getrouwelijk nakomt. Doet hij dit onverhoopt niet, dan is de schuldeiser, hoewel eigenaar, toch ingevolge de overeenkomst enkel bevoegd de goederen te verkopen om op de opbrengst zijn vordering te verhalen. Betaalt de schuldenaar zijn schuld, dan krijgt hij de eigendom der goederen terug. Over de geldigheid van deze rechtsfiguur is veel gestreden. Beweerd is, dat deze eigendomsover drachten schijnhandelingen zijn; partijen wen den een eigendomsoverdracht voor, maar wat zij willen is een pand en dat pandrecht is on geldig, omdat in strijd met de wet de zaak onder de schuldenaar is gebleven. Deze redenering is echter kennelijk onjuist. Als één ding vaststaat, dan is het wel dit, dat par tijen geen pand willen; immers pand is juist voor hen onbruikbaar. Zij willen economisch wel hetzelfde, maar juridisch iets anders. Juist omdat zij het pand willen vermijden, dus dat pand niet willen, nemen zij hun toevlucht tot de rechtsfiguur van de eigendomsoverdracht tot zekerheid, die zij dus wel degelijk wensen en zelfs zeer bewust kiezen. Anderen betogen dan ook dat deze zekerheids overdrachten nietig zijn, omdat zij een vorm van wetsontduiking vormen en wel omdat daar mee op ongeoorloofde wijze ontdoken wordt het voorschrift van dwingend recht dat voor vestiging van een zekerheidsrecht op roerend goed overgave van dat goed is vereist. Verschil lende andere argumenten tegen de geldigheid zijn nog aangevoerd. Wat daarvan zij, in 2 arresten van 25 Januari en 21 Juni 1929 heeft de Hoge Raad de eigen domsoverdracht tot zekerheid als geldig erkend. De motivering is interessant, maar deze zal niet- juristen wel niet erg interesseren. Sinds deze uitspraken zijn de eigendomsover drachten tot zekerheid natuurlijk zeer in aantal toegenomen. Zo sloten alleen reeds de bier brouwerijen voor de tweede wereldoorlog jaar lijks meer dan 5000 overeenkomsten, waarbij zij een café-inventaris in eigendom namen tot zekerheid voor de terugbetaling van een voor schot aan de caféhouder. De Rotterdamse Kamer van Koophandel schreef dan ook in 1938, dat het van algemene bekendheid is, dat behoudens slechts enkele uitzonderingen, de inventarissen van koffiehuizen eigendom zijn van de leverende brouwerij. Ook autobussen en winkelvoorraden worden herhaaldelijk op deze wijze tot zekerheid gegeven. Na de tweede wereldoorlog is het ook zeer ge bruikelijk, in het bijzonder in de autohandel, dat men een zaak koopt met geld, verstrekt door een financieringsmaatschappij, welke dan on middellijk de gekochte zaak in eigendom krijgt tot zekerheid van de afbetalingen op het voor de aankoop voorgeschoten bedrag. Millioenen guldens worden jaarlijks op deze wijze verstrekt voor de aankoop van automobielen. Deze in schakeling van een derde bij wat in wezen een koop op afbetaling is, is een vorm van eigen domsoverdracht tot zekerheid die thans speciaal is geregeld. In 1936 is namelijk het Burgerlijk Wetboek aangevuld met een reeks van bepa lingen over de koop en verkoop op afbetaling en in het bijzonder over de huurkoop en daarbij zijn in art. 1576I1B.W. op de zojuist geschetste figuur de voorschriften over huurkoop van toe passing verklaard. In de landbouw is de eigendomsoverdracht tot zekerheid eveneens doorgedrongen. De boeren leenbanken zijn in het bezit van modelakten van overdracht tot zekerheid van een veestapel, van auto's, van een bollenkraam, dat zijn partijen bloembollen alsmede van een model akte waarbij een tuinder tot zekerheid van de hem verstrekte voorschotten de vorderingen welke hij jegens de veiling zal verkrijgen, in eigendom aan de bank overdraagt. Ziehier een lang maar toch nog zeer onvolledig verhaal over de ontwikkeling van de zekerheids rechten op roerend goed. Ik meende het niet achterwege te kunnen laten, omdat alvorens dc wenselijkheid van nieuwe rechtsinstituten te onderzoeken, men toch eerst moet weten welke men al heeft. Blijkens het voorafgaande hebben wij hier in Nederland wel degelijk recht op roerend goed dat in het bezit blijft van de schuldenaar. En het vertoont zelfs een niet te miskennen ge lijkenis met de chattel-mortgage van het Ameri kaanse recht. Als U een model van zulk een Amerikaanse zekerheidstelling in handen mocht krijgen, zult U zien dat ook daarin over eigen domsoverdracht, vervreemding en verkoop wordt gesproken. Ook in het Angelsaksische recht werd oorspronkelijk zekerheid gegeven door middel van eigendomsoverdracht aan de schuldeiser onder de ontbindende voorwaarde, dat deze overdracht zou vervallen, als de schul denaar zijn schuld afloste. Hoewel langzamer hand het recht van de schuldeiser van een voor waardelijk eigendomsrecht is afgezwakt tot een zekerheidsrecht een proces dat bij ons nog voortgang vindt zijn de bewoordingen vrij wel onveranderd gebleven. Maar die bewoor- 7

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1953 | | pagina 27