Het bezit van een eigen huis en bouwkassen
reu, aangezien het tekort aan dollars de import
van landbouwproducten die voor een groot deel
uit de dollargebieclen worden betrokken) be
perkt. Een dergelijke uitbreiding der productie
vindt zijn beste stimulans in lonende prijzen.
Ook de noodzaak voor ons land om te expor
teren, dringt in de richting van vergrote pro
ductie van agrarische voortbrengselen. En ook
hier geldt, dat de beste manier om dit te berei
ken is: betaling van lonende prijzen. Ook voor
de prijzen der agrarische exportproducten mag
de verwachting worden uitgesproken, dat deze
voorshands wel lonend zullen blijven, ook al
zouden zij op de buitenlandse exportmarkten
beneden een lonend peil dalen.
In het algemeen mag gezegd worden, dat de
boeren momenteel geen redenen hebben om de
toekomst met zorg tegemoet te zien.
1 lier moet echter een voorwaarde gesteld worden
en wel deze, dat de boeren hun bedrijf op econo
mische en doeltreffende wijze moeten voeren.
Als voorts de Benelux verwezenlijkt wordt en
als geen beperkende bepalingen worden gemaakt
voor de invoer van Nederlandse landbouwpro
ducten in België, zal onze landbouw zeker van
de Belgische markt profiteren.
Wat de rentevoet betreft, meent de inleider op
grond van verschillende feiten met vrij grote
zekerheid te mogen verwachten, dat deze een
stijging zal ondergaan. Omtrent het tijdstip,
waarop een renteverhoging zich zal manifes
teren, is niets met zekerheid te zeggen. Een
stijging van de rente zal nog wel even op zich
kunnen laten wachten.
Zal de toekomst de zo vurig gewenste belasting
sverlaging brengen? Gaat men de overheidsuit
gaven na, dan zal voorlopig op een enigszins
belangrijke verlaging van de belasting niet be
hoeven te worden gerekend.
Een toename van het nationale inkomen door
vergroting van de productie zou, bij overigens
lijvende overheidsuitgaven, belastingver
laging toelaten. Nu is het Nederlandse nationale
inkomen wel bezig groter te worden, maar
waarschijnlijk zal dit in een steeds langzamer
wordend tempo gebeuren en dus moet hiervan
voor de nabije toekomst niet te veel worden ver
wacht.
Een andere vraag is of het niet mogelijk is het
systeem der belastingen zodanig te veranderen,
dat de bezwaren, die uit de hoge belastingen
voortvloeien (het remmen van ondernemings
geest en werklust), enigszins worden verlicht.
De regering is inderdaad in deze richting bezig
door verlaging van inkomsten- en onderne
mingsbelasting voor te stellen. Hiertegenover
zullen dan echter de indirecte belastingen moe
ten worden verhoogd, welke verhoging echter
slechts tot een zekere grens zal kunnen gaan,
aangezien anders niet alleen ontevredenheid zal
worden gewekt bij grote groepen der bevolking,
maar ook de deur zal worden opengezet voor
eisen tot loonsverhoging.
De algemene indruk', die deze blik in de toe
komst achterlaat, is van gemengde aard. Licht
en donker wisselen elkaar af. liet belasting
perspectief is vrij somber, maar het renteper
spectief is, althans voor de boerenleenbanken,
niet ongunstig. Bepaald gunstig is het perspec
tief van de agrarische prijzen, maar hier staat
weer tegenover een zeer waarschijnlijke daling
van de waarde van de gulden, die, al zal zij ver -
moedelijk beperkt blijven/uit het oogpunt van
de banken (en niet alleen uit dit oogpunt) min
der wenselijk is.
De in Nederlands economische toekomst ge
worpen blik heeft nog niet gerust op problemen
als betalingsbalans, bevolkingstoename en in-
dustralisatie.
Alle problemen echter, die Nederland in de toe
komst worstelend zal hebben op te lossen, zullen
gemakkelijker worden opgelost naarmate het
Nederlandse volk harder zal werken en meer
zal produceren.
De bouwkosten voor een huis zijn thans onge
veer 3^2 maal zo hbog als bij het uitbreken van
de laatste wereldoorlog.
Wil men de huren der nieuw te bouwen wonin
gen in een redelijke verhouding stellen tot de
huren van de bestaande woningvoorraad, welke
vooralsnog tot het peil van 1940 zijn beperkt,
dan moet een aanzienlijk deel van de exploitatie
kosten worden gedekt door bijdragen van de
overheid. Deze bijdragen worden, zoals bekend,
door de Staat aan hen, die een nieuwe woning
bouwen, toegekend krachtens de financierings
regelingen 1947 en 1948 in de vorm van een
jaarlijks bedrag en een over tien jaar nader te
berekenen bijdrage ineens (zie handboekje blz.
327352)-
Hoewel deze vergoedingen het tekort in de
Het bezit van een eigen huis
9