Vijftig jaar coöperatie in Finland
om de feitelijke houder van het pand op te
sporen.
Ons Burgerlijk Wetboek staat momenteel op de
helling en of aan de fiduciaire eigendomsover
dracht en/of het „oogstverband" en/of het
registerpandrecht bij die herziening een plaats
zal worden ingeruimd, zal uiteindelijk van de
wetgever afhangen.
Na het voorgaande zal het w el geen nader be
toog meer behoeven, dat zolang wij met de
bestaande wetgeving te maken hebben de
directe oogstfinanciering door de boerenleen
banken uitsluitend onder een of ander verband
van de al of niet te velde staande oogst
dus zonder oudere zekerheid niet goed mo
gelijk is.
Voorzover men de directe oogstfinanciering wil
gebruiken als middel om de boer gedurende de
tijd, dat de gewassen te velde staan, aan be
drijfskapitaal te helpen, moet de conclusie dus
luiden, dat dit doel niet kan worden bereikt
indien uitsluitend verband op de te velde staande
oogst wordt aangeboden.
Ook is de directe oogstfinanciering ongeschikt
als middel om te bereiken, dat na het oogsten
der producten een gunstig tijdstip kan worden
afgewacht om deze af te zetten, indien de zeker
heid voor dergelijke credieten uitsluitend zou
bestaan in een of ander verband van de of> het
bedrijf zelf opgeslagen producten.
Wel zien wij in de indirecte oogstfinanciering
mogelijkheden en wij zien deze dan vooral als
een aangelegenheid van coöperatieve organisatie
op het gebied van afzet en venverking. Immers,
indien de boeren hun producten b.v. zouden
kunnen opslaan in opslagruimte dier coöperaties,
zou er geen bezwaar bestaan dat de boeren
leenbank binnen zekere grenzen zulks in ver
band met het risico, dat de schommeling der
prijzen met zich brengt rechtstreeks aan de
boer credieten verleent. Want dan zijn de pro
ducten aan de macht van de eigenaar onttrokken
en behoeft de bank, die b.v. door middel van aan
haar verpande celen een stevige houvast heeft,
niet bevreesd te zijn, dat de zekerheid haar uit
de hand wordt geslagen. Bovendien vindt de
bank meestal een dekking in de aansprakelijk
heidsregeling der coöperatie, indien zij aan deze
laatste crediet verstrekt om voorschotten op de
oogst te geven.
Deze organisatie van coöperatieve afzet en ver
werking zal echter door de belanghebbenden zelf
ter hand moeten worden genomen. Dat dit een
zaak van gewicht is, wordt meer en meer inge
zien. Wij wijzen slechts op de diverse koel
huizen, die in de fruitstreken worden gebouwd,
op de ontwikkeling van de coöperatieve verkoop
van diverse akkerbouwproducten.
Men kan er van verzekerd zijn, dat de Centrale
Bank het mogelijke doet en zal blijven doen om
dit streven met raad en daad te bevorderen.
Onze Finse zusterinstelling bestond 2 October
jl. 50 jaar. In verband hiermede zond zij ons
het onderstaande overzicht met verzoek dit te
willen publiceren. Wij voldoen vanzelfsprekend
aan dit verzoek.
Reeds gedurende 50 jaar bestaat in Finland de
coöperatie in de vorm, zoals wij die thans
kennen.
Vóór deze tijd waren er ook wel coöperaties,
maar omdat deze toen nog niet wettelijk ge
regeld waren, hadden zij de vorm van vereni
gingen of van maatschappijen op aandelen.
Hun werkzaamheden waren niet gecoördineerd.
Eerst toen Prof. Dr H. Gebhard zijn onderzoek
had gepubliceerd, dat „Boerencoöperatie in het
buitenland" heette en samen met andere voor
aanstaande Finnen op 2 October 1899 de
„Pellervo-Society" stichtte, kreeg de coöpera
tieve gedachte een meer bepaalde richting, ver
band houdende met de vooruitgang van de
coöperatieve beweging, meer in het bijzonder op
het gebied van de landbouw.
In 1901 werd de coöperatiewet afgekondigd.
Als gevolg hiervan werden door het gehele land
verschillende soorten coöperatieve verenigingen
gesticht, in hoofdzaak coöperatieve winkelbe
drijven, zuivelfabrieken en creclietinstellingen.
Al spoedig werden door plaatselijke vereni
gingen centrale instituten opgericht. Thans, na
50 jaar, is er een dicht netwerk van plaatselijke
coöperatieve verenigingen, die tezamen met de
centrale instellingen een sterke coöperatieve or
ganisatie vormen, die als democratisch instituut
zowel werkgevers als werknemers op het gebied
van de landbouw dient.
De coöperatieve organisatie, tot stand gekomen
door het werk van de „Pellervo-Society", ver
schilt hierin van de landbouwcoöperatie in vele
andere landen, dat in Finland ook coöperatieve
winkelbedrijven zijn gesticht, waarvan zowel
10