Bed rijfspensioenfonds voor de landb
ouw
gesloten banken kennen het voorschrift, dat
binnen een bepaalde tijd het toegezonden in
spectierapport op aangewezen onderdelen moet
worden beantwoord. Onze banken hebben deze
regeling niet, maar wij willen deze gelegenheid
aangrijpen 0111 nog eens met nadruk te verzoe
ken in" de vergaderingen van bestuur en raad
van toezicht steeds het rapport te behandelen en
opdracht te geven om gesignaleerde onjuistheden
of overtredingen te herstellen.
Opmerkingen, welke bij herhaling gemaakt
moeten worden, geven dikwijls de kassiers aan
leiding tot de klacht, dat zij geen inzage kregen
van de aan bestuur en raad van toezicht toege
zonden rapporten en dus niet konden reageren
op alle opmerkingen. Om in deze leemte te voor
zien, zal voortaan van alle uitgebrachte rappor
ten aan de kassier een afschrift worden toege
zonden, zodat hij met de nodige correcties on
middellijk kan beginnen.
Inmiddels zouden wij het zeer op prijs stellen
ais het bestuur, na de nodige aandacht te hebben
geschonken aan de gegeven adviezen, aan de
afdeling inspectie zou willen berichten, dat be
paalde zaken (wij noemen o.a. credietoverschrij-
dingen, ontbrekende acten, kasverschillen) in
het reine werden gebracht.
Dit bespaart aan de Centrale Bank de moeite
er eerst naar te moeten vragen, terwijl door
deze samenwerking de vervolmaking van admi
nistratie en beheer onzer banken wordt bespoe
digd.
Het streven naar deze vervolmaking, het kunnen
uitbrengen van een rapport zonder bijzondere
op- of aanmerkingen, is meer nog dan de con
trole het doel van de afdeling inspectie van de
Centrale Bank.
Zoals wij in het artikel over bedrijfspensioen
fondsen in ons nummer van April j.1. reeds
vermoedden, is inmiddels door de Stichting-
voor de landbouw aan de minister van Sociale
Zaken het verzoek gedaan de deelname aan het
bedrijfspensioenfonds voor de landbouw ver
plicht te stellen.
Dit verzoek is gedaan voor de werknemers, niet
voor de zelfstandigen in de landbouw. Het is
de bedoeling, dat de minister spoedig beslist en
aangezien na ampele voorbereiding in dit opzicht
wel geen moeilijkheden zullen rijzen, zal het
fonds op 1 Mei 1949 niet zijn werkzaamheden
beginnen. Dat wil zeggen op die datum is de
deelname aan het fonds verplicht voor de werk
nemers in de volgende takken van landbouw:
a. landbouw in engere zin (akker- en weide-
bouw, veehouderij en pluimveehouderij)
b. de navolgende tot de tuinbouw in ruime zin
behorende bedrijfstakken: groenteteelt, fruit
teelt, kruidenteelt, bloemkwekerij, boom
kwekerij, tuinbouwzaadteelt en bloembollen
teelt (de laatste bedrijfstak beperkt tot een
deel van het land)
c. griend- en rietcultuur;
d. bosbouw
e. veenbedrij f
f. hoveniersbedrijf.
Oorspronkelijk heeft het in de bedoeling gele
gen, dat het fonds op 1 Mei 1947 in werking
ttad. Zo vlot is de voorbereiding echter blijk
baar niet kunnen verlopen. Echter is het wèl de
bedoeling, dat het fonds met terugwerkende
kracht tot die datum gaat werken.
Diegenen, die vanaf 1 Mei 1947 65 jaar gewor
den zullen zijn, zullen namelijk pensioen ont
vangen. Ook al is door hen nimmer premie be
taald. Ten laste van het Landbouwegalisatie-
tonds is een bedrag gereserveerd ter voldoening-
van de premies, die betaald hadden moeten
worden vanaf 1 Mei 1947 tot 1 Mei 1949.
Hoeveel zullen nu de premies bedragen en hoe
groot zal het pensioen zijn?
Wij ontlenen hiervoor enige gegevens aan het
Mededelingenblad van de Stichting voor de
landbouw.
De grootte van de premie is afhankelijk van de
vraag of het een jongere of een oudere arbei
der betreft. Is hij tenminste 17 jaar, doch nog
niet 21 jaar oud, dan is de voor hem verschul
digde premie 1.25 per week, terwijl voor ar
beiders van 21 jaar of ouder het dubbele, dus
2.50 per week moet worden betaald. Jongens,
die nog geen 17 jaar zijn, worden nog niet in
de verzekering opgenomen.
Werkt iemand niet een volle week, dan is voor
iedere dag, dat hij werkt, een dagpremie ten
bedrage van 0.50 (voor de ouderen) of 0.25
(voor de jongeren) verschuldigd.
De betaling der premies wordt bewezen door het
plakken van zegels op een zegelblad, dat de
werkgever voor iedere arbeider moet aanleggen.
Deze zegels zal de arbeider in het algemeen niet
te zien krijgen. Wel ontvangt hij aan het einde