ij Lite cnt&j Belgische, Luxemburgse eu Nederlandse minis ters met hunne deskundigen zijn in Den Haag bijeen geweest; zij hebben de Beneluxwagen weer in het spoor gezet en hem een flinke duw voorwaarts gegeven. Als gevolg van de unifor mering der accijnzen wordt het slokje duurder, het biertje goedkoper, de benzine stijgt minstens 6 cent per liter in prijs, de suiker gaat 9 cent per kg naar beneden. We gaan nu eerstdaags leven in de periode van de voor-unie" om op 1 Juli 195° t°t de economische unie te geraken. Het resultaat van de Haagse conferentie wordt gunstig genoemd en men krijgt de indruk, dat dit niet overdreven is. Onze Luxemburgse en Belgische vrienden zijn bereid gebleken ons in de naaste toekomst weer met een aanzienlijk crediet voort te helpen. Nederland kan hiermede weer een volwaardig handelspartner zijn. Dat onze Zuiderburen zoveel vertrouwen stellen in ons economisch herstel moet ons toch wel wat zeggen. Er is vertrouwen, maar daarnaast blijft er ook aan weerszijden vrees bestaan voor de gevolgen, die de grote stap zal hebben op het bedrijfsleven in de drie landen. De algemene gedachte is, dat in de industriële concurrentie België ons de baas is. terwijl in de agrarische wedstrijd Nederland enige lengten vóór zou liggen. Na de conferentie van het Chateau d'Ardenne in Juni 1948 is Nederland met voortvarendheid begonnen zijn rantsoeneringsvoorschriften aan kant te zetten en de subsidies op verbruiks- artikelen te verminderen. Op deze weg zal verder worden gegaan. Het einde van de vleesdistributie schijnt in zicht te zijn en het wantrouwen in de waarde van de textielpunten neemt toe. Zo groeien we wat de verzorging van de belangrijkste verbruiksartikelen aangaat naar gelijkvormigheid binnen het gebied der toe komstige unie. We doen dat in de verwachting, dat die unie er werkelijk komt en dat wij mede daardoor in staat zullen zijn een vrije voorzie ning o]) een redelijk niveau te handhaven. V e hebben immers nog het vrij sombere voor uitzicht van het beëindigen der Marshall-hulp in T952. Als Nederland die schok alleen zou moeten opvangen en plotseling zou dienen om te schakelen naar een lager levensniveau, zouden we al heel weinig pleizier beleefd hebben van de rantsoeneringsmaatregelen. We zouden dan van de koude oorlog op de koude kermis zijn geko men. Engeland gaat voorzichtiger te werkhet handhaaft de levensmiddelendistributietoch heeft het dezer dagen textielproducten vrij gegeven. Onze hoop moet erop gevestigd blijven, dat de Europese samenwerking in de komende jaren een aanzienlijke verbetering in de economische positie van het oude werelddeel zal hebben bewerkstelligd en dat tenslotte Amerika zich in 1952 'het zal terugtrekken als Europa zijn steun nog behoeft. Dit is de speculatie, die wij bedrijven door ons nu reeds te gaan gedra gen alsof wij in de Benelux de uitkomst hebben gevonden voor onze economische noden. De Belgische boeren Het is van belang kennis te nemen van de mening, die de Belgische boeren bij monde van hun organisaties over de Benelux hebben ken baar gemaakt aan de minister van landbouw, de heer Orban, voordat hij zich naar Den Haag ter conferentie begaf. Dat komt op het volgende neer Geconstateerd wordt, dat de Nederlandse pro ducent heel wat minder voor zijn producten ontvangt dan zijn Belgische collega. Hij kan ook met minder toe, want zijn productiekosten liggen veel lager. Wanneer de unie verwezen lijkt wordt en er zonder meer een vrij en onbe perkt goederenverkeer komt, zullen in België direct alle land- en tuinbouwproducten gevoelig in prijs dalen. De Belgische land- en tuinbouw kan om deze reden de verwezenlijking van een economische unie zonder waarborgen niet aan vaarden. Nagegaan wordt vervolgens waar het prijsver schil vandaan komt. De prijzen van veevoeder, meststoffen en andere bedrijfsmiddelen, de pachten en de lonen zijn in Nederland lager, de verschillen zijn echter niet groot. Van meer belang is, wat men noemt het verschil in ont wikkeling. Nederland richtte zich op de pro ductie van veredelde land- en tuinbouwvoort- brengselen, in grote mate voor export bestemd; België en Luxemburg gingen de weg der industrialisatie op en beschouwden hun land bouw vaak als een bijkomstigheid, die alleen De drie landen 3

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1949 | | pagina 3