gekomen, dat vier expor
terende landen tezamen aan 42 importerende
landen 16.2 millioen ton tarwe zullen leveren.
Nu hebben echter de Engelsen roet in het eten
gegooid. Zij willen slechts een maximumprijs
accepteren van 2 dollar en geen cent meer. Doet
Engeland niet mee, dan zal er een belangrijke
wijziging in de exporthoeveelheden moeten wor
den aangebracht.
Wat beweegt het Verenigd Koninkrijk het been
zo stijf te houden? Het is interessant dit te
horen uitleggen door een zeer gezaghebbende
Engelse courant. Het komt hierop neer. Het
wordt tijd, dat de tarwe-exporterende landen
geconfronteerd worden met de werkelijkheid.
Door kunstgrepen (opkopen van tarwe in de
U.S.A. door de regering) is gedurende de
laatste jaren de wereldmarktprijs kunstmatig
hoog- gehouden. Het voordeel, dat de impor
terende landen van de overeenkomst hadden, be
stond slechts in schijn. Als de Amerikanen de
kunstgrepen hadden nagelaten, zou de prijs
beneden 1.80 zijn gedaald. Zij deden echter
hun uiterste best de prijzen hoog te houden en
zij hebben daardoor de buitenlandse afnemers
de voordelen onthouden, die de opeenvolgende
grote tarwe-oogsten hen hadden kunnen bren
gen. Zij hebben dat weer trachten goed te maken
door milde giften en leningen van milliarden
dollars. Maar dat is de verkeerde manier en dat
moet Amerika nu maar eens duidelijk worden
gemaakt. Engeland kan bovendien slecht ver
kroppen, dat de Amerikanen alles hebben gedaan
0111 de grondstoffen, die het Britse gemenebest
moet leveren (tin, rubber, enz.) zo goedkoop
mogelijk in handen te krijgen. Amerika is
praktisch een handelsoorlog begonnen om de
tinprijs te doen vallen. Dit hebben de Engelsen
niet vergeten en daarom zijn zij terughoudend
nu het er om gaat de tarweproducenten van
Amerika een verzekerde afzet tegen behoorlijke
prijzen te geven. Die tarwe-overeenkomst is de
Amerikanen nog al dierbaar; juist daarom
tonen de Engelsen zich hard.
Noemden wij bij de behandeling van de beta
lingsbalans men zie de Raiffeisen-Bode van
Februari jl. de betalingsbalans de spiegel,
waarin de verhoudingen op het gebied van het
geldwezen en de economische positie van een
land zich aftekenen, de hoogte van het disconto
kan worden vergeleken met de stand van de
barometer, omdat zij een aanwijzing geeft om
trent de geldsituatie in een land.
Wij willen ons ditmaal in het bijzonder met de
betekenis van het disconto bezig houden in ver
band met de actualiteit, die dit onderwerp in de
afgelopen maand heeft gekregen door de jongste
verlaging van het disconto door de Nederland-
scht Bank, die vaak als centrale bank of bank
van de banken wordt aangeduid ten einde de
rol te verduidelijken, die zij terzake van het
geldwezen vervult.
Allereerst dient duidelijk te worden gemaakt,
De discontoschroef
246