FINANCIEEL OVERZICHT
afgeremd, doch laat ons hopen op een hersteld
vertrouwen in onze eigen munteenheid, waar
door de spaarbanken der coöperatieve boeren
leenbanken zich in volle glorie zullen kunnen
herstellen en ontwikkelen.
De afgelopen maand is rijk aan belangwekkende
gebeurtenissen op financieel gebied geweest. In
de eerste plaats moet dan volledigheidshalve
melding worden gemaakt van de uiteindelijke
aanvaarding door de Tweede Kamer van
minister Lieftinck's belastingplannen, zij het
ook dat deze op onderdelen wijzigingen hebben
ondergaan. Het resultaat 'is echter hetzelfde
gebleven, zodat de Nederlandse gemeenschap
voor de eerstkomende vier jaren de belas
tingen dragen een tijdelijk karakter, verband
houdende met de bijzondere inspanning voor de
bewapening 245 millioen per jaar meer zal
moeten opbrengen. Hiermede wordt derhalve
onze gezamenlijke koopkracht verminderd, het
geen ongetwijfeld de kapitaalsohaarste nog zal
doen toenemen en de kapitaalvoorziening voor
overheid en bedrijfsleven tot een nog moeilijker
vraagstuk zal maken.
Op de kapitaalmarkt nemen intussen de span
ningen merkbaar toe. Er is thans een wedloop
aan de gang tussen overheid en bedrijfsleven,
waarbij eerstgenoemde buiten de open markt 0111
op een belangrijk gedeelte van de nieuwe kapi
taalaanwas beslag tracht te leggen. De vorige
maal hebben wij reeds de aandacht op dit ver
schijnsel gevestigd. Nadat de Staat ten behoeve
van de volkomen vastgelopen gemeentefinan
ciering pas met het levensverzekeringbedrij f
een overeenkomst heeft gesloten, waarbij de
levensverzekeringmaatschappijen zich hebben
verbonden op 4 basis 250 millioen te reser
veren met de opmerkelijke verplichting voor
de Staat om bij een eventuele verdere stijging
van de rente voor staatsfondsen een hogere
rentevergoeding te geven voor die bedragen,, die
later krachtens bedoelde overeenkomst aan de
Staat zullen worden verstrekt, is inmiddels ook
de consolidatie tot stand gekomen van de
3j/2 vijfjarige schatkistbiljetten, welke zich
in handen van institutionele beleggers (inzon
derheid het levensverzekeringsbedrijf) bevon
den en dit jaar aflopen. Deze kort lopende
schuld is namelijk eveneens ondershands in een
4 staatslening omgezet, die evenals eerstbe
doelde lening een looptijd heeft van ten hoog
ste 25 jaar. Het totale bedrag van deze tweede
lening, die in tegenstelling tot de eerste geen
nieuw geld in de schatkist brengt, beloopt ruim
322 millioen. Met dit laatste bedrag zal der
halve de vlottende schuld van de Staat vermin
deren.
Er hebben in de loop van dit jaar zoals men
zich zal herinneren nog twee andere lenings
operaties door de Staat plaats gehad. Men sprak
bij de uitgifte der 3)4 -staatslening groot
200 millioen in het voorjaar weliswaar van
een mislukking, doch daarmede werd alleen
maar gedoeld op het feit, dat de inschrijvingen
met vrij geld en van andere zijde dan die van
van semi-overheidsinstellingen (rijks fondsen,
rijkspostspaarbank e.d.) zeer teleurstellend
zijn geweest. Hoe weinig werkelijk vrij geld er
toen binnen is gekomen, bewijst het feit, dat
ongeveer 180 millioen van de gevraagde
200 millioen met schatkistpapier werd vol
daan en slechts 20 millioen in vrij geld. Hier
uit blijkt echter tevens, dat de consolidatie, dus
de omzetting van vlottende in gevestigde staats
schuld op zich zei f wel degelijk is geslaagd.
Wanneer de Staat echter in zo belangrijke mate
als destijds, namelijk voor ongeveer drie vierden
van het leningsbedrag, op overheidsinstellingen
moet terugvallen, kan men kwalijk van een suc
ces spreken.
In financiële kringen was men trouwens van
meet af aan de opvatting toegedaan, dat minister
Lieftinck ook met zijn rentevoet van 3/4% ach
ter de marktontwikkeling aan kwam. Er bestond
te meer aanleiding voor deze zienswijze, omdat
zoals wij reeds herhaaldelijk in het licht hebben
gesteld, de marktverhoudingen nog altijd een
min of meer kunstmatig karakter dragen. Im
mers onthoudt de minister zich zoveel mogelijk
van een beroep op de open markt en sluit hij bij
voorkeur leningen buiten de markt om, voor zo
ver hij de staatsschuld niet in vlottende vorm
aanhoudt of schatkistpapier bij de circulatie
bank onderbrengt, om het gat in de staatsfinan
ciën te stoppen. Verder vinden er ook nog regel-
19