legd en ook metterdaad gelegd wordt. Voorzo
ver dit aandelenkapitaal (meestal common-
stock, dus gewone aandelen) niet voldoende is,
wordt het ontbrekende gefinancierd met
vreemde middelen, zeer vaak in de vorm van een
(hypothecaire) lening bij een der 12 Banks for
Co-operatives, of bij de Central Bank for Co-
operatives, welke banken behoren onder een der
vier branches van de Farm Credit Administra-
tion, waarover in het Maart-nummer van dit
jaar reeds iets werd vermeld in dit blad. Daar
naast wordt dan veelal door dezelfde bank een
bedrij fscrediet verstrekt onder zekerheid van
de voorraden en cessie van de vorderingen op
de debiteuren.
De vereniging tracht daarna door interne fi
nanciering eigen kapitaal te vormen, ter ver
vanging van de vreemde middelen, teneinde zo
spoedig mogelijk geheel op eigen benen te kun
nen staan. Zeer bewust streeft de Amerikaanse
boer nl. naar een krachtige coöperatie en hij
kijkt daarbij op lange termijn. Een kortzichtige
politiek, waarbij slechts op het ogenblikkelijke
voordeel wordt gelet, wordt niet gevoerd. In
het algemeen handelt men daarbij als volgt.
Nemen wij gemakshalve een supply-co-operative
(aankoopvereniging) bij de kop. Meestal levert
de coöperatie het veevoeder of andere benodigd
heden tegen dezelfde prijs als de particuliere
handel. De boer betaalt deze prijs graag, want hij
weet, dat de coöperatie hem goede waar levert.
Aan het eind van het jaar is het voordelig saldo
11a aftrek van afschrijvingen, rente en aflos
sing op vreemde middelen en andere kosten, ter
beschikking van de afnemers. Men noemt dit de
z.g. patronage refunds. Het wordt hen echter
slechts ten dele in contanten uitbetaald. Dikwijls
beloopt dit gedeelte 20 en dient het om het
hen gemakkelijk te maken de verschuldigde in
komstenbelasting te betalen. De rest blijft in de
zaak en, zoals men dat ook in Nederland kent
(ledenrekening), wordt ieders aandeel daarin
naar verhouding van de afname berekend en in
de hoeken van de vereniging verantwoord.
Betekent in Nederland een aandeel in de leden
rekening een vordering van een lid op de ver
eniging 'zij het, dat deze meestal slechts op
eisbaar is hij het einde van het lidmaatschap of
bij liquidatie der vereniging in Amerka ziet
men dit anders. Zeer sterk is men er zich daar
van bewust, dat de coöperatie niets anders is
dan de samenwerkende boeren. De coöperatie is
de hoer. De Amerikaan denkt langs rechte lijnen.
Hij vindt het niet in overeenstemming met de
realiteit, dat de samenwerkende boeren bij even
tuele liquidatie gelijk-op zouden delen met hen,
die in feite hun crediteuren zijn. Daarom trans
formeert men het aldus in de onderneming ge
laten geld oorspronkelijk is dit niets anders
dan door de afnemers aan de coöperatie geleend
geld in risicodragend kapitaal door er pre
ferente (of cumulatief preferente) aandelen aan
de deelgerechtigden voor af te geven. Dit aldus
gevormde preferente aandelenkapitaal vervult
economisch dezelfde functie als een „reserve",
vandaar, dat men op de balans van coöperaties,
die de bovenomschreven methode toepassen,
dikwijls lang niet altijd, want men kweekt
daarnaast ook vaak nog reserves tevergeefs
naar een post „reserve" zal zoeken. eelal laat
men het aldus gevormde kapitaal, als het een
voldoende hoogte heeft bereikt, „revolveren"
volgens door het bestuur uit te stippelen nor
men. D.w.z. men betaalt jaarlijks een gedeelte
aan de deelgerechtigden uit, welk gedeelte uit
het voordelig saldo van het afgelopen jaar wordt
aangevuld).
Voor de coöpererende hoeren lijkt het resultaat
natuurlijk hetzelfde als hetgeen bereikt wordt
volgens het systeem, dat in Nederland meestal
wordt toegepast. Immers, wanneer het de coöpe
ratie minder goed gegaan is, zal dit in Amerika
bij ontbinding der vereniging tot uitdrukking-
komen in een lagere liquidatie-uitkering op de
aandelen (zowel op de gewone als op de pre
ferente). In Nederland wordt in zo'n geval de
betalingsplicht van een lid uit hoofde van zijn
aansprakelijkheid verrekend met zijn tegoed op
ledenrekening. Economisch is ook ten onzent het
op ledenrekening gekweekte kapitaal risicodra
gend via de aansprakelijkheid. Het resultaat is
dus hetzelfde: in beide gevallen gevoelen be
boeren het in de portemonnaie. Het is echter
duidelijk, dat in het Nederlandse systeem de
noodzaak tot vorming van tegoeden op leden
rekening temeer klemt, omdat dit de aansprake
lijkheid der leden verlicht in die zin, dat zij
ingeval een beroep daarop moet worden gedaan,
minder in liquiditeitsmoeilijkheden zullen ko
men te verkeren naar mate een groter deel van
hun aansprakelijkheid „gedekt' is door een te
goed op ledenrekening. Vorming van kapitaal
op ledenrekening is een belang voor de coöpe
rerende boerende coöperatie wordt sterker en
het indirecte gevolg ervan is, dat de aanspra
kelijkheid minder zwaar drukt. Helaas wordt
dit hier te lande nog wel eens uit het oog ver
loren en kijkt men soms meer naar het ogen-
Interne financiering
61