Is er reden voor voldoening?
5 Januari 1906: Het geld is schaars. Besloten
wordt aan N.N. uitstel te geven, maar na drie
maanden moet hij minstens 50 ct. per week af
lossen.
De Amerikaanse jeugd
Volgens het Amerikaanse blad „Savings Bank
News" van 3 December 1951 bestaat er een
sterk toegenomen neiging tot sparen bij de
jeugd, hetgeen door het schoolsparen wordt be
vorderd.
Door een commissie van de Amerikaanse ban
kiersvereniging, waarin ook de spaarbanken
zitting hebben, werd een onderzoek ingesteld
naar de omvang van het schoolsparen, waarbij
o.a. de volgende gegevens werden gerappor
teerd.
Tn 32 staten van de Verenigde Staten wordt
door 500 banken het schoolsparen onderhouden
bij 8500 scholen. Er schijnen ongeveer drie mil-
lioen kinderen bij betrokken te zijn met een
totaal tegoed van ongeveer 80 millioen dollar.
Dit betekent een grote vooruitgang op 1950,
toen het tegoed ongeveer 55 millioen dollar be
droeg. Het gemiddelde per schoolspaarder is 111
die tijd gestegen van 23 tot 27 dollar. Dit is
mede het resultaat van een sterk verhoogde
activiteit van de banken ten aanzien van het
schoolsparen. Er wordt o.a. een gemeenschap
pelijk jeugdblad uitgegeven, dat in 650.000
exemplaren verschijnt en ook met tal van andere
middelen wordt de aandacht op het sparen ge
richt.
Jaarverslagen
Het is weer de tijd van de jaarverslagen en 111
allerlei vorm en uitvoering komen ze binnen.
Een van de best verzorgde verslagen ontvingen
wij van de Coöperatieve Boerenleenbank te Am
stelveen. Het is meer een rapport aan bestuur
en raad van toezicht, waarbij geen enkel onder
deel van betekenis wordt overgeslagen. Door
tabellen, specificaties en statistische vergelijkin
gen biedt het verslag een volledig overzicht van
alles, wat van belang geacht kan worden. Het
wordt afgesloten met een overzicht van de rente
tarieven voor het nieuwe jaar en een begroting,
die nog weer wordt gevolgd door een specifi
catie van de begrotingspost „Diverse lasten" en
van de rekening „Exploitatie gebouwen".
Er is bij onze boerenleenbanken wel eens een
toon van een zekere voldoening te constateren,
indien men vaststelt, dat de spaarbank slechts in
geringe mate achteruit gaat. Die voldoening
vindt natuurlijk zijn oorzaak in het feit, dat er
voldoende redenen zijn aan te wijzen, die een
achteruitgang kunnen veroorzaken, ja, het is
zelfs zo, dat er met verrassing wordt vastge
steld, dat de afvloeiing van de oneigenlijke
spaargelden van de laatste jaren niet een diepere
bres heeft geslagen. Om nog maar te zwijgen
van de fiscus-invloeden.
Het is inderdaad zo, dat het afgelopen jaar is
geëindigd met een totaal-saldo, dat slechts 0,2
beneden het saldo van 31 December T950 is ge
legen en dat was nog maar een geringe terug
gang op het saldo van 1949. Er zijn echter maar
weinig banken, die op een aanwas kunnen wij
zen en mocht er sprake zijn van enige voldoe
ning, dan moet men toch wel erg oppassen voor
zelfgenoegzaamheid, want de huidige positie
van de spaarbank is niet sterk. Er is absoluut
niet te wijzen op een gezonde ontwikkelings
curve de laatste jaren en de feiten tonen aan.
hoe gemakkelijk het saldo wordt beïnvloed dooi
de gebeurtenissen in de wereld.
Bezien wij daarentegen de voortdurende cre-
dietvraag en het uitzettingstempo van de gelden,
dan moet bij redelijke liquiditeitsnormen de
limiet van de credietverstrekking wel spoedig
worden bereikt of al reeds bereikt zijn.
Het is een oneindig herhaald motief, dat de
kapitaalvorming via de spaarbank de laatste
jaren veel te traag en in onvoldoende mate ge
schiedt en in de baaierd van beleggingsmogelijk
heden van de laatste tijd wordt de situatie er
zeker niet beter op.
Het jaar 1951 heeft ons laten zien, dat de spaar
gelden buiten de gebruikelijke seizoeninvloeden
ook in sterke mate de terugslag vertoonden van
bijzondere gebeurtenissen en ook dan weer is
er reden voor voldoening', dat die terugslag bij de
boerenleenbanken minder sterk aan de dag trad.
Om een vergelijking te trekken hebben wij naai
de beschikbare maandcijfers de indexcijfers be
paald voor de boerenleenbanken van de Centrale
Bank te Utrecht, de Rijkspostspaarbank en de
algemene spaarbanken, zulks op basis van de
11
