achteruitgang en de algemene prijsdaling in de Verenigde Staten zich verscherpen, zullen de Europese landen een te -zwaardere dobber heb ben om zich in de internationale concurrentie strijd te handhaven en des te eerder tot deva luatie moeten overgaan. Daartoe zal dan te mëer aanleiding zijn, omdat de neiging om de Marshall-hulp nog meer te besnoeien, onder zulke depressie-omstandigheden nog groter zal zijn dan zij toch al is. De onzekerheid omtrent het conjunctuurverloop maakt het ook moeilijk thans reeds een gefun deerd oordeel uit te spreken omtrent het prijs verloop hier te lande na een eventuele deva luatie. Terwijl een devaluatie in het algemeen, vooral in een land als het onze met een groot invoeroverschot, prijsverhogend op het prijspeil werkt, is de invloed van een conjunctuuromslag juist tegengesteld. Het gaat er nu maar om, welke van beide krachten straks de doorslag zal geven. In elk geval lijkt de conclusie gewettigd, dat het effect van een internationale prijsdaling door de te verwachten devaluatie voor een belangrijk gedeelte te niet zal worden gedaan. Ie m.er, daar hand in hand met die prijsdaling- de hier nog bestaande subsidies verder zullen worden verminderd Mochten beide krachten elkaar min of meer in evenwicht houden, dan al ook een verhoging van de lonen achterwege kunnen blijven. Toch mag men hieruit niet af leiden, dat de exportwinsten groter zullen wor den, omdat immers verondersteld is, dat de devaluatie zich parallel aan de internationale prijsdaling voltrekt. Slechts indien de devaluatie naar verhouding veel drastischer zou zijn, zou den de exportprijzen doch tevens de import- prijzen belangrijk stijgen, maar dan zou ook een nieuwe loonronde onvermijdelijk zijn. Wanneer wij het hierboven hadden over een devaluatie van de gulden, zijn wij daarbij steeds stilzwijgend uitgegaan van de gedachte, dat met bet pond sterling tegelijkertijd ook de andere Europese valuta's mee zullen moeten devalueren tegenover de dollar. Het is echter denkbaar, dat tegelijkertijd ook de onderlinge wisselkoers verhoudingen der Europese valuta's nog enigs-zins zullen worden gewijzigd. Zo zou b.v. kunnen blijken, dat de gulden tegenover de Belgische franc voor een vrij betalingsverkeer m het raam van de Benelux te hoog staat. Doch hoe de beste verhoudingen zullen liggen zal eerst kunnen worden vastgesteld op grond van de ervaringen, welke bij de voorgenomen ver ruiming van het Europese handelsverkeer zullen worden opgedaan. Het is waarschijnlijk geen toeval, dat ook de Amsterdamse aandelenmarkt nu reeds sedert een drietal maanden van een grote stabiliteit blijk geeft. Deze houding van de beurs stemt geheel overeen met onze visie, dat de aan elkan der tegengestelde krachten van prijsdaling en devaluatie elkander min of meer neutraliseren. Wanneer men weet, dat de prijzen, die voor aandelen als Koninklijke Petroleum, Unilever en Philips in het buitenland worden betaald (in vrije en harde valuta) slechts ongeveer de helft uitmaken van die te Amsterdam, is er los van bijzondere factoren als dividendverfijning e.d. eerder reden om een koersdaling dan een koersstijging voor de internationale fondsen der Amsterdamse beurs te verwachten, naarmate de deviezenbeperkingen voor de gulden zullen wor den verzacht en onze valuta weer grotere inter nationale gelding zal erlangen. Met andere woorden: het huidige koerspeil is ten dele nog gebaseerd op de zwakheid van de gulden. Naar gelang ons geld „sterker" wordt zal er derhalve een neerwaartse kracht op de beurskoersen wor den uitgeoefend, omdat deze volgens internatio nale maatstaf voor vrije valuta's te hoog zijn. Welke kracht op haar beurt weer ten dele door de koersverhogende invloed ener devaluatie zal kunnen worden gecompenseerd. Zo is bet ook te verklaren, dat de devaluatieverwachtingen in hoofdzaak slechts in een krachtige koersstijging- der binnenlandse dollarleningen tot uitdrukking zijn gekomen. Datum 18 Febr. 7 Maart 21 Maart 8 April 22 April 20 Mei 24 Juni 5—VA 5 '?o Nederland 1947 97 96 7» 97 7« 97 9615/'io 97 7» 97"/.. 3% Nederland 1962/ '64 met belast, fac. 97 V* 96 7i« 981A 98 98 7s 98 7* 98 7» 3 Investeringscert. 97 96 7» 97 7. 97 96 7« 97 74 97 7* 3% Nederland 1937 97 95 7. 97 7m 97 7i« 97 7"> 97"/.. 3 $-lening 1947 98 7* 98 74 100 7s 104 74 106 7i„ NAV.S. 80 7.« 79 74 79 7s 80 716 80 7» 8ow/i„ 3 Indië 1937 A 96 94 74 94"/l6 94 7» 9317i6 95 74 95 7 96"/IC 100 7/i 101 2/2 79"/18 16

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1949 | | pagina 16