Landbouwcrediet in Duitsland vooral bij de grote groepen van de bevolking moet de bereidheid opkomen om in deze geest hun medewerking te verlenen. Dit is in grote lijnen de visie van prof. De Vries over de zozeer omstreden particuliere bedrijfsorganisatie. Er is aanleiding om er eens over na te denken. Volgens het weekblad „Economische Voorlich ting" maken de besprekingen over het plan- Schumann goede voortgang. In de rapporten dei- onderscheidene commissies,, die thans door de regeringen der betrokken landen worden bestu deerd, wordt voorgesteld, dat de deelnemende landen een enkele markt voor de producten van hun steenkool- en staalindustrie zullen vormen door douanerechten en contingenteringen af te schaffen. Hetzelfde blad meent, dat er in de laatste tijd een merkbare verbetering is ingetreden in de economische positie van Europa, ja, van de gehele wereld als gevolg van de omstandigheid, dat Amerika voor de uitvoering van zijn be wapeningsprogramma zijn invoer sterk zal gaan vergroten. Daardoor zullen vele landen hun be talingsbalans met het dollargebied aanzienlijk kunnen verbetereneen van de voornaamste oor zaken van de economische moeilijkheden, het dollartekort, zou indien deze tendenz aanhoudt, komen te vervallen. Deze verlichting zou wel kom zijn, maar er is weinig reden tot juichen als men zich realiseert, wat er de oorzaak van is. Evenmin kan men optimistisch zijn over de duurzaamheid van een herstel, dat op dit fun dament gebouwd is. (Vervolg) e. Als centrale organi-aties op het gebied van het coöperatief landbouwcrediet kunnen ge noemd worden de Deutsche Zentralgenossen- schaftskasse en de DeutscheRentenbank-Kre- ditanstalt. Beide instellingen hebben in de periode tussen de beide wereldoorlogen als cen trale credietbronnen voor alle soorten crediet een grote rol gespeeld. Ook na de eerste wereld oorlog heeft de inflatie de regionale geld- en kapitaalmarkten vérgaand verstoord en het de plaatselijke credietinstellingen door verlies van eigen kapitaal en van gedeponeerde gelden on mogelijk gemaakt aan de credietbehoeften van de landbouw te voldoen. Ten einde aan de grote vraag naar crediet van de zijde van de landbouw te kunnen voldoen en het georganiseerde land bouwcrediet te steunen en weer op gang te hel pen werd in 1925 op grond van de desbetref fende wet de Deutsche Rentenbank-Kredit- anstalt opgericht met een kapitaal van RM 500 millioen. Hierdoor werd het mogelijk op grote schaal leningen op te nemen zowel in het buitenland (in het bijzonder in Amerika) als in het binnen land. Zo kon de landbouw in een tijd, toen geen andere credietbronnen ter beschikking stonden, credieten bekomen op voorwaarden, die gunsti ger waren dan zij vroeger verlangd konden worden. De Deutsche Rentenbank-Kreditanstalt was verder een waardevol hér financieringsin- stituut voor de verschillende hierboven reeds genoemde soorten van crediet. Verder heeft zij actie gevoerd om de in de jaren 1928 tot 1932 in de landbouw optredende crisis te boven te komen. Daarnaast werd de Deutsche Zentralgenossen- schaftskasse (de eigenlijke centrale bank van de boerenleenbanken) door de Staat,, de coöpe raties en de Deutsche Rentenbank-Kreditanstalt van een groot eigen kapitaal voorzien, ten einde haar in staat te stellen niet alleen te dienen als gelduitwisselingsinstituut voor het gezamen lijke coöperatiewezen, maar ook om als top- organisatie van de coöperatieve credietinstel lingen zeer belangrijke credieten te verstrekken zowel ten behoeve van de landbouwbedrijven en landbouwindustrie als van verbruikscoöperaties. Na de tweede wereldoorlog lagen de verhou dingen ongeveer evenzo als na de eerste, alleen was er nog een groter gebrek aan kapitaal. De Deutsche Rentenbank-Kreditanstalt en de Deut sche Zentralgenossenschaftskasse hebben welis waar de wereldoorlog overleefd en zouden der halve haar vroegere werkzaamheden hebben kunnen vervolgen. Ten gevolge van de verlie zen in Oost-Duitsland en het verloren gaan van van het eigen kapitaal door de geldsanering ont- Bewapening en dollartekort Centrale organisaties 6

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1950 | | pagina 6