VRAAG EN ANTWOORD Borgtocht voor voorschot Vraag: Bij ons loopt een voorschot, waarvan de tijdsduur verstreken is. Een borg heeft bezwaar tegen continuatie en meent daardoor van zijn borgstelling ontheven te zijn. Is dat zo? Antwoord: Wij gaan uit van de veronderstel ling, dat bij de verlening van het voorschot aan de heer X. door schuldenaar en borgen is ondertekend een schuldbekentenis form. 100. Indien dit inderdaad het geval is, dan hebben de borgen zich zonder meer tot borg ver bonden tot op het tijdstip, dat de schuld vol ledig zal zijn afgelost en de bank deswege niets meer te vorderen zal hebben. Blijft een voorschot doorlopen na het tijdstip, waarop het moest zijn afgelost, dan blijven de borgen verbonden, ook al wordt aan de schuldenaar met of zonder medeweten van de borgen door de schuldeiser uitstel van betaling toegestaan. De borg kan dan echter de schuldenaar ver volgen om hem tot betaling te noodzaken of om hem ontslag uit zijn borgtocht te bezor gen. Bovendien kan de borg zelfs, voordat hij betaald heeft, de schuldenaar aanspreken om door deze schadeloos gesteld te worden. Oprichting coöp. vereniging Vraag: Men heeft ons aan het twijfelen ge bracht over het anwoord op de vraag, hoe een coöperatieve vereniging tot stand komt? AntwoordDe statuten van een coöperatieve vereniging behoeven niet Koninklijk te wor den goedgekeurd. Uitsluitend door de op richting bij notariële akte, verkrijgt de ver eniging rechtspersoonlijkheid. Tegenover derden kan zij eerst optreden na publicatie van de statuten in de Nederlandse staats courant en inschrijving in het handels register. Registratie pachtcontracten Vraag: Is het persé nodig, dat pachtcontracten geregistreerd worden? AntwoordPachtcontracten moeten inderdaad geregistreerd worden, zulks op grond van art. 57 lid i letter b der Zegelwet 1917. Wordt de registratie nagelaten binnen de voorgeschreven termijn (een maand, nadat de pacht is ingegaan, doch uiterlijk 3 maanden na de datum van ondertekening van het con tract), dan moeten ook de afschriften ge zegeld worden. Origineel en afschrift(en) moeten gelijktijdig ter registratie aange boden worden. Regresrecht van borgen Vraag: Op ons verzoek heeft jaren geleden borg X. de gehele schuld van de hoofdschul denaar Y. afgedaan. Er was ook nog borg Z., die niets heeft betaald. X. vraagt nu in hoeverre hij recht van verhaal heeft op Y. en/of Z. Antwoord: De heer X. is blijkens art. 1877 van het B.W. tot het door hem betaalde bedrag- van rechtswege getreden in de rechten van de boerenleenbank en kan dus zonder meer de hoofdschuldenaar aanspreken. Het is dus geheel overbodig, dat de bank hem alsnog uitdrukkelijk deze rechten overdraagt of hem daarbij subrogeert. Desgewenst kan de heer X. alsnog van de bank een verklaring vorderen, waaruit blijkt. dat hij op 19. als borg voor Y. heeft betaald. Of en in hoeverre X. verhaal op zijn mede- borgen kan uitoefenen hangt af van de om standigheden waaronder betaald is. Dit recht van verhaal bestaat alleen, indien ie. X. als borg tot betaling was gedagvaard, dan wel ter verkrijging van betaling het faillissement van X. was aangevraagd 2e. de betaling plaats vond op een tijdstip, dat de hoofdschuldenaar in staat van faillissement verkeerde; 3e. ten tijde van de betaling tussen de borgen is overeengekomen, dat ondanks het feit, dat geen der omstandigheden, be doeld in art. 1881 van het B.W., zich voordeden (zie hierboven onder ie en 2e) de betalende borg voor hetgeen hij meer dan zijn evenredig deel betalen zou, recht van verhaal zou verkrijgen op de medeborg. Doen zich geen van deze drie gevallen voor, dan heeft X. thans geen recht van verhaal op de medeborg Z. Thans dient de vraag nog te worden behan deld, wat de gevolgen waren geweest, indien de bank de heer X. bij de betaling krachtens overeenkomst in al haar rechten tegenover de schuldenaar had gesubrogeerd, dan wel de vordering aan hem zou hebben gecedeerd. De subrogatie bij overeenkomst kan tegen de medeborg, die bij deze handeling geen partij is, o.i. geen enkel gevolg hebben, daar de wetgever bij art. 1881 B.W. uitdrukkelijk 65

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1952 | | pagina 13