RECAPITULATIE
BIJVOEGSEL „RAIFFEISEN-BODE" VAN NOVEMBER 1941
Onder bovenstaanden titel (recapitulatie beteekent
samenvatting) geven wij als bijvoegsel bij deze Raiffeisen-
Bode (het November-nummer) ten behoeve van de function-
narissen onzer leden een gerangschikt overzicht van de
sinds Mei 1940 tot nu toe afgekomen Verordeningen, Be
sluiten, enz., voor zoover daarop door middel van de
Raiffeisen-Bode en per circulaire bijzondere aandacht is
gevestigd.
Alhoewel sommige der aldus in herinnering gebrachte
Verordeningen, enz., al weer tot ,,de geschiedenis' behoo-
ren, kan men toch met het overgroote deel daarvan nog 8.
dagelijks in aanraking komen. Wanneer deze „recapitu
latie" nu bij de hand gehouden wordt, is het voor den
belangstellende een kleine moeite om na te gaan of tot nog
toe door de Centrale Bank op een bepaald onderwerp
speciale aandacht is gevestigd en zoo ja, waar daarover wat
meer te lezen is.
A. Om te beginnen laten we de verschillende belas
tingen in alphabetische volgorde de revue passeeren.
1. Commissarissenbelasting (besluit 106/1941).
Dit besluit is behandeld in de Raiffeisen-Bode van
Juli 1941 (pagina 3).
2. Couponbelasting (besluit 63/1940).
Door een bij dit besluit aangebrachte wijziging in de
Wet op de Couponbelasting hebben de Banken ook met
deze wet te maken gekregen. Per circulaire dd. 4 Sep
tember 1940 is dit aangekondigd. In de Raiffeisen-Bode
van October 1940 (pagina 26) is deze uitbreiding der
wet uitvoerig behandeld. In de Raiffeisen-Bode van
November 1940 (pagina 35) zijn wij hierop nog nader 11.
teruggekomen. Op 24 Maart 1941 is aan alle leden een
korte mededeeling per circulaire gedaan en in de
Raiffeisen-Bode van October 1941 (pagina 29) hebben
wij een van belang zijnde uitspraak van een Raad van
Beroep kunnen publiceeren.
3. Dividendbelasting 1941 (besluit 117/1941).
Bij dit besluit is een vóór-heffing op de Inkomstenbe
lasting en Winstbelasting ingesteld. Wij hebben onze
leden hierop geattendeerd bij circulaire dd. 10 Juli
1941.
4. Geblokkeerde Markenbelasting (besluit 169/1941).
Bij circulaire dd. 5 September 1941 hebben wij onze
leden ervan op de hoogte gesteld, dat bij deze Verorde-
ning de vroeger ingestelde geblokkeerde Marken- 1.
belasting met ingang van 1 September 1941 is afge
schaft, maar dat door de betrokkenen toch nog ver
schillende formaliteiten vervuld moesten worden.
5. Grondbelasting (besluit 226/1940). 2.
In de Raiffeisen-Bode van Januari 1941 (pagina 53) is
te lezen, dat door dit besluit de van ouds bestaande
Grondbelasting met ingang van het belastingjaar 1941
tenminste verdubbeld is.
6. Inkomstenbelasting 1941 (besluit 105/1941).
De nieuwe Inkomstenbelasting, ingesteld bij dit besluit,
is behandeld in de Raiffeisen-Bode van Juli 1941
(pagina 3). In de Raiffeisen-Bode van October 1941
(pagina 29) is deze belasting nog weer ter sprake ge-
komen in verband met levensverzekeringen, geslotep
ten behoeve van kassiers.
