particuliere initiatief en dat daarom, gezien
de minder gunstige gang van zaken in de be
drijven, thans maatregelen nodig zijn om dit
particuliere initiatief te stimuleren.
I'.nkele weken nadat minister Zijlstra zich hier
over uitgelaten had, is de minister van Finan
ciën met zijn belastingverlichting gekomen: ver
laging van het tarief van de vennootschaps
belasting en het toestaan van vervroegde af
schrijvingen op nieuwe investeringen tot en met
'957 °P dezelfde voet als waarop in 1952 ver
vroegd mocht worden afgeschreven. Verder
wordt een ruimere mate van compensatie van
verliezen aangekondigd.
I11 de jongste industrialisatienota worden nog
enige maatregelen aangekondigd, die de uitbrei
ding en de verbetering van tic industriële pro
ductie van ons land moeten bevorderen. Deze
maatregelen betreffen het opvangen van moei
lijkbeden bij de financiering van nieuwe belang
rijke projecten, bot bevorderen van nieuwe in
dustriële initiatieven en het zo gunstig mogelijk
maken van de concurrentiepositie van nieuwe,
zowel als van bestaande bedrijven.
Nog dit jaar komt minister Zijlstra met een
wetsontwerp voor de stichting van een garan
tiefonds van honderd millioen gulden, waar
mede risicomijdend in risicodragend kapitaal
kan worden omgezet.
De taak wordt in de nota als volgt aangegeven.
In de periode van vijf jaren (195319S/)
moet in de industrie voor 150.000 a 170.000
arbeiders worden plaats gemaakt. Dit vergt
9 milliard aan investeringen (prijzen van
1952). In de achter ons liggende periode (4jZ>
jaar bewind van minister Van den Brink) is
voor 7 milliard geïnvesteerd (prijzen van
1952). Het aantal te werk gestelde personen
steeg met 135.000.
De voor ons liggende jaren zullen echter moei
lijker zijn dan de achter ons liggende. De afzet
gaat minder vlot en de ontwikkeling van het
prijspeil is niet bemoedigend. Vandaar de aan
kondiging van de nieuwe maatregelen.
DE WATERSNOODRAMP
In ons nummer van Maart jl. gaven wij onder
bet hoofd ,,De boerenleenbanken in de getrof
fen gebieden" een algemeen overzicht van het
geen de in het rampgebied gelegen boerenleen
banken tengevolge van de watersnood hebben
doorgemaakt.
Op bladzijde 196 schreven wij daar Eikerzee
kreeg geen water", daarmede in het kader van
het bewuste artikel bedoelend: ..De boerenleen
bank te Eikerzee kreeg geen water".
Op de letter afgaande kon er echter uit gelezen
worden, dat het dorp Eikerzee droog was ge
bleven, hetgeen echter niet het geval is geweest.
De voorzitter van het bestuur van genoemde
bank. tevens waarnemend burgemeester, heeft
ons naar aanleiding van onze bovenweergege-
ven vermelding twee brieven geschreven, waar
in hij wijst op mogelijke onaangename gevol
gen, welke de geciteerde zinsnede zou kunnen
hebben, inzonderheid indien deze gelezen zou
worden door mensen uit de gemeenten (zowel
in Nederland als in België),, die Eikerzee hebben
geadopteerd. Uit één van die gemeenten werd
zelfs reeds de klank vernomen, dat een bezoek
aan Eikerzee in verband met eventuele hulp niet
nodig zou zijn, omdat Eikerzee droog was.
Hoewel het ons enerzijds goed doet, dat ons
blad door zo velen gelezen wordt, kunnen wij
anderzijds toch ook begrijpen, dat de waarne
mend burgemeester van Eikerzee zich in zijn
opkomen voor de belangen van deze getroffen
gemeente enigszins geremd voelt, doordat wij
schreven ..Eikerzee kreeg geen water".
Daarom stellen wij het op prijs te verklaren,
dat onze mededeling, zoals reeds gezegd, betrek
king had op de Coöp. Boerenleenbank te Eiker
zee, die droog bleef, dank zij het feit, dat de
kassier van die bank (en dus ook het kantoor)
is gevestigd in Renesse, dat inderdaad ook
als dorp droog bleef.
i hopen van harte, dat alle voorgenomen en
gedeeltelijk wellicht reeds verleende hulp aan
het getroffen Eikerzee niet zal worden beperkt,
omdat de Raiffeisen-Bode in een onbewaakt
moment neerschreef: Eikerzee kreeg geen
water."
De heer Ir. S. Herweijer, directeur van de
Rijksdienst voor Landbouwherstel, schrijft in
een van de laatste nummers van de Economisch-
Statistische Berichten over het herstel van de
agrarische schade in het rampgebied.
ij ontlenen aan dit zeer belangrijke artikel
het volgende:
Rond 133.000 ha cultuurgrond is door deze
ramp geïnundeerd of geïnundeerd geweest.
Deze 133.000 ha (dit is 5,7 van het totale
areaal cultuurgrond in Nederland) kunnen on
derverdeeld worden in
82.000 ha bouwland (8,9 van het totale
Nederlandse areaal)
41.000 ha grasland (3,1 van genoemd to
taal
De boerenleenbanken in de getroffen gebieden
Het herstel van de agrarische schade in het
rampgebied
218