orcjAvïiiJAt'ic cl In financiële kringen is men thans benieuwd welke les de minister uit het magere resultaat van de jongste emissie zal trekken. De geringe animo, waarmede de nieuwe lening is tegemoet getreden, zal de minister wellicht nopen de leningsvoorwaarden bij volgende emis sies aantrekkelijker te maken dan wel voorlopig van verdere consolidatie dus uitgifte van lang lopende leningen tegenover aflossing van kort lopende schatkistschuld af te zien. Hieronder volgen de verzamelbalansen der bij de Centrale Bank aangesloten banken, vermel dende de saldi per 31 December 1948, 31 De- ACTIVA Liquide middelen Kas, giro, enz Centrale Bank Beleggingen Aardappelwissels Schatkistpapier Effecten Deelnemingen leningen Voorschotten gemeenten Bedrijfscredieten Voorschotten particulie ren Debetsaldi in lopende reke ning Overheidsbetalingen Immobilia Vast goed Aandelen Centrale Bank Transitorische activa Te vorderen rente Zekerheidstellingen 5-° cernber 1949 en 31 Januari 1950. Zowel per 31 December 1949 als per 31 Januari 1950 zijn de balansen inclusief de bijgeschreven rente. PASSIVA Verplichtingen aan derden Banken 0.2 Zegeldepót Centrale Bank Creditsaldi in lopende reke ning 211.8 Spaargelden 985-0 Eigen kapitaal Reserve inclusief bijzon dere reserve 41-2 Transitorische passiva Saldo diversen (winsten, onkosten, te betalen belas tingen enz.) 4-5 Zoals uit deze balansen blijkt is het hoofd „Be drijfscredieten" thans gespecificeerd in voor schotten particulieren, debetsaldi in lopende reke ning en overheidsbetalingen, terwijl de voor schotten aan gemeenten, die voorheen eveneens onder Bedrijfscredieten waren ondergebracht, nu onder het hoofd Beleggingen" voorkomen. In de maand Januari stegen de toevertrouwde gelden met 18.4 m., terwijl het saldo tegoed der boerenleenbanken bij de Centrale Bank toe nam met 7 m. De mutaties in de overige posten zijn vrij ge ring geweesteen bespreking ervan volgt hier onder Liquide middelen De liquide middelen der banken vermeerderden met Kas- en girosaldi Saldotegoed bij de Centrale Bank Toename liquide middelen per saldo Beleggingen Alle posten van deze rubriek namen toe 0.9 m. 7.0 m. 7.9111. 13-12 1948 31-12 1949 3i-i 195° 18.5 19-3 20.2 775-2 759-9 766.9 4.6 3-o 3-3 28.2 17-3 21.2 124-5 133-2 135-4 21-5 24.8 25.8 33-i 34-i 35-2 97-3 127.6 i3°-3 132.0 156.2 154.0 1.6 4.0 5-0 2.6 2.6 2.6 1.0 1.0 1.0 0.2 1242.7 1284.0 1302.5 31-12 1948 31-12 1949 0.2 0.4 203.1 1030.9 4S-I 4-3 195° 0.3 11 207.2 1045.2 45-1 3-6 1242.7 1284.0 1302.5 19

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1950 | | pagina 19