opgenomen thans kracht van wet heeft gekre gen, behoudens het medegedeelde omtrent art. 7a (compensatie debetsaldo in rekening-courant met tegoed op optierekening). Dit brengt dus met zich mede, dat thans zodra een geblokkeerde rekening een saldo van 1.000.of minder aanwijst, deze automatisch is omgezet in optie rekening en dat, indien het saldo van een optie rekening van x. vennootschap onder firma 2. commanditaire vennootschap 3. naamloze vennootschap 4. coöperatieve vereniging een tegoed van minder dan 500.— aanwijst, dit tegoed, afgerond op het naastliggende lagere ioo-voud, naar beleggingsrekening mag worden overgeboekt. Omtrent de beleggingsrekening valt voorts nog te vermelden, dat in de tweede uitvoeringsbe schikking thans ook geregeld is de overboeking ten laste van de optierekening van een bedrag van meer dan 3.500.Deze overboeking kan uit sluitend plaats vinden na een vergunning van de Nederlandsche Bank en moet aangevraagd wor den door de rekeninghouder via de bankinstel ling, waarbij de optierekening wordt aangehou den, op speciaal daarvoor bestemde formulieren. Deze formulieren zijn verkrijgbaar bij de Neder landsche Bank, de bijbank en haar agent schappen. Overboeking naar beleggingsrekening van een bedrag van meer dan 3.500.is slechts moge lijk, indien de optierekening is een spaarrekening of een depositorekening, welke sedert 30 Juni 1939 onafgebroken ten name van de rekening houder heeft gestaan. De uitvoeringsbeschikking geeft van het begrip spaarrekening de navolgende omschrij ving a. een sedert 30 Juni 1939 onafgebroken ten name van de houder staande rekening bij een lid van de bedrijfsgroep spaarbanken; b. een sedert 30 Juni 1939 onafgebroken ten name van de houder staande, afzonderlijk geadministreerde rekening bij een afzonderlijke spaarafdeling van een lid van de bedrijfsgroep landbouwcredietbanken, waarover de gebruike lijke spaarbankrente wordt vergoed; c. een sedert 30 Juni 1939 onafgebroken ten name van de houder staande, afzonderlijk geadministreerde rekening bij een afzonderlijke spaarafdeling van een giroinstelling, waarover de gebruikelijke spaarbankrente wordt vergoed. Naast het begrip spaarrekening kent de beschik king ook nog het begrip depositorekening, zijnde een sedert 30 Juni 1939 onafgebroken ten name van de houder staande, afzonderlijk geadmi nistreerde rekening bij een lid van de bedrijfs groepen effectenhandel en handelsbanken, waar over slechts kan worden beschikt een jaar of langer na storting of met inachtneming van een opzeggingstermijn van een jaar of langer en waarover een rente wordt vergoed tot het per centage, hetwelk voor een zodanige termijn van uitzetting gebruikelijk is. Het begrip depositorekening is voor de boeren leenbanken echter niet van belang, daar deze geen lid zijn van de bedrijfsgroepen effecten handel of handelsbanken en bij haar dus nimmer een depositorekening in de zin van de uitvoe ringsbeschikking aanwezig kan zijn. Voor overboeking van een bedrag van meer dan 3.500.- naar beleggingsrekening komen dus alleen in aanmerking die spaarders, die op 30 Juni 1939 bij de spaarbank der boerenleen bank (in enkele gevallen bij de spaarafdeling der boerenleenbank) een spaartegoed hadden van meer dan 3.500.en tevens, dat de optie rekening is ontstaan uit het bedrag, dat van die op 30 Juni 1939 reeds bestaande spaarrekening na afzondering van het toegelaten bedrag naar girale rekening als geblokkeerd op die rekening is blijven staan. Een spaarder, die op 30 Juni 1939 nog geen spaarrekening had of een spaarrekening met een saldo van minder dan 3.600.komt dus voor overboeking van een groter bedrag niet in aan merking. Dit betekent dus, dat deze overboeking- in geen geval kan plaats vinden ten laste van een optierekening, geadministreerd in grootboek III. Volgens art. 2 der uitvoeringsbeschikking mag naar beleggingsrekening worden overgeboekt het tegoed op dezelfde spaarrekening per 30 Juni I939> dan wel indien dit minder beloopt tot het bedrag van het geblokkeerde op dezelfde spaar rekening, hetwelk overeenkomstig het bepaalde in art. 2 der wet afwikkeling geldzuivering werd omgezet in een tegoed op optierekening, met dien verstande, dat de vergunning nimmer wordt verleend tot een bedrag groter dan 10.000. een en ander onder aftrek van hetgeen reeds op grond van art. 4 lid t der wet afwikkeling geld zuivering ten laste van dezelfde optierekening naar beleggingsrekening werd overgeboekt. Korter gezegd komt het bovenstaande erop neer, dat in totaal hoogstens mag worden overge boekt naar beleggingsrekening het saldo per 10

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1949 | | pagina 10