VRAAG en ANTWOORD 3 BANKGARANTIES BELASTINGEN In den bezettingstijd hebben de toen ingestelde Rrjksbureaux van handelaren en industriëelen zekerheidstelling verlangd voor de na koming van hun verplichtingen tegenover den Staat. Deze zekerheid kon dan gegeven worden in den vorm van bankgaranties en als ge volg daarvan hebben verschillende van onze boerenleenbanken „emplooi" op dit gebied gekregen. Dit systeem heeft nog niet afgedaan, want, zooals men onlangs in de dagbladen heeft kunnen lezen, ligt het in het voornemen van de Regeering om binnenkort van de daarvoor in aanmerking komen de belastingplichtigen (ook een deel van den boerenstand zal hier toe wel behooren) zekerheid te verlangen voor de voldoening van reeds verschuldigde of nog verschuldigd te worden belastingen. Zulks zal dan ook kunnen geschieden door middel van bank garanties. Er zijn dus nieuwe aanvragen bij de boerenleenbanken te ver wachten en in verband daarmede lijkt het ons goed het onderwerp „bankgaranties" nog eens te behandelen. Het onderstaande heeft in het bijzonder betrekking op garanties voor belastingschuld, maar is uiteraard van overeenkomstige toe passing op bankgaranties voor andere doeleinden. Enkel voor leden. Een eerste vereischte is, dat de aanvrager bank-lid moet zijn. De Statutén laten niet toe, dat bank-garanties voor niet-leden gesteld worden. Ziet men deze beperking voorbij, dan wordt boven dien de kans geloopen, dat de fiscus de volle 30 pet. vennootschaps belasting in rekening moet brengen in plaats van het uitzonderings percentage van 10 pet. Zekerheid en dispensatie. Voorts is vereischt, dat de aanvrager ten behoeve der bank vol doende zekerheid stelt. Moet de Staat van een door een bank afge geven garantie gebruik maken, dan moet zij op haar beurt direct kunnen teruggrijpen naar een voor haar door den belastingplichtige gegeven waarborg. Het is het beste en het eenvoudigst, wanneer die waarborg kan bestaan uit een geblokkeerd tegoed van een deposito-rekening of uit blokkeering van een (goed gedekt) crediet in loopende rekening. Verpanding van spaartegoed (bij de afzonderlijke spaarbank) is natuurlijk ook een soliede dekking, maar door de thans geldende voorschriften zou hiervoor dan telkens eerst toestemming gevraagd moeten worden aan den President van een Rechtbank, hetgeen ver moedelijk nogal tijd zal kosten. Wordt een der bovenbedoelde waarborgen aangeboden, dan be hoeft ons niet eerst dispensatie te worden gevraagd voor het mogen afgeven der bankgarantie. Komt men met andere zekerheid (bij uitzondernig kan ook accoord gegaan worden met twee soliede borgen) dan dient vooraf dispensatie gevraagd te worden. Wordt borgstelling aangeboden, dan geve men daarbij een duidelijke beoordeeling van den finanti- eelen toestand van den aanvrager en van de door hem voorgestelde borgen. Provisie. Tenslotte is noodig, dat den aanvrager een zekere provisie in reke ning wordt gebracht. Hiervoor bestaat een minimum-grens (thans: pet. per drie maanden of een gedeelte daarvan met een minimum van 1.per drie maanden, steeds bij vooruitbetaling te voldoen voor of uiterlijk op den eersten dag van ieder en drie-maandelijk- schen termijn), waaraan de boerenleenbanken zich moeten houden. Zij mogen dus niet met minder genoegen nemen. (Uitzondering is slechts het percentage van pet. per jaar voor garanties, waarvan tevoren vaststaat, dat zij tenminste een jaar zullen loopen). Eindigt de garantie binnen een drie-maandelijkschen termijn, dan kan slechts teruggave van betaalde provisie plaats hebben wanneer de garantie reeds meer dan een jaar geloopen heeft. Gerestitueerd kan dan worden de provisie over elke nog niet ingegane maand der garantie-stelling. Behandeling van aanvragen. Heeft een lid een aanvraag tot het stellen van een bankgarantie voor hem gedaan, dan geve men de Juridische Af deeling op: 1. voorletters, naam, beroep en adres van dien aanvrager, (handelt hij onder een handelsnaam, dan tevens dien handels naam opgeven. Moet de garantie gesteld voor een vennoot schap onder firma, dan behalve den firmanaam op te geven: voorletters, namen, beroepen en adressen van alle be- heerende vennooten. 2. tot welk bedrag de garantie moet worden afgegeven. 3. waarvoor precies (welke soort belasting, enz.) garantie wordt verlangd. 