Verklaring van erfrecht Vraag: In de Raiffeisen-Bode van Mrt. 195^ lezen wij onder „Vraag en Antwoord" dat een uitbetaling t.1. van een rekening van een overledene slechts kan geschieden aan de ge zamenlijke erfgenamen of aan een door hen aangewezen gemachtigde, terwijl daarbij een verklaring van erfrecht moet worden over gelegd. Nu is het voorgekomen, dat een getoonde verklaring van erfrecht weer werd meegeno men met de bemerking van de toonder, dat deze verklaring weer gebruikt moest worden bij verdere afwikkeling van de erfenis. Mogen wij dit toestaan? Moet de machtiging, waarbij één der erfge namen wordt gemachtigd tot beschikking, op gezegeld papier worden geschreven? Antwoord: Het is zeer gewenst, dat de bank een bewijs in handen heeft, dat zij de gelden heeft uitbetaald aan de wettelijke gerechtigden. Uit de verklaring van erfrecht blijkt, wie deze gerechtigden zijn. Dit bewijs moet aan de bank worden overge legd en door haar worden bewaard. De af gifte is voor de erfgenamen geen bezwaar, daar zij van de notaris of de kantonrechter evenveel afschriften kunnen krijgen als zij verlangen. De machtiging, waarbij de erfgenamen een hunner of een derde machtigen over gelden, bij de boerenleenbank gedeponeerd, te be schikken, moet worden gesteld op een for maatzegel van 0.50. Betreft het spaargelden (dus bij de spaar bank der boerenleenbank ingelegde gelden, grootboek I), dan is de machtiging zegelvrij. Beschikken over crediet na overlijden van echtgenote Vraag: De echtgenote van een credietnemer is overleden. Het voor het crediet verbonden onroerend goed is geheel aan de credietnemer toebedeeld. Kan credietnemer doorgaan met beschikken over het crediet? Antwoord: Wij zijn geneigd deze vraag beves tigend te beantwoorden. De schuld wordt door hem persoonlijk aan gegaan en kan, nu het verbonden onroerend goed op hem in eigendom is overgegaan, niet meer langs een omweg ten laste van de ge meenschappelijke boedel gebracht worden. Vraag: Kunnen wij uitbetalingen verrichten ten laste van een spaarrekening van een overleden spaarder aan de executeur-testamentair, wan neer deze een verklaring van erfrecht overlegt of moeten daarbij alle erfgenamen hiervoor een machtiging tekenen? Antwoord: Naar onze mening moet de execu teur-testamentair een door alle erfgenamen getekende volmacht overleggen, dat hij ten laste van de spaarrekening kan beschikken. Vraag: In onze omgeving zijn meerdere coöp. aardappelmeelfabrieken, die de leveranciers met rentedragende cheques betalen. Nu zijn er bij, die verzoeken, indien de rente een be drag van 20.te boven gaat, de ontvanger over een zegel van 15 cent te laten tekenen. Is dit juist? Antwoord: Deze vraag is minder eenvoudig dan zij lijkt. Immers, iedere in een cheque opgenomen renteclausule wordt als ongeschreven be schouwd. Een renteclausule is slechts mogelijk bij wissels, betaalbaar op zicht of zekere tijd na zicht. Hieruit volgt dus, dat de betaling van de rente juridisch niets met de cheque heeft te maken. Wordt op de cheque een bedrag aan betaalde rente vermeld, dan is dat juridisch gezien niet voldoening van het chequebedrag, waarvoor de kwijting zegelvrij is, doch een betaling ter zake van een andere verplichting. Op grond hiervan menen wij, dat, indien de op de cheque uitbetaalde rente een bedrag van 20.te boven gaat, de voor de ont vangst van deze rente afgegeven kwijting gezegeld moet zijn. Vraag: A heeft van B een huis gekocht; het huis was bewoond door een zekere C. Het was natuurlijk de bedoeling van A het zelf te gaan bewonen, doch dit laten wij verder maar buiten beschouwing. C brengt maandelijks de huursom bij de bank met het verzoek dit te willen storten op de rekening van A met de bijschrijving, dat deze huur is voor de maand en voor het pandmet schuur en tuin. A deelt ons nu mede, dat wij Uitbetaling aan executeur-testamentair Zegeling kwijting voor ontvangen rente bij rentedragende chèques Uitvoeren van betalingsopdrachten 153

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1953 | | pagina 9