7. Loonbelasting (besluit 224/1940).
Dit besluit is uitvoerig behandeld in de Raiffeisen-Bode
van Januari 1941 (pagina 49). In de Raiffeisen-Bode
van Februari 1941 (pagina 67) is een korte nadere ver- sj 6.
klaring verschenen, terwijl in de Raiffeisen-Bode van
Maart 1941 (pagina 72) nog een derde uiteenzetting is
gevolgd, speciaal verband houdende met de presentie
gelden. Over laatstbedoeld onderwerp is voorts nog
iets te lezen in de Raiffeisen-Bode van Mei 1941 (pagina
90) en in de Raiffeisen-Bode van September 1941
(pagina 22).
In de Raiffeisen-Bode van October 1941 (pagina 29) is
de loonbelasting tenslotte nog weer ter sprake gebracht
in verband met levensverzekeringen, gesloten ten be
hoeve van kassiers. Op dit speciale punt was ook reeds
de aandacht gevestigd in het nummer van Februari
1941 (pagina 67).
Omzetbelasting (besluit 242/1940).
Op deze belasting is voor het eerst de aandacht ge
vestigd in de Raiffeisen-Bode van Februari 1941 (pa
gina 66). Per circulaire dd. 7 Maart 1941 is mede
deeling gedaan van een naderen uitleg van een der
artikelen van genoemd besluit. Hetzelfde heeft plaats
gehad bij circulaire dd. 3 April 1941. Tenslotte is over
dit onderwerp nog een circulaire uitgegaan op
18 Augustus 1941.
Bovendien is in de Raiffeisen-Bode van Maart 1941
(pagina 71) uitvoerig behandeld het onderwerp „De
Boer en de omzetbelasting".
Vereveningsheffing (besluit 158/1941).
Over de bij dit besluit ingestelde heffing is het een
en ander te lezen in de Raiffeisen-Bode van Septem
ber 1941 (pagina 21).
Waardevermeerderingsbelasting (besluit 225/1940).
Bijzonderheden omtrent de bij dit besluit ingestelde
belasting zijn te vinden in de Raiffeisen-Bode van
Januari 1941 (pagina 53).
Winstbelasting (besluit 83/1940).
„Lest best" kunnen wij deze reeks besluiten met een
verwijzing naar de circulaire van 5 Augustus 1940,
waarbij melding is gemaakt van de afkondiging van
het besluit tot heffing der winstbelasting.
De aangifte voor deze belasting is uitvoerig behandeld
in de Raiffeisen-Bode van September 1940 (pagina 18).
In de Raiffeisen-Bode van Januari 1941 (pagina 53)
is geattendeerd op het besluit 228/1940, waarbij 200
opcenten op de oorspronkelijke heffing zijn ingevoerd.
De circulaire van 9 April 1941 heeft betrekking op de
aangifte voor de winstbelasting over het boekjaar 1940.
Thans volgt nog „allerhande" in alphabetische volgorde.
Bescherming van schuldenaren.
Over uitstel van betaling, hetwelk door schuldenaren
gevraagd kan worden, is iets te lezen in de Raiffeisen-
Bode van April 1941 (pagina 81).
Beursvoorschriften.
Over dit onderwerp, speciaal van belang voor effecten
onderpand, is een circulaire verzonden op 2 Augustus
1940.
Buitenlandsche fondsen (zie ook no. 6).
Over de aangifte van buitenlandsch effecten-bezit is
iets te lezen in de Raiffeisen-Bode van October 1940
(pagina 31). De circulaire van 2 October 1940 gaf uit
voerige aanwijzingen.
Crisishypotheekaf lossingswet 1936.
In de Raiffeisen-Bode van April 1941 (pagina 81) is
melding gemaakt van verlenging der geldigheidsduur
der Crisishypotheekaf lossingswet 1936.
Defensie-schade (zie no. 14 en no. 15).
Deviezen-(nood)maatregelen (zie ook no. 3, 21 en 23).
Onze eerste circulaire, op dit onderwerp betrekking
hebbende, is verzonden op 29 Mei 1940. Hierop zijn
gevolgd de circulaire dd. 7 Juni 1940, dd. 11 Juni 1940