credieten vrijwel alleen kan geschieden door
hen, die over onroerende goederen beschikken en
dit zijn gewoonlijk niet de kleine landbouwers.
De twee grondslagen, waarop de criedietverle
ning' aan kleine landbouwers dient te rusten,
namelijk het aanvaarden van persoonlijke borg
stelling en beperking van het werkgebied, zijn
hij de organisatie der landbouwkantoren te zeer
uit het oog verloren. Het op zich nemen van een
zo zware verantwoordelijkheid tegenover de
A.S.L.K. maakt het zeer moeilijk om voor de
landbouwkantoren voldoende beheerders te vin
den. Dientengevolge is het aantal landbouw
kantoren te gering en werkt de organisatie
stroef. Volgens de schrijver is er in dit opzicht
zowel bij de A.L.S.K. als bij de landbouwkan
toren echter een kentering in de goede richting-
waar te nemen.
Hoewel het particuliere initiatief voorzag in de
behoefte aan landbouwcrediet (waarbij de
Staat hoogstens de helpende hand bood), achtte
de overheid het in verband met de crisisomstan
digheden in 1935 toch nodig zich zelf met het
landbouwcrediet te gaan bezighouden. Wij ver
meldden bereids, dat de overheid in T934 in het
belang van de spaarders overging tot de oprich
ting van een Centraal Bureau voor de kleine
spaarders, door middel van welk Bureau con
trole werd uitgeoefend op alle spaarinstellingen,
dus ook op de Raif feisenkassen.
I fet volgende stadium was de oprichting van de
Nationale Maatschappij van de Kleine Land-
bouweigendom in 1935. Deze Maatschappij
werd opgericht als gevolg van de scherpe econo
mische en financiële crisis, welke in België haar
hoogtepunt bereikte in de winter 1934 '35- Het
was geen zuivere landbouwcredietinstelling.
Haar doeleinden waren de volgende
1. Medewerking aan het verkrijgen van goed
kope woningen voor de kleine landeigen
dom.
2. Uitbreiding van de kleine landeigendom
door het oprichten en inrichten van kleine
landeigendommen, het productief maken van
deze eigendommen, het oprichten van de ge
houwen, het aankopen van het materiaal en
van het vee, nodig voor de exploitatie dezer
eigendommen.
3. Het toestaan van leningen aan niet-kapitaal-
krachtige personen, ten einde hen de eigen
dom van de bovengenoemde goederen te
doen verwerven.
De Maatschappij is dus geen eigenlijke land
bouwcredietinstelling. Men zag er bij de oprich
ting vooral een middel in ter bestrijding van de
werkloosheid. Sedert haar oprichting tot eind
1946 werden door de Maatschappij in totaal
aangekocht 1199 ha 91 a en 16 ca voor een
waarde (na inrichting) van fr. 29.210.695,16.
In dezelfde periode werden door haar 4934
leningen verstrekt voor een bedrag van
fr. 257.448.906.De credietnemers waren
landarbeiders, ambachtslieden, kleine landbou
wers, werklieden en bedienden.
Een verdere bemoeiing van de overheid met het
landbouwcrediet was het oprichten in 1 <>37 van
het Nationaal Instituut voor Landbouwkrediet
Immers door de oprichting van deze overheids
instelling begaf de Staat zich daadwerkelijk op
het terrein van het landbouwcrediet.
Hoewel de schrijver van oordeel is, dat alle
maatregelen, genomen in het belang van de
landbouwers, dienen te worden toegejuicht, is
hij toch van mening, dat de activiteit van de
Staat ten opzichte van het landbouwcrediet de
werking van het door de landbouwers zo ge
waardeerde Raiffeisenstelsel niet mag verhin
deren of uitschakelen.
Uit hetgeen wij hiervoor hebben opgemerkt is
reeds gebleken, dat de Raif feisenkassen zich in
hoofdzaak bevinden in het Vlaamse gedeelte
van België, terwijl in het Waalse gedeelte mees'
de landbouwkantoren werkzaam zijn. De heer
Florcjuin, uit wiens werk ,,Het landbouwkrediet
in België" wij hier het een en ander weergeven,
is van mening, dat voor een staatsinstelling voor
landbouwcrediet in Vlaams-België weinig reden
is, terwijl een dergelijke instelling voor Waals-
België wel gewenst was.
Verder acht hij een staatsorganisatie voor land
bouwcrediet nuttig voor de financiering van
grote werken van algemeen nut in de landbouw
Tot eind 1940 waren door liet N.I.L. 1 156 pos
ten verstrekt tot een totaal uistaand bedrag.van
fr. 31.470.733.—
Voor afbetaling van bestaande leningen diende
17 c/< der verstrekte posten, als oogstvoorschot-
ten 1 1 °/o. De overige dienden voor verschillende
doeleinden.
In de periode 19401945 heeft het N.I.L. be
langrijke diensten verricht bij de financiering
Het Nationaal Instituut
voor Landbouwkrediet
17