FINANCIEEL OVERZICHT rassen, venen, heiden en zandgronden) in ons ook particuliere ondernemers zich niet het ont land gesteld kon worden op 943.000 ha. Twintig ginnen bezig, met het doel, de verkregen gron- jaren later, in 1833, wezen de opmetingen van den winstgevend van de hand te kunnen doen het kadaster uit, dat Nederland in totaal 906.506 of te verpachten. ha aan woeste gronden telde. In het begin van de 19e eeuw echter ontstond Behalve dus uitgebreide mogelijkheden tot het nog een ander oogmerk bij het ontginnen, na- droogleggen van meren en plassen en tot het melijk het scheppen van werkgelegenheid, verbeteren van gronden, die tevoren reeds op- Na de Franse tijd heerste in ons land grote pervlakkig in gebruik waren genomen, bezat werkloosheid, slapte in alle bedrijfstakken. Nederland dus bij het begin van de negentiende Onder de druk van deze tijdsomstandigheden eeuw rond een millioen hectaren woeste grond, kwam, opgericht door Johan van den Bosch, tot De kadastrale cijfers wijzen aan, dat de hoeveel- stand de „Maatschappij van Weldadigheid" heden woeste gronden in de jaren vanaf 1900 (1818). Het doel van deze Maatschappij was als volgt konden worden aangegevenenigermate de nood te lenigen van de door in 1900 590.848 ha werkloosheid geteisterde stedelijke bevolkingen. ■n 1910 542-877 Daartoe werden in het Noorden van het land in 1920 481.691 enige „koloniën" gesticht: Frederiksoord, Wil- in 1930 378.225 lemsoord, Wilhelminaoord, waar de stedelijke in 1940 269.820 arbeiders aan het ontginnen werden gezet en Men ziet hieruit, dat de totale oppervlakte aan zich later als landbouwer zouden kunnen vesti- woeste grond voortdurend daalt, terwijl de gen. Ook de in 1846 opgerichte Maatschappij daling van periode tot periode ook steeds sneller tot Nut van het Algemeen gebruikte de ontgin gaat. ningen als werkobject ter bestrijding van ar- En juist daarin weerspiegelt zich ook de kracht- moede en werkloosheid. Niet dus het winnen dadige werkzaamheid van de Nederlandse van nieuwe gronden was het doel, doch het ver- Heide-Maatschappij. schaffen van werk. Vele waren er ook onder Nu willen wij zeker niet beweren, dat vóór het de vooraanstaande Nederlanders, die zich bezig bestaan van de Maatschappij geen pogingen tot hielden met het ontginnen van woeste gronden ontginning werden gedaan. Zeer zeker was dit de meesten van hen behoorden tot de groot- wèl het geval, maar het bleef toch bij indivi- grondbezitters. Hierbij spreken wij nog niet van duele gevallen. de vele geslaagde pogingen, welke werden ge- Was het ontginnen aanvankelijk het uitbreiden daan om door bemaling gronden droog te van bet voor bouwland bestemde gemeenschap- leggen. pelijke bezit, na het ontstaan van de persoon- Als gezegd betroffen bovenbedoelde ontginnin- lijke grondeigendom betekende ontginnen uit- gen vrijwel uitsluitend individuele ondernemin- breiden van het privébezit van de boer, soms gen. Voor het ondernemen van cultuurtechni- met het doel eigen bedrijf te vergroten, soms sche werken op ietwat grotere schaal ontbrak om de mogelijkheid te openen aan de kinderen het echter aan goede voorlichting en aan goede grond te kunnen afstaan. Weer later hielden leiding. (Wordt vervolgd). 1 weemaal per jaar pleegt aan het Nederlandse ons goede vaderland met ons allen tezamen volk de spiegel van zijn financiële noden te boven onze stand leven. worden voorgehoudenin September, wanneer Zoals een geneesheer aan het ziekbed, gaat Dr. de minister van Financiën zijn zogenaamde TI. W. Holtrop, de president van de thans ge- Millioenennota aan de volksvertegenwoordiging nationaliseerde circulatiebank, 11a, welke de presenteert en in het voorjaar, wanneer de pre- kwalen zijn, die de gezondheid van de „patiënt" sident van de Nederlandsche Bank zijn lijvig nog ondermijnen, om vervolgens de weg te wij jaarverslag uitbrengt. Beide documenten hebben zen, die moet worden bewandeld ten einde t' t in de na-oorlogse jaren dit gemeen, dat zij ons een geleidelijke verbetering van 's lands finan- de nuchtere milliardencijfers van onze nationale ciële en monetaire positie te geraken, armoede onverbloemd voorhouden, ons laten Zonder hem daarbij op de voet te volgen, willen zien in welk een ontstellende mate wij hier in wij pogen in dit bestek ter verdieping van het 10

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1949 | | pagina 10