ADVERTENTIE 8 Blijkens de verkorte balans per 18 Nov. heeft de daling zich voort gezet en wel tot 2065 millioen. Echter geeft de balans per 25 Nov. 1946 wederom een stijging der circulatie te zien tot 2164 millioen. Laatstgenoemde verkorte balans toont verder aan, dat de geblok keerde saldi van banken met 22 millioen zijn afgenomen, terwijl de vrije saldi daarentegen met 33 millioen zijn gestegen. (Fin. Dagblad 27 £Jov. '46). LANDBOUWCOÖPERATIE EN GELEIDE ECONOMIE. Dr. H. J. Frietema, directehr van den Nationalen Coöperatieven Raad heeft in de vergadering van het 93ste Landhuishoudkundig Con gres een inleiding gehouden over het onderwerp, hierboven vermeld. Wanneer men er van uit gaat, dat er in de naaste toekomst een stelsel van geleide economie zal blijven bestaan, dient men zich af te vragen, welke plaats de coöperaties hierin zullen kunnen innemen. De heer Frietema gaat allereerst het ontstaan der coöperaties en landbouworganisaties na, n.1. de van de boeren uitgaande drang om de bestaande misstanden, ontstaan in een tijdperk van vrijwel conse quent toegepaste vrije concurrentie, uit den weg te ruimen en op die wijze te komen tot een redelijk bestaan. De corrigeerende invloed van de coöperatie op het gebrekkig func- tioneeren van het stelsel der vrije concurrentie is van groot belang gebleken. Niet alleen het belang van de coöperatoren zelve werd hierdoor gediend ook groote groepen van niet-leden hebben daarvan geprofiteerd. Vooral op de prijsvorming ten tijde van de vrije concur rentie is de corrigeerende invloed der coöperatie van groot belang gebleken. In een stelsel van geleide economie worden de prijzen door de overheid vastgesteld, waarbij met alle belangen rekening wordt ge houden. Niet de coöperaties, aldus sommigen, corrigeeren nu de prij zen, maar de overheid heeft dit grootendeels overgenomen. Toch is Dr. Frietema van meening, dat ook in een stelsel van ge leide economie de coöperaties op dit gebied nog een zeer belangrijke taak zullen kunnen vervullen. Immers voor het vaststellen van redelijke prijzen is het noodzakelijk, dat de overheid beschikt over concrete kostprijsgegevens. Diegene, die in dezen over concrete gegevens beschikt, heeft de hoogste troe ven dn handen. De coöperatieve bedrijven nu zijn de aangewezen instanties tot het verstrekken aan de overheid van de benoodigde gegevens. De taak van de overheid wordt hierdoor belangrijk verlicht. Ook bij een stelsel van vaste prijzen treedt, aldus Dr. Frietema, de coöperatie nog wel degelijk prijscorrigeerend op. Zelfs acht spr. in het stelsel der geleide economie de prijscorrigeerénde functie van de coöperatie van nog grooter beteekenis dan bij de vrije prijsvorming. De overheid zal echter tegenover de coöperatie geen neutraliteits politiek mq^ten blijven voeren, doch dient partij te kiezen voor de coöperatie. (Ov. Landb. blad 24 Oct. 1946). INFLATIE. De heer B. J. Weitkamp, het Voor den oorlog zoo bekende agra rische kamerlid, gaf de volgende karakteristieke typeering van wat inflatie nu eigenlijk is Onder den titel .Inflatie is trommelzucht" schreef de heeT Weit kamp .Inflatie is letterlijk vertaald de naam van een bij de landbouwers maar al te zeer gevreesde en bekende veeziekte, n.1. die van de dus genaamde winderigheid, ofr zooals de meer wetenschappelijke naam luidt de trommelzucht der koeien. De verschijnselen zijn een sterke opzwelling van het dier, inzonderheid aan de linkerflank. Slaat men nu met de vlakke hand op de buik van de koe, dan geeft dit dezelfde klank alsof men op een trommel slaat. De boer zegt dan de koe is aan de wind. Hij zou ook kunnen zeggen het dier lijdt aan inflatie. Bij deze inflatie treedt een uitzetting van het dier op, zonder wezen lijken inhoud. Dit kan zelfs den dood tengevolge hebben. Bij inflatie der geldmiddelen treedt ook uitzetting van de porte feuille op, zóó erg, dat ondanks het vele papier, de bevolking honger en gebrek lijden moet. De inflatie van het dier veroorzaakt een gisting, die de menschen naar hun zakdoek doet grijpen om hun reukorgaan te beschermen. Bij inflatie van het geld treedt ook een gisting op, die vrouwen, en kinderen eveneens naar hun zakdoek doet grijpen, maar om tranen te storten van ellende. (Geld. Landb.blad 11 Oct. 1946). S RIJKS FINANCIEN IN HET KORT. De toestand van 's Rijks financiën moet als zorgwekkend worden beschouwd. Het zal noodzakelijk zijn om over te gaan tot de inkrim ping van het rijkspersoneel. De gemeentefinanciën verkeeren in deplo- rabelen toestand. De provinciale financiën, hoewel evenmin florissant, zijn aanzienlijk gunstiger. Het huidige welvaartspeil, dat op zich zelf nog slechts als onbevre digend kan worden aangemerkt, kan alleen gehandhaafd blijven met behulp van buitenlandsch crediet en door verkoop van bezittingen in het buitenland. De regeering zal nog niet overgaan tot het voeren van een spaar- campagne, aangezien de psychologische en organisatorische voorwaar den voor het welslagen van een dergelijke campagne