Werk I oos heidswet
van de schuldenaar, namelijk door een hypo
theek te nemen op 's mans bezittingen (vruchten
te velde, vee, voorraden en werktuigen inbegre
pen). Vaak wordt na verloop van enkele maan
den overeengekomen, dat wekelijks één vierde
gedeelte van het melkgeld door de fabriek wordt
ingehouden en overgeschreven naar de Farmers
Home Administration ter afbetaling van de
aangegane schuld. Het bedrijfscrediet wordt
niet aan de boer in geld ter hand gesteld, maar
hij krijgt een chèque ter waarde van de ge
toonde, te betalen rekening. Bedoelde chèque
kan alleen dan als betaalmiddel dienst doen, als
ze getekend is zowel door de boer als door de
toezichthouder.
De Farmers Home Administration heeft in
iedere staat een bureau met aan het hoofd een
directeur, die, bijgestaan door een adviescom
missie, mede tot taak heeft de werkzaamheden
van de dienst te coördineren met die van andere
organen, werkzaam in de landbouw. Tot de
medewerkers van de directeur behoren één of
meer huishouddeskundigen (hiervoor reeds ge
noemd) en landtaxateurs (die optreden in de
gevallen, waarin land wordt gekocht met ge
leend geld of als zekerheidstelling voor een
lening dient).
Van de sinds 1937 verstrekte eigendomslenin
gen waren in 1950 meer dan 15.000 of 23
door de boerengezinnen geheel terugbetaald,
waardoor zij vrij van schulden en in de volle
eigendom van hun bedrijf waren. Over 1950
losten 59.000 gezinnen hun bedrij fscredieten af.
Verder hadden 2240 gezinnen zó snel afgelost,
dat zij hun schuld voortijdig afbetaalden. Allen
waren in staat om elders op normale wijze cre-
diet op te nemen.
Het rapport behandelt deze wijze van crediet-
verlening vrij uitvoerig, omdat de samenstellers
de kennismaking met deze vorm van crediet
voor Nederland zeer belangrijk achten.
Éénstemmig kwamen de samenstellers tot de
conclusie, dat het Amerikaanse systeem van
boerenhulp door middel van gecontroleerde
leningen in beginsel verre de voorkeur verdient
boven het Nederlandse systeem van subsidies.
Bij Koninklijk Besluit is bepaald, dat de ver
plichte wachtgeld- en werkloosheidsverzekering
op 1 Juli 1952 in werking zal treden. Deze wet
bepaalt, dat werknemers tegen geldelijke gevol
gen van onvrijwillige werkloosheid verplicht
verzekerd zijn.
De wet onderscheidt tweeërlei verzekering, nl.
een wachtgeldverzekering en een daarop aanslui
tende werkloosheidsverzekering.
Onder de wet vallen in het algemeen allen, die
in loondienst werkzaam zijn. Uitgezonderd zijn
o.m. ambtenaren, huispersoneel, personen met
een vast loon van meer dan 6.000.per jaar
en personen van 65 jaar en ouder.
Onder loon wordt in deze wet verstaan elke uit
kering, die de werknemer als vergoeding' voor
zijn arbeid of gedurende staking van de arbeid
van zijn werkgever ontvangt. Niet in geld vast
gesteld loon wordt berekend naar het bedrag
van de geldswaarde, gratificaties en dergelijke
uitkeringen, die niet regelmatig verstrekt wor
den, zijn geen loon in de zin van de wet.
Recht op een wachtgelduitkering heeft de werk
nemer, indien hij in de 12 maanden, aan zijn
werkloosheid onmiddellijk voorafgaande, ten
minste 156 dagen in loondienst heeft gewerkt in
de betrokken bedrijfstak; op werkloosheidsuit
kering, indien hij in die 12 maanden ten minste
78 dagen in loondienst heeft gewerkt in het be
drijfsleven in het algemeen.
De wachtgelduitkering kan lopen over 48 dagen,
de werkloosheidsuitkering over 78 dagen.
De uitkering bedraagt 80 van het dagloon
voor gehuwden en kostwinners, 70 °/o voor 011-
gehuwden van 18 jaar en ouder, die niet hij hun
ouders inwonen en 60 voor de overige werk
nemers, zulks met een maximum van f 16.
Voor de wachtgeldverzekering komen de pre-
rniën ten laste van werkgevers en werknemers,
ieder voor de helft; voor de werkloosheidsver
zekering de helft voor het Rijk, voor de
werkgevers en J4 voor de werknemers. De
werkgever is van rechtswege aangesloten bij
een bedrijfsvereniging, terwijl per bedrijfstak
slechts één bedrijfsvereniging is toegelaten.
Voor de boerenleenbanken is deze: de Bedrijfs
vereniging voor Bank- en Verzekeringswezen,
Groothandel en Vrije beroepen, gevestigd te
Amsterdam, Singel 126-130, bij welke vereni
ging eventuele aanvragen om uitkering moeten
geschieden.
De bedrijfsvereniging tracht met haar admini-
0