die dezer dagen op de jaarvergadering van het
erbond van erkgevers sprak, belichtte een
andere kant van de industrialisatie, nl. de afzet
van de producten. Op de buitenlandse markten
ontdekt hij verschijnselen, die hem met zorg
vervullen, liet streven naar vrijmaking van de
internationale handel dreigt te verzanden in een
vruchteloze discussie, waarbij het veilig stellen
van eigen nationale belangen de inzet vormt.
Het gesprek over de verlaging van tarieven in
internationaal verband leidt niet tot bevredi
gende resultaten. Er is verder in verschillende
landen een toenemende drang tot bescherming.
Nederland zal zijn traditionele politiek van vrij
handelsgezindheid dienen voort te zetten. Een
consequente doorvoering van dit standpunt is
niet gemakkelijk. Bij een eventueel groeiend
protectionisme in het buitenland is het niet on
der alle omstandigheden vol te houden. Onze
vrijhandelspolitiek legt op het Nederlandse be
drijfsleven een zware taak om door onvermoei
baar streven naar verlaging van de kostprijs de
buitenlandse concurrentie het hoofd te bieden.
De wereldtarwe-oogst
De prijzen van de voedergranen, die na de
oorlog niet in bedwang gehouden werden en
een voortdurende stijging hebben vertoond
totdat het gebouw in Februari 1952 in elkaar
stortte, schijnen hun gewone opwaartse bewe
ging dit najaar niet te kunnen vinden. Is het de
zeer grote tarwe- en maïsoogst, die in Amerika
eerlang aan de markt komt, die een voor de
veehouderij welkome rem is op ons prijspeil van
vrije voedermiddelen? De laatste oogstberich-
ten uit de .S. zijn weliswaar iets minder op
timistisch in verband met het optreden van
droogte in het Zuid-Westen, maar toch blijft
het algemene beeld zeer gunstig.
Aan een economisch overzicht van een Engels
blad van eind September ontlenen wij, dat ver
wacht wordt, dat de wereldtarwe-oogst 1952/53
voor het eerst in de geschiedenis de grens van
7 millioen bushel zal bereiken, misschien zelfs
overschrijden. Dit zou 500 millioen bushel meer
zijn dan de opbrengst van de goede oogst 1951/
1952 en 1 milliard bushel meer dan het gemid
delde van de laatste vijf jaren. De enige landen,
die een minder goede oogst hebben, zijn Zuid-
Slavië, Sovjet-Rusland en Australië. De Euro
pese oogst is goedFrankrijk, het enige tarwe
exporterende land in Europa, heeft de grootste
oogst 11a de oorlog. Ook uit Argentinië komen
goede berichten. Echter, de meeste indruk ma
ken de oogstberichten uit de Verenigde Staten
en Canada, liet laatste land verwacht een
record-tarwe-oogst.
liet bezwaar voor de importerende landen is,
dat het juist de dollarlanden zijn, die met een
groot exportoverschot zullen zitten. De wereld
marktprijzen (notering Chicago) voor tarwe
blijven intussen vast op een peil van ongeveer
2.30. Het vorig jaar in October waren de
noteringen ongeveer 20 dollarcents hoger.
Wij kennen in onze eigen organisatie de
moeilijk te beantwoorden vraag, waar de ont-
wikkelingsgrens onzer boerenleenbanken ligt in
verband met haar taak ten aanzien van de
credietverlening en het betalingsverkeer in de
agrarische sfeer.
Nog sterker komt dit vraagstuk in andere lan
den naar voren en uit het hierna volgende moge
blijken, dat een groot deel van de Oostenrijkse
Raiffeisen-banken in hun ontwikkeling achter
zijn gebleven en als gevolg daarvan thans in
hun taak te kort schieten.
Wij putten hier uit een referaat van Dr. R.
Rasser van de N.Oe. (ienossenschafts-Zentral
kasse in Wenen, dat in September jl. werd uit
gebracht in de algemene vergadering van de
106
Europese Landbouworganisatie (C.E.A.), ge
houden te Wiesbaden.
De uitlatingen van Dr. Raser zijn dermate
belangwekkend voor hen, die een taak vinden
in het coöperatief landbouwcredietwezen, dat
wij verschillende gedeelten uit deze verhandeling
woordelijk overnemen en wel als volgt:
Er mag worden aangenomen, dat het probleem
van de aanpassing van de coöperatieve crediet-
organisaties aan de gestadige ontwikkel
van
de landbouwwetenschap en aan het geheel van
de agrarische coöperatieve beweging in alle
staten een levend probleem is en dat alleen ver
schil bestaat in de intensiteit van de daaraan
bestede bemoeiingen en in de hoeveelheid van
de bedrijfstakken, waarover zich de allesomvat
tende werkzaamheid van de agrarische coöpe
raties uitgebreid heeft.
Gezamenlijke uitzettingen voor 26 door
vreemde middelen gedekt