nog niet aan wezig moeten worden geacht. De voorgenomen verlaging van de vennootschapsbelasting zal minder vèr gaan, dan aanvankelijk was voorgesteld.» De regeering heeft besloten over te gaan tot toezicht op het kapi taalverkeer. Een wetsonwerp hiertoe is in voorbereiding. (Memorie van Antwoord Tweede Kamer). WIE ZULLEN IN DEN NOORD-OOSTPOLDER „BOEREN" Naar de Directie van den Noord-Oostpolder heeft medegedeeld, zal het aantal landbouwbedrijven in den polder de 2000 benaderen. Volgens een voorloopig schema zullen voor de ruim 1300 bedrijven, waarvan in de eerste jaren de uitgifte zal plaats vinden, allereerst in aanmerking komen ongeveer 430 boerenzoons, die reeds jaren hebben meegeholpen om den polder in cultuur te brengen, verder ongeveer 400 boerenzoons en 200 oudere landbouwers, nog niet in den polder werkzaam, dan ongeveer 160 thans in den polder werkende landarbei ders en tenslotte naar schatting nog 150 landbouwers uit Walcheren. Voor het overbrengen van deze Walcherensche boeren naar den Noord-Oostpolder is reeds een wetsontwerp gemaakt. (Alg. Agrarisch Archief 10 Nov. '46). GELDSANEERING IN DUITSCHLAND. Volgens een Amerikaansch bericht, afkomstig uit Duitsche bronnen, zullen de vier bezettende mogendheden in Duitschland binnenkort een Britsch plan aanvaarden voor de hervorming en stabilisatie van het Duitsche geldwezen. Het plan zou voorzien in een fonds, waarin de Vereenigde Staten van Amerika 40 zullen investeeren en elke van de drie andere be- zettingsmogendheden 20%, terwijl de Duitsche spoorwegen, staal fabrieken en mijnen als garantie zouden dienen. De correspondent van de Financial Times te Washington bericht dat waarschijnlijk zal worden aanbevolen de pariteit van de nieuwe Duitsche Mark vast te -stellen op 33 van de vroegere waarde. Er zijn goede redenen om aan te nemen, dat volgende week een verklaring zal worden afgelegd over hdlt probleem van het Duitsche geldwezen. (Fin. Dagblad 20 Nov. 1946). HET GROOTBOEK 1946. De inschrijvingen op dit Grootboek werden geopend op Maart en op 1 Juli 1946. Het totale aantal inschrijvingen bedroeg op beide data tezamen 404.233, het ingeschreven bedrag 1.830.614.400. (Ter vergelijking zij hierbij vermeld, dat de bestaande grootboeken der nationale schuld 19.072 rekeningen bevatten, waarop momenteel in totaal staat ingeschreven een bedrag van 674.105.650. De looptijd van de totale schuld is ten hoogste 50 jaar. Met ingang van 1 Maart 1949 wordt jaarlijks l/47e deel van het op 1 Maart 1949 uitstaande restant a pari afgelost. Tevens zal de schuld, nadat zij overdraagbaar is geworden, uiterlijk 1 Maart 1949 ter beurze worden genoteerd. Tot 1 Maart 1949 kan men met de inschrijvingen een ver plichte zekerheidsstelling voldoen, ze als zekerheid gebruiken voor te verleenen herstelcredieten, ter voldoening van de aanslagen voor de vermogensaanwasbelasting of de heffing ineens, terwijl voor dit laatste de gelegenheid tot verkoop aan een ander bestaat, mits die ander de inschrijvingen gebruikt om de aanslagen velrmogensaanwas- belasting of heffing ineens te voldoen en men zelf de opbrengst niet noodig heeft voor belastingbetaling. De rente bedraagt 3% per jaar en wordt, in verband met het groote aantal inschrijvingen, niet aan allen tweemaal per jaar op denzelfden datum voldaan. De inschrijvingen zijn in zes groepen verdeeld, met ieder een anderen rentevervaldag, zoodat de betaling der jaarlijksche rente verdeeld wordt over de twaalf maanden van dat jaar. Ieder kan op zijn inschrijvingsbiljet nazien, op welke tijdstippen hij de rente van zijn inschrijving ontvangt. Voor de eerste inschrijving (dus die van 1 Maart) was de mogelijk heid geopend om op 5 manieren de rente te ontvangen (per postwissel voor rente op kapitaalbedragen tot en met 4000.en verder voor alle rentebedragen per bank, postgiro, gemeentegiro en op post spaarbankboekje). Voor de' tweede inschrijving (die van 1 Juli) wordt dit anders. Gezien het groote aantal kleine inschrijvingen, zullen allen die voor 4.000.of minder hebben ingeschreven, voorloopig hun rente per postwissel ontvangen. Hoogere inschrijvers hebben echter weer de keuze uit de vier resteerende mogelijkheden. Ten slotte zij nog opgemerkt, dat zij, die van de tweede inschrijving nog geen kennisgeving ontvangen hebben, zich niet ongerust behoeven ie maken, aangezien met de bewerking van de bijna 250.000 inschrijvin gen vele maanden gemoeid zijn. (Zakenwereld van 19 Oct. '46). Bij een der grootste Coöp. Boerenleenbanken in de provincie Noord- Holland wordt een KASSIER gevraagd. Van sollicitanten wordt verlangd een zeer goede opleiding en kennis van mechanische administratie. Leeftijd tot 40 jaar. Sollicitatiestukkén met opgave van verlangd salaris, kunnen worden ingezonden aan de Coöp. Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht. Te koop een LIPS' -KLUISDEUR in prima staat. Coöp. Boerenleenbank (Raiffeisen-Bank) te Amstelveen.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1946 | | pagina 8