spaarbanken. Voorts hebben allerlei factoren
ertoe bijgedragen, dat de spaarzin als zodanig
is verminderd, waartegen een hogere rente geen
afdoende remedie biedt.
Kassier B: Als ik het goed begrijp, moeten we
dus dubbel en dwars tevreden zijn
als ons totaal saldo aan spaargelden de laatste
jaren vrijwel constant blijft.
Redacteur: Ogenschijnlijk zoudt U er tevreden
over kunnen zijn, dat Uw spaar
bank, ondanks alle afbrekende krachten, niet
achteruit is gegaan. Maar vergelijkt U nu een-
de credietmogelijkheden, die ditzelfde saldo voor
de oorlog zou bieden en wat het nu biedt. Af
gezien van de credietbeperkende maatregelen en
de verscherpte liquiditeitseisen, zijn de credieten
tegenwoordig veel groter dan voorheen door
het enorm gestegen prijspeil en dus zouden de
beschikbare middelen in gelijke mate moeten
toenemen om de credietkracht van de bank -
als ik het zo noemen mag op peil te kunnen
houden. Hoewel ons spaarsaldo kort na de-
oorlog geweldig is gestegen, kunnen we de-
laatste jaren moeilijk op een belangrijke toe
neming wijzen. Maar we dwalen af, want we
hadden het eerst over het schoolsparen.
Kassier D: Juist en daar had ik iets over willen
zeggen. De heren A. en B. schuiven
de spaarpropaganda zo gemakkelijk aan de kant,
omdat zij er min of meer buiten kunnen. Hun
banken zijn de enige spaarinstelling ter plaatse;
ze genieten een algemene bekendheid en het
volste vertrouwen en ik wil aannemen, dat vrij
wel iedere bespaarde cent bij hun boerenleen
bank binnen komt.
En toch zou het interessant zijn om het aantal
spaarders eens te vergelijken met het zielental
van het werkgebied. Daar zouden zeer uiteen
lopende cijfers uit te voorschijn komen en zelfs
krachtig ontwikkelde spaarbanken zouden tot de
ontdekking kunnen komen, dat ze nog een groot
deel van de bevolking missen. Om deze reden
en om de spaarders al jong op te kweken zie
ik het schoolsparen ook voor dergelijke banken
nog als belangrijk. Niet om die dubbeltjes en
kwartjes van de kinderen. En ook niet om op
papier meer spaarders te kunnen aanwijzen of
meer dagboekposten te kunnen maken (hilari
teit).
Maar ten slotte is sparen een gewoonte. Wij
brengen de kinderen die gewoonte bij en we
leren ze tevens de weg naar de boerenleenbank.
Je moet eens zien hoe aardig dat gaat. Eerst
komen ze aan de hand van vader, verlegen en
wel binnen. Maar later stappen ze vrijmoedig
alleen naar de bank en ze leggen parmantig het
boekje en de spaarkaart op tafel. Als die gang-
er eenmaal in zit, dan vergeten ze dat niet meer.
En dat moeten we juist hebben.
Kassier A: Ik denk, dat de ouders bij ons dat
zo prettig niet vinden, als dat grut
met een spaarboekje langs de weg loopt. Je weet
hoe dat gaat en heel vaak staat er nog wel wat
meer op zo'n boekje dan ze zelf hebben gespaard.
Kassier D: Voor dergelijke gevallen en op ver
zoek geven we dan ook een afzon
derlijk boekje af. Het kost iets meer, maar we
hebben veel liever, dat de kinderen alle spaar-
handelingen van a tot z zelf volgen en ze zijn
er wat trots op, dat ze een „grote mensenboekje"
hebben. Er waren er zelfs een aantal, die bij de
jaarcontröle en bij de rentebijschrijving kwa
men, al lieten de meesten dat aan papa over.
Ka ssier IWij hebben ook wel aan dat school
sparen gedacht, maar geeft dat niet
veel rompslomp en kindergeloop in het kantoor?
Kassier D: Er is voor de kinderen bij ons een
afzonderlijk zittingsuur op Woens
dagmiddag, zodat het publiek er geen last van
heeft. Bovendien komen ze alleen voor volk-
spaarkaarten en dat zijn dan dagboekposten van
ten minste 4.als er zegels van 10 ct. wor
den gebruikt. Opnemen van geld komt niet zo
veel voor, al zou ik daar ook aardige staaltjes
van kunnen vertellen. Als het er op aankomt
heeft de school nog de meeste lasten, want daar
moeten de zegels verkocht worden en het geld
geteld worden. Een der hoofden heeft dat weer
handig georganiseerd en het werk aan een paar
flinke jongens uitbesteed, hoewel hij zelf nauw
keurig toezicht houdt.
Kassier R: Ik moet toch eens zien of er voor
onze bank niet iets kan worden ge
daan in die geest. Het moet bij ons vast wel
lukken, want de schoolhoofden werken wel mee.
Kunt U ons niet wat modellen en inlichtingen
sturen?
Kassier D: Schrijf maar even een briefje aan
de Centrale Bank, dan komt er van
zelf een papierlawine.
RedacteurKom, kom, zo erg zal het wel niet
zijn en men stelt het toch op prijs
om goed geïnformeerd te worden?
Kassier Dit was natuurlijk een grapje, maar
nu het woord papier toch is ge
noemd. lijkt het me niet ondienstig, dat de
Centrale Bank daar eens over peinst. De prijzen
liggen tegenwoordig zo hoog, dat er zeker wel
bespaard kan worden op de onkosten, indien
men de formulieren en het overige papierver-
bruik eens onder de loupe nam. Er zijn model
len bij, die meer op beddelakens dan op hanteer
bare formulieren lijken.
18