Behoudens een enkele uitzondering mogen wij constateren, dat de maandelijkse saldibalansen tlians op tijd aan ons worden ingezonden. Wij stellen het op prijs de boerenleenbanken dank te zeggen voor hun medewerking in deze. Immers, hierdoor is het ons mogelijk om de in deze rubriek opgenomen gegevens samen te stellen nagenoeg zonder gebruik te maken van schattingen. Hieronder volgt thans allereerst een weergave van de saldibalansen der hij de Centrale Bank aangesloten banken respectievelijk per 31 De cember 1948, 31 Maart 1949 en 30 April 1949. Bij vergelijking van de saldibalans per 30 April jl. met die per 31 Maart 1949 blijkt, dat de wijzigingen over de maand April zeer belangrijk zijn geweest. Belangrijke bedragen aan spaar gelden en aan deposito's in lopende rekening werden opgevraagd, terwijl de uitstaande be drijf1 scredieten een toename te zien gaven. Deze mutaties zijn voor het grootste deel te verklaren uit de seizoenbehoefte, welke zich in de land- en tuinbouw als regel in de maanden April en Mei openbaart. De steeds doorgaande geld- en cre- dietbe'hoefte in land- en tuinbouw voor recon- structiedoeleinden en voor nieuwe investeringen is verder mede de oorzaak dor boven geconsta teerde opvragingen. De jaarlijks terugkerende seizoenbehoefte aan geld en crediet van de aan gesloten banken vindt uiteraard haar neerslag in de saldi dier banken bij de Centrale Bank. De schommelingen in deze saldi in die jaren vóór de periode 19401945 waren zeer regelmatig, zó regelmatig zelfs, dat zij jaarlijks ongeveer het zelfde beeld vertoonden. Als gevolg van de bijzondere omstandigheden op monetair en eco nomisch gebied waren de bedoelde schommelin gen tijdens de jaren van oorlog en bezetting zeer vervaagd en in vele gevallen zelfs onher kenbaar geworden. Nu de algemene economi sche toestand zich, zij het zeer geleidelijk, weer herstelt, zijn ook de seizoenbehoeften weer dui delijker dan voorheen uit de schommelingen der liquide middelen (in hoofdzaak in het tegoed der banken bij de Centrale Bank) te consta teren.. Een nadere uiteenzetting der mutaties over cle maand April 1949 volgt hieronder: De liquide middelen der banken verminderden met de hieronder volgende bedragen (deze be dragen zijn weergegeven in millioenen gul dens) Saldo tegoed bij de Centrale Bank 32.0 De kas- en girosaldi namen toe met 0.3 De liquide middelen verminderden met 31.7 ACTIVA 3012 31.3 30.4 PASSIVA 31.12 31.3 30.4 1949 1949 1949 1949 1949 1949 Liquide middelen Verplichtingen aan Kas, giro, enz 18.3 18.1 18.4 derden Centrale Bank 775-2 756.0 724.0 Banken 0.2 0.4 Beleggingen Spaargelden 985.0 981.7 Aardappel wissels 4.6 3-5 3-6 Credisaldi in lopende re Schatkistpapier 28.2 36.0 34-2 kening 211.8 209.8 Effecten 124-5 129.1 130.2 I'.igcn kapitaal Deelnemingen leningen 21.5 21.2 21.1 Reserve inclusief bijzon B cdrijfscred ie ten dere reserve 41.2 42.8 Voorschotten en debet- Transitorischc passiva saldi in lopende rekening 262.4 267.6 274.2 Saldo diversen I mmobilia (winsten, onkosten, te be Vast goed 4.0 4.1 4.2 talen belastingen, enz.) 4-5 4.6 Aandelen Centrale Bank 2.6 2.6 2.6 Transitorischc activa Te vorderen rente 1.0 1.0 1.0 Zekerheidstellingen 0.2 O.I 1.242.7 I-239-3 '•213.5 1.242.7 1.239.3 19

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1949 | | pagina 21