4. welke waarborg voor de bank is aangeboden. Heeft de aanvrager een schriftelijk verzoek tot het stellen van zekerheid van den Staat ontvangèn, dan zende men deze kennis geving tegelijkertijd aan de Centrale Bank ter inzage. Blijken hier geen bezwaren, dan ontvangt de bank daarop het garantie-contract met den Staat en de waarborg-akte ter teekening (en doorzending). Controle. De hierboven bedoelde gegevens heeft de Centrale Bank niet alleen noodig voor het opmaken der akten, doch ook om alle garantie-ver plichtingen der boerenleenbanken te kunnen nagaan. Mocht zich dus eens een geval voordoen, dat men spoedshalve aan de hand van vroeger ontvangen bescheiden zelf een normale aanvrage behan delt (waarbij dus als zekerheid is aangeboden blokkeering van een deposito-rekening of blokkeering van een crediet in loopende reke ning) dan gelieve men de Centrale Bank toch de bovenbedoelde ge gevens te verstrekken. Boeking Ook een boeking der aangegane garantie-verplichtingen door de boerenleenbanken zelf is noodig. Hiertoe worden in Grootboek in een tweetal rekeningen geopend. De verplichtingen, welke de bank krijgt uit hoofde der door haar afgegeven bankgaranties worden in het credit geboekt van de reke ning „Bankgaranties". De vorderingen, welke de bank uit hoofde der afgegeven bank garanties heeft op hen, te wier verzoeke de garanties zijn afge geven, worden geboekt in het debet van de rekening „Vorderingen wegens bankgaranties". De saldi van deze beide rekeningen behoo ren steeds aan elkaar gelijk te zijn. In het dagboek geschiedt de boeking van de bankgaranties in de kolommen 5, 8, 10 en 13. Wanneer een bankgarantie afgeloopen is, wordt deze via het dagboek teruggeboekt, dus rekening „Bankgaranties" debet en „Vorderingen wegens bankgaranties" credit. 1. Vooruitbetalingen. Door den fiscus is de gelegenheid geopend voor de belastingplich tigen om vrijwillig gelden bij hem te deponeeren ter verrekening met nog op te leggen belastingaanslagen. Deze gelegenheid staat open tot 30 Juni 1946. Stortingen kunnen plaats hebben in ronde sommen van 1000.met dien verstande, dat de eerste stortnig tenminste 2000.moet bedragen. Per maand mag slechts een keer worden gestort. De fiscus vergoedt over de gestorte bedragen een rente, berekend naar 2.4 pet. per jaar. De eerste drie jaar na de eerste inlage kan over het depót niet worden beschikt. Met de gedeponeerde gelden zullen worden verrekend: 1) a. inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting, b. vermogensbelasting, zoowel van particulieren als van rechtspersonen, c. ondernemingsbelasting, d. eventueel in te voeren belastingen, welke voor eenmaal worden geheven, e. verplichte zekerheidsstelling een en ander voor aanslagen, ten kohiere gebracht na depo neering; 2) hetgeen de erfgenamen van den deposant schuldig worden aan recht van successie of recht van overgang. 2. Zekerheidstelling. De fiscus is voornemens om van belastingplichtigen zekerheids stelling te verlangen voor door hen reeds verschuldigde of nog ver schuldigd te worden belastingen, zelfs voor belastingen, welke bij nog toekomstige besluiten zullen worden ingevoerd. Deze zeker heidstelling zal dan ook kunnen bestaan uit het doen afgeven van bankgaranties. Hiervoor leze men het afzonderlijk artikeltje over „Bankgaranties" elders in dit nummer. Inlichtingen aan P.O.D. Vraag: Is de kassier verplicht en genoodzaakt aan den Politieken Opsporingsdienst gegevens te verstrekken, welke worden ge vraagd over bekende of onbekende rekeningen en andere ver- mogensbestanddeelen van gearresteerde of onder verdenking staande personen Antwoord: De kassier is hiertoe inderdaad verplicht. Voorzoover het personen betreft: lo. die tijdens de bezetting zich als lid hebben aangesloen of na 1 Juli 1942 aangesloten zijn gebleven bij de N.S.B. of daarmede voor het beheersinstituut gelijk te stellen organisatie (dus ook wanneer zij niet gearresteerd zijn) 2e. die op grond van veroordeeling wegens of verdenking van een der misdrijven, genoemd in het Besluit Buitengewoon Straf recht, dan wel krachtens het bepaalde in het besluit op den Bijzon deren "Staat van Beleg of het Tribunaalbesluit van hun vrijheid zijn beroofd; bestaat zelfs de verplichting om het ten name dezer personen staande tegoed zonder opdracht te blokkeeren en daarvan onge vraagd in drievoud opgave in te dienen 'bij den Districtscommis saris van het Militair Gezag. De P.O.D. is een uitvoeringsorgaan van het Militair Gezag, zoodat, indien daartoe behoorende per sonen inlichtingen vragen, deze moeten worden verstrekt. Het spreekt vanzelf, dat, alvorens men de inlichtingen geeft, men deze personen om de noodige legitimatie vraagt.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1945 | | pagina 3