REKENING EN BALANS 1949
7-5
Saldo-tegoed bij de Centrale Bank 7*7
De schuld aan de Centrale Bank nam af
met 1
7.6
De kas- en girosaldi namen toe met o. 1
De liquide middelen verminderden per
saldo met 7-5
Beleggingen
Van deze rubriek namen toe de posten
Aardappelwissels f 0.6
Deelnemingen leningen 0.2
0.8
Schatkistpapier verminderde met 0.3
De beleggingen namen dus per saldo
toe met 0.5
Bedrijfscredieten
De door de boerenleenbanken in de vorm van
voorschotten en debetsaldi in lopende rekening
verstrekte bedrijf scredieten vertoonden een toe
name van 6.1
Ier plielitingen aan derden
De spaargelden namen af met 0.8
De creditsaldi in lopende rekening
daalden met °-5
f 1-3
I let zegeldepot Centrale Bank steeg
met °-4
De verplichtingen aan derden daalden
per saldo met 0.9
De wijzigingen in de diverse posten waren als
volgt
Vast goed toename o.r
Schuld aan particuliere banken
afname o. 1
Transitorische passiva toename 0.2
Bovengenoemde mutaties resumerende, krijgen
wij het volgende overzicht
Beleggingen toename 0-5
Bedrij f scredieten toename 6.1
Vast goedtoename o. 1
Verplichtingen aan derden, afname 0.9
Schuld aan particuliere banken,
afname o. 1
7-7
Transitorische passiva toename 0.2
De afname der liquide middelen is hiermede
verklaard.
Geblokkeerde gelden e.d.
Hieronder volgt een overzicht van de stand der
gezamenlijke spaargelden en creditsaldi in lo
pende rekening bij onze aangesloten banken per
30 September en 31 üctober 1949 (in millioe-
nen guldens)
30-9 31-10 meer minder
Vrij 1041 1043 2
Geblokkeerd 27 25 2
Optie 16 14 2
Belegging 93 94 1
1177 1176 3 4
Ofschoon de inzending aan de Centrale Bank
van rekeningen en balansen dit jaar aanmer
kelijk vlotter verliep dan het jaar daaraan voor
afgaande, moet zelfs ten aanzien van de pro
vincie Drenthe opgemerkt worden, dat per
1 April jl. (de uiterste datum van inzending
aan de Centrale Bank) nog 15 °/o ontbrak.
In vergelijking met de andere provincies moet
dit resultaat echter zeer gunstig worden ge
noemd, daar de tweede op de ranglijst 40 °/o
ontbrekende balansen per 1 April jl. noteerde.
Als hoofdoorzaak van de te late inzending kan
genoemd worden bet niet regelmatig verdelen
van de werkzaamheden over het gehele jaar,
waardoor met veel tijd in beslag nemende werk
zaamheden zoals b.v. de renteberekening
te laat werd begonnen.
Ook de controle door de kassier zelf zie
hoofdstuk IX van de handleiding voor de ad
ministratie laat soms veel te wensen over,
waardoor de mogelijkheid bestaat, dat met het
zoeken naar verschillen te veel tijd verloren
gaat. Hier ligt o.i. een taak voor bestuur en
raad van toezicht om daarop regelmatig toe te
zien. Indien de kassier in gebreke is met het
tijdig opleveren van rekening en balans, kan
zeer bijzondere omstandigheden buiten be
schouwing latende gevoeglijk aangenomen
worden, dat ook het bestuur niet vrijuit gaat.
Ten slotte zal het bestuur zijn statutaire ver-
17