LANDBOUWCREDIET IN DUITSLAND
In ons nummer van Juli 195° gaven wij een
kort verslag van het op 11, 12 en 13 Mei jl. te
Zürich gehouden internationale congres van
landbouwcredietinstellingen. Als de belang
rijkste uitgebrachte rapporten noemden wij die
van de heren Cramois, Van Campen en Kissler.
Van het rapport van de heer an Campen ver
meldden wij in ons verslag de korte inhoud,
terwijl wij het rapport van de heer Cramois iets
uitgebreider weergaven in het bij het verslag
aansluitende artikel „Landbouwcredietinstellin
gen en de steun van de prijzen van landbouw
producten".
Thans willen wij een aanvang maken met het
weergeven van de belangrijkste gedeelten uit het
rapport van de heer Dr. II. Kissler, directeur-
generaal van de Landwirtschaftliche Renten-
bank in Duitsland.
Allereerst geeft het rapport enkele cijfers, waar
uit de betekenis van de landbouw voor Duits
land blijkt (uiteraard heeft het rapport uitslui
tend betrekking op de Duitse Bondsrepubliek):
Het Duitse Rijk had in 1938 een bevolkings
aantal van 69.316.500. De Duitse Bondsrepu
bliek telde in 1939 39.350.200 bewoners en in
1949 47.693.800.
De door de landbouw bebouwde oppervlakte be
droeg in 1938 voor het gehele Duitse Rijk
28.537.200 ha; voor de Duitse Bondsrepubliek
in 1949 14.022.900 ha.
liet Duitse Rijk kon in 1938 voor 82 voor
zien in de eigen behoefte aan voedingsmiddelen.
Dit zelfde percentage bedroeg in 1949 voor de
Duitse Bondsrepubliek 5° t°t 55-
De landbouw van de Bondsrepubliek Duitsland
staat voor de zeer moeilijke opgave om de op
brengst aan landbouwproducten zodanig te doen
stijgen, dat de voeding van de in 10 jaren met
ongeveer 8.500.000 zielen toegenomen bevolking
(vervolg van pag. 6)
nomen, de financiële stabiliteit is tot op zekere
hoogte teruggekeerd. De volgende stappen, die
Europa kan nemen, liggen slechts in één rich
ting, in nieuwe en betere methoden van inter
nationale samenwerking."
Deze woorden hebben speciaal betrekking op
het plan-Schumann voor kolen en staal, maar
zij zijn evenzeer geldig voor de landbouw.
van "VVest-Duitsland meer nog dan vroeger
komt te rusten op basis van zelfvoorziening.
Het doel is binnen afzienbare tijd te komen tot
een zelfvoorziening van 70 Zonder hereni
ging met Oost-Duitsland kan een hoger percen
tage niet worden bereikt.
Voor de bereiking van het gestelde doel is het
noodzakelijk de oorlogsschaden te dekken, de
bedrijven door mechanisatie te rationaliseren en
door bodemverbetering nieuwe cultuurgrond ter
beschikking te krijgen. Verder zal het garan
deren van bepaalde prijzen voor de landbouw
productie nodig zijn, alsmede het beschikbaar
stellen van de benodigde credieten op gunstige
voorwaarden.
Het is voor de Westduitse landbouw een groot
voordeel, dat zij in haar landbouwcredietorgani-
satie een voortreffelijk ontwikkeld apparaat be
zit, dat met de levens- en arbeidsvoorwaarden
ten plattelande op grond van jarenlange erva
ring het beste vertrouwd is en de garantie kan
bieden, dat de ter beschikking gestelde middelen
op de juiste plaats worden aangewend en dat
onjuiste investeringen worden vermeden.
De betekenis van de landbouwcredietorganisatie
blijkt wel hieruit, dat van de op het eind van
1931 uitstaande landbouwhypotheken tot een
totaal bedrag van Mk. 7.656.000.000.niet min
der dan 70% of Mk. 5.277.000.000.— was ver
strekt door landbouwcredietinstellingen en het
resterende bedrag ad Mk. 2.379.000.000.
door particulieren.
De credietverlening aan de landbouw door par
ticulieren, hoewel niet geheel te vermijden, en
omvattende leverancierscrediet (korte termijn)
en hypotheken (lange termijn), moet in het
algemeen ongewenst worden geacht, omdat
controle op de voorwaarden en op de besteding
niet steeds mogelijk is en bij de verstrekking
niet altijd rekening wordt gehouden met aan
passing aan de productiemogelijkheden der be
trokken bedrijven.
Het landbouwcrediet in Duitsland, waarvan de
organisatie op wettelijke grondslag rust, kan
worden verdeeld in de volgende soorten van
crediet
a. crediet op korte termijn,
b. crediet op middelbare termijn,
c. crediet op lange termijn (met inbegrip van
crediet voor verbetering van de grond),
d. crediet voor speciale doeleinden.
7
