Voor Ouderdoms-
Weduwe-
Weezen-verzorging
het Collectief-Contract
Loonbelasting
DE RAIFFEISEN-BODE
47
heeft geloopen, worden medegerekend met een maximum
van 10 en 4 jaren, al naar gelang het hoeven of los land
betreft.
Toch kan de voor onbepaalden tijd gesloten pachtover
eenkomst eerder eindigen dan na afloop van bovengenoem
de 12- of 6-jarigen termijn, indien
1. reeds voor het inwerking treden van het Pachtbesluit
de overeenkomst was opgezegd
2. na het inwerking treden de overeenkomst is opge
zegd, omdat de verpachter of diens bloed- of aanver
wanten in de rechte nederdalende linie het gepachte in
gebruik willen nemen en bij het aangaan van het pacht-
contract een desbetreffend voorbehoud is gemaakt en
de pacht tenminste 5 jaren heeft geduurd.
Loopende pachtovereenkomsten, voor bepaalden tijd,
gelden voor den duur waarvoor zij zijn aangegaan. Waren
zij vóór 1 Januari 1936 reeds van kracht, dan kunnen zij
worden verlengd.
Reeds voor de inwerkingtreding van het Pachtbesluit ge
toetste pachtcontracten behoeven niet ter goedkeuring aan
de Grondkamer te worden voorgelegd. Niet-getoetste
loopende pachtcontracten, welke na 1 Januari 1936 zijn
aangegaan, moeten op uiterlijk 11 Januari 1942 aan de
Grondkamer ter goedkeuring worden ingezonden.
Binnen 6 maanden na het inwerking treden van het
Pachtbesluit kan van pachtprestaties der loopende con
tracten herziening worden gevraagd.
Tenslotte nog twee belangrijke bepalingen.
De eerste houdt in, dat op verzoek van een pachter die,
nadat ingevolge de Pachtwet een contract is nietig ver
klaard, het gepachte nog exploiteert, omdat de Pachtkamer
of het Pachtbureau aldus de gevolgen van die nietigverkla
ring heeft geregeld, de Pachtkamer kan beslissen dat een
pachtovereenkomst voor 12 of 6 jaren of korter aanwezig is.
De Pachtkamer stelt dan de verdere inhoud van de over
eenkomst vast. Het gevolg hiervan is, dat de bewerker van
het land, die vroeger geen pachter was, omdat hij het
slechts gebruikte krachtens de beslissing van de Pacht
kamer, die de gevolgen der nietigverklaring aldus regelde,
thans gebruiker is krachtens een zij het door de Pacht
kamer vastgestelde pachtovereenkomst en nu dus pach
ter is, zoodat de bepalingen van het Pachtbesluit nu ook
op hem van toepassing zijn, waarvan hij anders was ver
stoken.
De tweede belangrijke bepaling zegt, dat ingeval van
onteigening of vordering in eigendom (krachtens het Alge
meen Vorderingsbesluit 1940) van het gepachte, de pachter,
wiens pacht nog 1 of meer jaren zou duren, recht op vol
ledige vergoeding heeft.
Wij meenen met het bovenstaande een globaal overzicht
te hebben gegeven van den inhoud van het Pachtbesluit.
Bij voorkomende moeilijkheden wende de Boerenleenbank
zich tot de Juridische Afdeeling der Centrale Bank.
Het doel van een Boerenleenbank is het dienen
van de belangen der leden.
De Bank zelf mag geen doel worden.
Niet uitsluitend de grootte van een Boerenleenbank
bepaalt haar nut en beteekenis; de innerlijke kracht
is daartoe een noodzakelijke voorwaarde. Deze inner
lijke kracht kan slechts worden bewaard, wanneer de
zaken met groote voorzichtigheid worden gedreven en
niet-toelaatbare risico's blijven uitgesloten.
(óók met premie-staking bij
invaliditeit)
op de voorwaarden van
geeft de Centrale Bank gaarne inlichtingen.
Levensverzekeringen fen behoeve van kassiers
(Zie October-nummer van de ,,Raiffeisen-Bode", pag. 29).
Van het Departement van Financiën ontvingen wij be
richt, dat er in beginsel geen bezwaar tegen bestaat de ten
behoeve van werknemers aangegane ideaal-verzekeringen
aan te wijzen als pensioenregeling.
Indien aanwijzing tot pensioenregeling plaats heeft, dan
worden de tijdelijke uitkeeringen, welke bij overlijden van
den verzekerde plaatsvinden, vanaf het tijdstip van over
lijden tot op het tijdstip, dat het verzekerde kapitaal wordt
uitgekeerd, niet beschouwd als uitkeeringen ineens en wor
den deze uitkeeringen belast naar het tarief van de tabel,
bedoeld in art. 7 van het besluit op de loonbelasting. De
slotuitkeering, dus de uitkeering van het verzekerde kapi
taal, wordt belast naar het tarief van art. 10.
Ts de verzekerde ten tijde der uitkeering van het ver
zekerde kapitaal nog in leven, dan is dus uitsluitend ver
schuldigd de belasting naar het tarief van art. 10.
H"eft 4pen aanwijzing plaats als pensioenregeling, dan
worden bij eventueel vroeger overlijden van den ver
zekerde de tijdelijke renten ad 10 °/o van het verzekerde
kapitaal beschouwd als uitkeering van een kapitaal ineens,
en is daarover geen loonbelasting verschuldigd. Over de
uitkeering van het kapitaal zelf is dan evenmin eenige be
lasting verschuldigd.
Gezien het bovenstaande, heeft het dus geen zin dat de
premies voor de ideaal-verzekering worden gesplitst in een
gedeelte voor de kapitaalverzekering en een gedeelte voor
de eventueele tijdelijke rente.
Ten slotte moet, behalve aan de voorwaarden, welke in
ieder geval op zichzelf gesteld kunnen worden, voldaan
worden aan de navolgende voorwaarden
le. dat werkgever en werknemer de verzekeringsmaat
schappij berichten, dat de gesloten verzekering is aan
gewezen als pensioenregeling in den zin van art. 6,
letter c, van het besluit op de loonbelasting 1940 en
derhalve de maatschappij verplicht is bij uitbetaling
van het verzekerde kapitaal, en c q. de eventueele
rente, tot inhouding van loonbelasting
2e. dat de verzekeringsmaatschappij op de polis eene
aanteekening stelt, dat de verzekering als een pen
sioenregeling is aangewezen
3e. dat de verzekeringsmaatschappij binnen een nader
te bepalen termijn den inspecteur mededeeling doet,
dat zij overeenkomstig punt 1 is ingelicht en dat zij
de aanteekening, bedoeld onder 2, op de polis heeft
gesteld.