KRONIEK UIT EIGEN KRING Wij willen er nog eens de aandacht op vestigen, dat in het algemeen bij vertrek van debiteuren (voorschot- of credietnemers) uit het werk gebied van de bank de schulden dienen te wor den afgewikkeld. Het bestuur kan immers meestal de gang van zaken bij de betrokken débiteur niet meer volgen. Vooral indien geen zakelijke zekerheid is gesteld, behoort naar onze mening,, ook ter bescherming van de belangen van de borgen, niet te worden getalmd met af lossing. Zo nodig kan hierover overleg gepleegd worden met de boerenleenbank, naar wier werk gebied de debiteur tzijn woonplaats verlegd heeft. Van een onzer kassiers ontvingen wij de klacht, dat ook ten aanzien van het lidmaatschap van uit het werkgebied vertrokken leden maar al te vaak geen maatregelen volgen, liet komt voor, dat landbouwers reeds jaren in een bepaalde plaats wonen, zonder lid van de bank te worden, omdat zij nog steeds lid zijn van de bank in hun vroegere woonplaats. Of zij melden zich wèl aan, zodat dubbel lid maatschap ontstaat. Wij menen, dat hier inderdaad wel ongewenste toestanden bestaan. liet bestuur van de boeren leenbank behoort jaarlijks het ledenregister door te lopen en uit de werkkring vertrokken leden af te voeren als lid. Hiervoor is de goed keuring van de algemene vergadering nodig Men doet o.i. goed hiervan een vast agendapunt te maken. Onze kassier van het bovenstaande heeft blijk baar zijn gemoed eens willen luchten. Hij heeft nl. nóg een onaangename ervaring opgedaan. Een buurman-kassier trachtte een van izijn leden als cliënt te winnendoordat deze via een bank giro een bedrag hij de buurbank beschikbaar kreeg. Nu komt dit hij het huidige drukke giro- verkeer nogal eens voor, maar wij menen toch, dat een dergelijke concurrentie tot de uitzonde ringen zal behoren. I loewel de vacanties ten einde beginnen te lopen, willen wij de aandacht van onze kassiers, die met personeel werken, nog eens vragen om ons te willen mededelen of zij, ingeval dit nodig is, bereid zijn voor korte tijd iemand af te staan. Bij een paar langdurige ziektegevallen waren enkele banken zo welwillend, in te springen. Echter is het ons niet altijd bekend, waar wij terecht kunnen met een verzoek om hulp. Hoewel dit gelukkig nog tot de sporadische ge vallen behoort, worden onze banken toch nu en dan betrokken in een faillissement. In een enkel geval kwam de bank in moeilijk heden. omdat men, menende dit zelf wel te kun nen afwikkelen, bepaalde formaliteiten vergat, waardoor schade dreigde. Wij adviseren toch dringend deze gevallen onverwijld in handen te geven van onze juridische afdeling; men voorkomt dan vaak onvoorziene verwikke lingen. Ofschoon onze juridische afdeling (overladen met werk als zij is) ons hiervoor wellicht wei nig dankbaar zal zijn, moeten wij toch bij ver scheidene banken aandringen op het niet te lang laten lopen van achterstallige vorderingen waarvan men weet,, dat zij toch niet op normale wijze zullen binnenkomen. Men plege bijtijds overleg met de juridische afdeling! Nog vrij dikwijls komt het voor, dat minder jarig personeel van onze banken verantwoorde lijk kaswerk verricht en bovendien kwiteringen doet zonder daartoe door het bestuur gemach tigd te zijn. Bij minderjarigen is dit uitgesloten, tenzij zij „handlichting" krijgen. Doch ook meerderjarigen behoren door het be stuur te worden gemachtigd, terwijl ook aan de zekerheidsstelling aandacht moet worden be steed. Wij verzoeken onze banken, die in dit geval verkeren, dan ook zich om advies tot de Centrale Bank te wenden en hiermede niet te wachten. 3

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1951 | | pagina 3