Bankgeheim
wil van weten, moet ge maar eens naar Frans
van Susses gaandat is ne geleerde vent, die is
kassier van de Raiffeisenkas en zal L> gaarne
alle nodige inlichtingen geven."
Dat was bij Zander op geen koude steen geval
len. En op een avond trok hij naar Frans van
Susses. Deze bracht hem op zijn bureau, tussen
stapels boeken en keurig geklasseerde papieren.
„Hewel Zander joeng," sprak de kassier, „dat
ge nog niet vroeger gekomen zijt. In de Raif
feisenkas bestaat inderdaad een systeem, door
slimme mannen te Leuven uitgedacht en ineen
gestoken en ze hebben dat daar giroverkeer
gedoopt. Dat zit 'm zoge neemt bij ons Raif
feisenkas een spaarrekening, die 3 intrest
opbrengt. Anders ligt lTw geld ergens thuis in
een koffer of t' steekt in de grond en dat brengt
maar allemaal embarras en zorgen meeintrest
geef het niet, ge hebt er niets aan, enkel veel
kommer, schrik voor dieven, brand, ratten en
muizen en wat weet ik al. Bij ons staat het
veilig. Maar dat is nog niet alles. Op die reke
ning gaat ge alle gelden inschrijven die ge anders
moet ontvangen, zoals van graan- of melkleve-
ringen, van varkens of andere producten, die ge
verkocht hebt. Met dat geld kunt ge dan aller
hande betalingen doen, zoals: veevoeders en
meststoffen aan de Aankoopafdeling, radio
taksen aan de Radio-omroep, aan de Compen
satiekas der Christelijke Patroons, facturen der
Aan- en Verkoopvennootschap, premiën der As
surantie van de Belgische Boerenbond, uw bij
drage aan de Onderlinge Kas voor Kindertoe
slagen en als lid van de Hoerengilde, belastingen
aan de fiscus, rekeningen aan 't Economaat van
de Boerenbond, bijdragen aan de Dienst voor
Sociaal Hulpbetoon, stortingen bij de R.M.Z.,
in een woord, alle mogelijke overschrijvingen.
Dat is allemaal zo simpel als bonjour. Ge be
zorgt mij 's avonds een ingevulde en onder
tekende giro-order, samen met uw spaarboekje
en ik zorg voor de rest. Ge spaart tijd en kom
mer uit, uw geld brengt intrest op enals
ge later krediet nodig hebt voor uitbreiding van
bedrijf of aankoop van grond, dan kunt ge als
spaarder ook een goedkope lening krijgen, aan
echt interessante voorwaarden. Een nieuwe
slogan, gelanceerd door de Centrale Kas, zegt:
„Wie spaart, is krediet waard".
Meer moest Zander niet weten, hij had spoedig
het belang van het giroverkeer ingezien en werd
van die dag af spaarder in de Raiffeisenkas.
Door de druilerige motregen stapte hij naar
huis, maar in zijn hart was zonneschijn.
In de Raiffeisen-Bode van Juni 1951 wordt
onder de rubriek Vraag en Antwoord de vraag
behandeld of het bankgeheim nog bestaat. I11
het antwoord werd medegedeeld, dat het Be
sluit Uitbreiding bevoegdheden Belastingambte
naren (B.U.B.) met ingang van 1 Januari 1951
zijn kracht had verloren en dat het bankgeheim
thans weder bestond. Tot onze spijt bemerkten
wij, dat zulks niet geheel juist is.
Weliswaar is het B.LhB. vervallen, doch van
kracht is nog art. 10 van het Buitengewoon Na-
vorderingsbesluit van 1945. Dit artikel luidt
als volgt:
„Art. 10. (1) Een ieder is gehouden, aan iedere
inspecteur der belastingen, aan iedere inspecteur
der accijnzen, aan ieder ambtenaar van 's Rijks
belastingdienst, die in het bijzonder met het
onderzoeken van boeken en andere bescheiden
is belast en aan iedere door Onze Minister van
Financiën daartoe aangewezen andere ambte
naar van 's Rijks belastingdienst, de gegevens
te verstrekken en wel duidelijk en naar waar
heid welke van hem ten behoeve van de
uitvoering van dit besluit of ten behoeve van
de heffing van enige Rijksbelasting worden
gevorderd.
(2) De gegevens dienen te worden verstrekt,
hetzij schriftelijk, hetzij mondeling, hetzij door
het verlenen van inzage van boeken en andere
bescheiden, ter keuze van degene die het ver
strekken van de gegevens vordert en binnen de
door deze bepaalde termijn.
(3) Hij wie inzage van boeken en andere be
scheiden is gevraagd, wordt geacht die in zijn
bezit te hebben gehad, tenzij het tegendeel aan
nemelijk is.
(d) Voor een weigering om te voldoen aan een
in dit artikel opgelegde verplichting kan niemand
zich met vrucht beroepen op de omstandigheid,
dat hij uit enigerlei hoofde tot geheimhouding-
is verplicht, zelfs niet indien deze verplichting
hem bij een wettelijke bepaling is opgelegd.
O
16