KRONIEK UIT EIGEN KRING
Tijdens de viering van een jubileum van één
onzer boerenleenbanken werd er door een spre
ker op gewezen, dat de jongeren onder de plat
telandsbevolking zich vaak niet meer bewust
zijn van het grote nut, dat de coöperaties voor
het platteland afwerpen, aangezien zij de tijd,
dat deze instellingen nog niet bestonden, niet
hebben meegemaakt.
Ofschoon naar onze mening de boerenleenban
ken van de geringe belangstelling der jongeren
niet in gelijke mate als de andere coöperaties
de nadelen ondervinden, >zo zijn wij toch van
mening, dat het ook op de weg van onze boeren
leenbanken ligt om in samenwerking met de
andere ter plaatse werkende coöperaties in deze
toestand verbetering te brengen.
Dit zou kunnen geschieden door het gezamen
lijk organiseren van coöperatiecursussen, voor
het bezoeken waarvan speciaal de jongeren
onder de plattelandsbevolking dienen te worden
opgewekt. Door het houden van inleidingen en
het geven van gelegenheid tot het stellen van
vragen kan het inzicht in het coöperatiewezen
worden verdiept en kunnen de jongeren worden
2-estimuleerd om hun steun aan de landbouw-
organisatie te geven.
De Centrale Bank zal gaarne bereid zijn om de
inleiding betreffende het coöperatieve land-
bouwcrediet te verzorgen.
Nu de vacantietijd is aangebroken, willen wij
(evenals vorig jaar) nogmaals onze kassiers
verzoeken van de voorgenomen vacantie tijdig
bericht te zenden aan de Centrale Bank.
Hierdoor kan voorkomen worden, dat een bank
wordt aangeschreven voor een te houden in
spectie gedurende de vacantie van de kassier.
Enkele malen reeds moest een inspectie op het
laatste moment worden uitgesteld, hetgeen vaak
tot gevolg heeft, dat een economische indeling
van werkzaamheden door de noodzakelijk ge
worden wijziging van de reisroute niet meer
mogelijk is.
Wij vertrouwen, dat onze kassiers tijdig be
richt van afwezigheid zullen zenden en daar
door de goede gang van zaken zullen helpen
waarborgen.
Van verschillende banken ontvingen wij het
verzoek om de 'kassier tijdens -zijn vacantie te
vervangen door een ambtenaar van de afdeling
inspectie van de Centrale Bank.
Hiervoor hebben wij weliswaar enkele personen
beschikbaar, doch wij zijn niet in staat aan alle
aanvragen om hulp te voldoen, temeer aange
zien in de eerste plaats de verlening van hulp
dient te geschieden ingeval van ziekte van de
kassier.
Wij zouden dan ook willen adviseren te trach
ten met een naburige bank een regeling te tref
fen, waarbij de kassiers elkaar over en weer
zouden kunnen vervangen tijdens hun vacantie.
Dit geldt natuurlijk alleen, indien geen plaats
vervangend kassier aanwezig is.
De aanstelling van een dergelijke functionaris
verdient vanzelfsprekend steeds aanbeveling,
terwijl men er in dit geval wel zorg voor dient
te dragen, dat de als zodanig benoemde plaats
vervanger voldoende ingewerkt is en alle voor
komende werkzaamheden kan verrichten.
Nog steeds >zijn er kassiers, die met de datum
van inboeking van giro-nota's een eigenaardige
gedragslijn volgen. Zo worden giro-opdrachten,
ter uitvoering gegeven aan de Centrale Bank
of de postgirodienst, eerst geboekt indien de
debetnota van de Centrale Bank resp. het ai-
strookje van de postgirodienst is terugont
vangen. Herhaaldelijk is er door ons reeds de
aandacht op gevestigd voor onze nieuwe kas
siers zeggen wij het bij deze dat directe
boeking een eerste vereiste is voor een goede
administratie. Voordat dus een giro-opdracht,
bestemd voor de Centrale Bank, het kantoor
verlaat, behoort de boeking in het (kas)-giro-
boek te staan.
Hetzelfde geldt voor geldzendingen naar de
Centrale Bank. Ook in dat geval is er niet de
minste aanleiding de boeking uit te stellen tot
dat de creditnota van de Centrale Bank is
terugontvangen.
Een soortgelijk geval doet zich voor b.v. bij
pensioenbetalingen van het B.P.L., met name
indien met de boeking gewacht wordt totdat
alle pensioengerechtigden het hun toekomende
hebben gehaald. Men dient deze posten stuk
voor stuk te boeken op de datum, waarop be
taling plaats vindt, in het dagboekje of in een
hulpkasboekje. Nog niet zo lang geleden werd
er door een Officier van Justitie aanmerking
op gemaakt, dat een kassier lijstbetalingen niet
b
27