Maandelijkse momentopnamen De veevoederdistributie opgeheven Op 29 Augustus 1939, toen de Nederlandse regering, enkele dagen voordat de Duitsers Polen binnen vielen en Frankrijk en Engeland Hitier de oorlog verklaarden, de algemene mobi lisatie van leger en vloot afkondigde, werden een reeks regeringsmaatregelen bekend gemaakt, die voor een belangrijk gedeelte betrekking had den op de voedselvoorziening. Zo werd met ingang van de eerste mobilisatiedag de vrije aflevering van veevoeder verboden. Het ver voer van granen, graanmeel, bijproducten, ge mengde voeders, kortom alles wat voor vee voeder kon dienen, mocht in het vervolg slechts geschieden indien het vervoer gedekt was door een vervoerbewijs. Het was het begin van de veevoederdistributie, die bijna 14 jaren zou duren. Het einde is gekomen op 28 April 19S3. 8 jaren nadat in Europa de vijandelijkheden werden gestaakt. Toen de distributie in werking trad was er nog geen schaarste. Men mocht echter op goede gronden verwachten, dat de aanvoer van granen en andere voedermiddelen bij het voortduren van de vijandelijkheden op moeilijkheden zou stuiten. Het ging er om met de voorraden zo zuinig mogelijk om te springen, deze door aanvoeren van overzee snel te vergroten en intussen ook maatregelen te treffen om het gebruik van de binnenlandse oogst onder controle te krijgen. Toen in Mei 1040 de algehele afsluiting van ons land een feit werd, liep de regeling reeds behoorlijk en was een- aanzienlijke voorraad veevoeder en broodgraan gevormd. Het tijdvak liggende tussen 1 September 1939 en 10 Mei 1940 was goed gebruikt. Gedurende de gehele oorlog is de veevoeder distributie een belangrijk onderdeel van de voedselvoorzieningsmaatregelen geweest. Er werd ten slotte niet zo heel veel meer gedistri bueerd dan wat bijproducten en afvalstoffen. .Alles wat daartoe dienen kon moest immers voor menselijke voeding beschikbaar worden gesteld. Juist echter om dit laatste te bereiken was de veevoederdistributie een noodzakelijk complement. De schaarste heeft in de eerste jaren na de oorlog nog voortgeduurd. Allengs is echter een ander element in het spel gekomen. Het was voor Nederland noodzakelijk de betalingsbalans sluitend te maken. Eén van de importen waarop bezuinigd moest worden, was de invoer van 244 veevoeder. Het kernpunt van de Nederlandse landbouwpolitiek werd de vergroting van de binnenlandse veevoederproductie. Een prikkel daartoe was het hanteren van de invoerkraan en de voortzetting van de distributie, ten einde dc beperkte import een rechtvaardige bestem ming te geven. Nog een factor kwam er bij. De veevoederdistributie opende de mogelijkheid dc kleine bedrijven, de bron van zorgen voor iedere landbouwminister, met enige voorkeur te behandelen en deze in de gelegenheid te stellen een naar verhouding van de oppervlakte cultuur grond, iets grotere varkens- en kippenstapel aan te houden. De tijd echter kan men niet stilzetten. Wij zijn thans zover, dat de omstandigheden het prak tisch onmogelijk maken nog langer de distri butie te handhaven van artikelen, die ruimschoots overal te koop zijn. l'it een deskundige beschou wing, die wij over dit onderwerp onder ogen kregen, wordt het duidelijk, dat door de over draagbaarheid van zowel de mengvoeder bonnen als van de grondstoffencoupures er geen waar borgen bestaan voor het kanaliseren van de vee- voederstroom voor bepaalde bedrijven. Zolang echter de z.g. vrije voedermiddelen een aan zienlijk hogere prijs deden dan de distributie voeders, kon men aan het dirigeren van het vee voeder betekenis toekennen. Deze verhoudingen hebben vrij lang bestaan bet vorig jaar is daar in wijziging gekomen: de prijsniveaux van vrije en gedistribueerde artikelen kwamen veel dichter bij elkaar te liggen. De prijzen van de vrije artikelen in het binnenland kwamen sterk onder de invloed van dalende markten in het buiten land. Waar 1111 ten slotte onze betalingsbalans zodanig is verbeterd, dat de importkraan ruim genoeg kan worden opengezet om aan de be hoefte te voldoen, is ten lange leste de veevoe derdistributie, niet zonder langdurig wikken en wegen overigens, opgeheven. Pacht- en grondprijzen Professor 1 lorring (Economisch-statistische be richten van 8 April 1953) meent, dat de strek king van het advies, dat de Sociaal-Economische Raad heeft uitgebracht over het pachtbeleid, neerkomt op een herverdeling van het geldelijk overschot van de agrarische productie tussen pachters en verpachters, waarbij de redelijke winst" voor de pachter als criterium dient. Ge volgen voor de prijzen van de landbouwproduc-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1953 | | pagina 4