Hoe Zander Janssens liet giroverkeer leerde kennen Anno Domini 1944 Het overkwam iemand, die zeer nauw is be trokken bij de boerenleenbanken. Hij wilde voor een pasgeborene 100.storten bij een coöpe ratieve boerenleenbank, maar, verbaast U zich niet, het werd niet geaccepteerd. Alen had geld genoeg en stelde geen prijs op nieuwe spaarders. De kleine kreeg toen een boekje bij de R.P.S. Hoe zou het nu (7 jaar later) staan met de liquiditeitsgrens van deze bank? De tijden kunnen wel snel veranderen. Twee meningen We spreken met kassier A over het gebruik Aan folders. Hij zegt: ,,Ze zijn heel aardig, maar niet geschikt voor deze streek. De mensen lezen die dingen nauwelijks en gooien ze direct weg.'' En nu kassier B in dezelfde streek: „Wij ge bruiken bijna alle drukwerken van de Centrale Bank en vrijwel steeds kan er op een behoorlijk- resultaat worden gewezen." Waar ligt 1111 de waarheid? Waarschijnlijk ook hier in het midden en een oordeel over de men sen en de streek is bijna altijd afhankelijk van een persoonlijke instelling ten aanzien van deze zaken. In de Raiffeisen-Echo, het maandblad van de Centrale Kas voor Landbouwcrediet van de Belgische Boerenbond, troffen wij onder boven staande titel een sappig Vlaams verhaal aan, dat wij onze lezers zowel om de vorm als om de inhoud niet willen onthouden. Voor een goed begrip willen wij er aan toe voegen, dat door de Belgische Raiffeisenbanken reeds geruime tijd veel propaganda wordt ge maakt voor het giroverkeer, dat over de spaar bank loopt. In België splitst men de spaargelden evenwel in direct opvraagbare gelden, gelden voor een half jaar vast, één of twee jaar vast, enz., waardoor een sterk oplopende rentevoet wordt verkregen. De rentevoet ligt in België ook veel hoger dan bij ons en de vergoeding van 3 die in dit artikeltje wordt genoemd, geldt voor direct opvraagbare gelden en giraal geld. In feite is de toestand dus niet veel anders dan bij onze banken, waar het giroverkeer uitslui tend over de lopende rekening wordt geleid, waarvoor dan ook de geringste rentevergoeding- geldt Toen Lowieke Peeters op een zonnige Herfst- voormiddag met zijn dampende mestkarre naar 't veld trok, kwam hij halverwege het dorp en 't bos Zander Janssens tegen, die zich dorp- waarts spoedde. Lowieke hield hem staande en vroeg: „Awel Zander, ge ziet er zo gehaast uit„Och Lowie joeng, wat een miserie hè, 't is alle dagen wat anders. Tegenwoordig zou 'ne boer zich in vier stukken moeten snijden 0111 alles bij te houden. 't Veld wacht, er moet geploegd en gezaaid worden en dan vallen z'ons nog dagelijks lastig met allerhande vodden en papieren. Dees week ga ik al voor de tweede keer naar de post om een storting te doen en 'k zal niet eens verschie ten als ik thuis kom, als de facteur weer wat anders gebracht heeft. Zeg Lowie, 'k moet gaan man, de tijd staat niet stil hè!" „Allee dan Zander, tot ziens," antwoordde Lowieke, „maar als ge te veel miserie hebt en te weinig tijd, dan is 't uw foutga mee met uw tijd en doe zoals ik. Ju vos!" en dokkerend reed de kar over de ruwe straatstenen. Prakkezerend stapte Zander verder en dacht mopperend„Lowie weet het altijd beter, kan ik het helpen dat de vrouw thuis niet weg kan en dat de kadeeën nog te klein zijn om een bood schap te doen En dat ik zover van de dorps kom woon 's Zondags daarop ontmoetten beide boeren elkaar opnieuw na kerktijd. „Wel Lowieke," fleemde Janssens, „in de week hebt ge gezegd dat ik met mijn tijd moet mee gaan en dat er dan wel beternis komtkunt ge me ne keer expliceren wat g'er mee bedoelt?" „Da's heel eenvoudig man," wedervoer Peeters, ,,ik doe al mijn betalingen langs het giroverkeer bij de kassier der Raiffeisenkas. In de week verlies ik daarvoor geen tijd, de post mag voor mij gerust sluiten. Mijn stortingen doe ik 's avonds". Zander's mond viel open lijk een valdeur, 11a enkele stonden kreeg hij er uit „Giroverkeer? wat is dat?" „Wel Zander, dat is geld ontvangen en betalen zonder eigenlijk- geld in handen te hebben. Als ge daar 't fijne 15

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1951 | | pagina 15