voor en namens hem hij de Spaarbank te kunnen disponeren. Een gezegeld afschrift dier volmacht dient dan bij de Spaarbank te worden gedeponeerd. Hypotheekakte ten laste coöperatie 'rang: Kan de model-akte A zonder meer ge bruikt worden indien aan een coöperatie een voorschot onder hypotheek wordt verleend? Antw.: Model A kan als basis dienen, doch het is gewenst om de bepalingen 6 en 9 van for mulier 123 als aanvullingen op de Algemene Voorwaarden (b.v. als art. 6 en 7 van Hoofd stuk TI) op te nemen. Statutenwijziging van credietgenietende verenigingen Vraag: Wanneer de statuten van een crediet genietende vereniging gewijzigd worden, moet dan ook een nieuwe credietakte worden op gemaakt Antw.: Niet nodig; crediet kan op de oude akte doorlopen. Ball-point Vraag: Mogen wij de cliënten stortingsbewij zen, kwitanties e.d. met een ball-point laten tekenen Antw.: Hiertegen bestaat geen overwegend bezwaar. I raag: Kan tegoed op ledenrekening als zeker heid geaccepteerd worden? Antw.: Een dergelijk tegoed is niet als enige zekerheid te accepteren. Hoogstens kan het onder bepaalde omstandigheden als aanvul lende zekerheid worden aangenomen. In de eerste plaats is het tegoed op ledenrekening (ook wel eens ledenkapitaal genoemd) door gaans alleen opeisbaar na het einde van het lidmaatschap, dus op een volkomen onzeker tijdstip, afhankelijk van de wil van het lid- voorschotnemer. In de tweede plaats is in de statuten van coöp. zuivelfabrieken e.d. gewoonlijk de be paling opgenomen, dat, indien en zodra het ledenkapitaal opeisbaar is geworden, de coöp. vereniging met dit tegoed zal kunnen ver rekenen al hetgeen zij op dat moment van het uitgetreden lid te vorderen zal hebben; on danks verpanding of overdracht blijft de coö peratie deze bevoegdheid houden, daar het lid zijn vordering slechts kan verpanden of over dragen met alle daarop rustende beperkingen. Ten slotte houden vrijwel alle statuten in, dat indien in enig jaar te veel melkgeld is uitbe taald, het te veel uitbetaalde door de leden moet worden teruggegeven en hetgeen hier voor ten laste van het lid komt, in mindering van zijn vordering op ledenrekening of leden kapitaal gebracht mag worden. Ook deze bevoegdheid van de coöp. vereni ging blijft ondanks de verpanding of cessie bestaan. Het onderpand wordt dus een vor dering, waarvan het bedrag, al is dat op het moment der verpanding of overdracht wel be kend, allerminst vaststaat. De aard van deze vordering brengt met zich mede, dat deze in uitzonderingsgevallen hoog stens als aanvullende zekerheid kan worden geaccepteerd. Belegging spaartegoed minderjarigen Vraag: De kantonrechter alhier staat op het standpunt, dat hij in voorkomende gevallen moet bepalen, dat het spaartegoed van onder voogdij staande kinderen enkel bij de R P.S. belegd mag worden. Waarop berust dit stand punt Antw.: Artikel 438 B.W. (nieuw) luidt: Zonder machtiging van de kantonrechter mag de voogd de penningen van de minderjarige niet anders beleggen dan a. in onroerende goederen b. in inschulden, verzekerd door eerste hypo theek op onroerende goederen of schepen, waarvan de waarde ten minste anderhalf maal zo groot is als de hoofdsom der in- schuld c. in de waarden, genoemd in art. 5 van de beleggingswet d. in inleggingen bij de ITl'.S., op boekjes bestemd voor de belegging' aan minder jarigen. De kantonrechter is op grond van dit artikel dus niet verplicht 0111 in alle gevallen beleg ging der gelden van de minderjarigen bij de Tegoed op ledenrekening als zekerheid? 16

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1951 | | pagina 16