UIT DE PRAKTIJK
verloop het saldo der bij de bouwkas beschikbare
middelen in de eerste boekjaren zou hebben en
hoe groot in de latere jaren de credietbehoefte
wordt. 3).
In de eerste acht boekjaren worden geen bouw-
kapitalen uitgekeerd, daar verondersteld is, dat
de wachttijd voor iedereen 8 jaar is.
Daarna begint de verstrekking van hypotheken
en nemen de beschikbare middelen af, al spoe
dig is het saldo ondanks de thans tevens
binnenkomende aflossingen uitgeput en ont
staat er, ten gevolge van de voortgaande uit
kering van hypotheken aan deelnemers, die 8
jaar hebben gespaard, een negatief saldo, waar
voor de kas crediet van buitenstaanders (vreemd
geld) moet aantrekken. Deze credietbehoefte
wordt bij constante productie van jaar tot jaar
groter en bereikt op de duur een constante
grootte. Bij verplichte spaarstortingen en aflos
singen van eenzelfde grootte, als bij de meeste
renteloze kassen gebruikelijk is, stijgt de be
hoefte aan vreemd geld totdat zij op de duur
een grootte bereikt van ongeveer het drie- a vijf-
In verband met de in 1947 door de Verzekerings
kamer aan de bouwkassen gestelde eis, dat geen bouw-
kapitalen mogen worden uitgekeerd aan deelnemers,
die minder dan 20 van het bouwkapitaal hebben
gespaard, is hier een wachttijd van 8 jaar aangeno
men, daar men in die tijd met maandelijkse betalingen
van 2 °/ocj per maand ongeveer 20 bij elkaar kan
sparen.
vond van de jaarlijkse productie. Zouden er
b.v. jaarlijks 5000 nieuwe deelnemers toetreden,
die elk sparen voor een bouwkapitaal van
10.000.(jaarlijkse productie dus 50 mil-
lioen), dan zou die kas na de aanloopperiode
voortdurend behoefte hebben aan vreemd geld
tot een bedrag van rond 150 tot 250 millioen.
Het werkelijk benodigd crediet kan door aller
lei omstandigheden enigermate veranderen. Is de
productie niet constant, doch veranderlijk, dan
is ook het op te nemen bedrag variabel. Ook het
optreden van royementen, extra stortingen, niet
aanvaarden van toegekende hypotheken enz.,
kortom alle factoren, welke bij een renteloze
kas de werkelijke wachttijd bepalen, oefenen hier
hun invloed uit op de werkelijke grootte van het
benodigd crediet.
Hebben we hiermede enigszins een indruk ver
kregen van de enorme credietbehoefte. welke
ontstaat door de wachttijd in de evenwichts
toestand terug te brengen tot een vaste wacht
tijd van 8 jaar, dan kunnen we ons thans afvra
gen op welke wijze een bouwkas in een derge
lijke credietbehoefte zou kunnen voorzien door
het aantrekken van vreemd geld.
(Wordt vervolgd).
2) Indien bepaalde veronderstellingen worden ge
maakt ten aanzien van extra stortingen, spaarrente,
hypotheekrente, eventuele kostenbijdrageu. enz. kati
de behoefte aan vreemd geld vanzelfsprekend nauw
keuriger worden berekend.
De rijpere jeugd. en sparen. Een onzer grotere
boerenleenbanken
heeft een ernstig onderzoek ingesteld naar de
mogelijkheden tot bevordering van het sparen
door de rijpere jeugd. Dit onderzoek was op de
juiste wijze geredigeerd, het had de steun van
de geestelijke leiders, doch het resultaat was
allerminst bemoedigend. Er bleek eigenlijk uit,
dat de jongelui uit die omgeving niet de ge
ringste belangstelling hadden voor het sparen,
waarbij wij in het midden willen laten of die
jongelui daartoe in staat zouden zijn.
Toch zijn wij van mening, dat het mogelijk moet
zijn contact te houden met de jongeren, die zelf
geld verdienen en zeker in staat zijn iets opzij
te leggen. Het waardevolle werk van de school-
spaarbank wordt ten dele weer te niet gedaan,
wanneer de jongelui het geheel ontwennen om
regelmatig iets te sparen. Wij zien ook andere
spaarinstellingen pogingen doen 0111 de werkende
13