MEDEDEELINGEN Advertentiën DË RaIFFËISEN-BODÈ él Door onze Boerenleenbanken zal dus in den vervolge Omzetbelasting moeten worden betaald van de vergoedin gen door haar ontvangen voor ten behoeve van cliënten verrichte diensten. Zonder aanspraak te maken, dat de hiervolgende opsomming volledig is, laten wij hier eenige der vergoedingen volgen, waarover thans de Omzetbelas ting verschuldigd is le. berekende incassoprovisie voor het incasseeren van kwitanties, cheques, wissels 2e. couponprovisie voor het verzilveren van coupons 3e. eventuëele vergoeding voor tusschenkomst, ver leend bij aankoop van effecten 4e. ontvangen vergoeding voor uitbetaling van crisis betalingen en andere betalingen. De vergoeding is het totale bedrag, dat degene, aan wien den dienst wordt bewezen, of een derde, ter zake van den dienst voldoet. De vergoeding mag worden verminderd met de eventueel voor den opdrachtgever betaalde belastingen. Niet mag worden afgetrokken voor den opdrachtgever uit andere hoofde betaalde onkosten, als b.v. porti, vrach ten enz. De Omzetbelasting is verschuldigd door den ondernemer. Ondernemer is een ieder, die een beroep of bedrijf uit oefent, dus ook elke Boerenleenbank. De belasting bedraagt 2/2 °/o. De belasting wordt ver schuldigd over het kalenderkwartaal, waarin de voldoening der vergoeding heeft plaats gehad. Aangifte. Binnen 14 dagen na afloop van het kalenderkwartaal moet aangifte gedaan worden van de bedragen, waarover Omzetbelasting verschuldigd is, terwijl tevens betaling moet plaats hebben ten kantore van den betrokken ontvanger. Bij de aangifte moet worden overgelegd het bewijs van betaling van de belasting, welke volgens de aangifte is verschuldigd. Zoolang dit bewijs niet is overgelegd, wordt de aangifte geacht niet te zijn gedaan. Indien de vereischte aangifte niet is gedaan (de belasting niet is betaald), wordt de ten onrechte niet geheven be lasting nagevorderd door middel van een op te leggen aan slag. De in den aanslag begrepen belasting kan worden verhoogd tot het vijfvoud van de ten onrechte niet betaalde belasting. Wij voegen hieraan nog toe, dat indien en voorzoover Kassiers tevens als assurantie-agent optreden, zij over de als zoodanig ontvangen provisie (zoowel afsluit- als incasso provisie) de omzetbelasting verschuldigd zijn. II. LOONBELASTING. In het in „De Raiffeisen-Bode" van de vorige maand op genomen artikel over de loonbelasting (pag. 51) deelden wij mede, dat tot het loon niet wordt gerekend de gelds waarde van voordeelen, overeenkomstig eene pensioen regeling. Wij voegden hieraan toe, dat van eene pensioen regeling slechts dan sprake is, indien en voorzoover uit sluitend wordt voorzien in de verzorging door middel van pensioen in de volgende drie gevallen tezamen le. van den werknemer bij invaliditeit 2e. ouderdom 3e. van de weduwe en weezen van den werknemer. Het is ons echter gebleken, dat deze uitlegging van het betrekkelijke artikel te eng is en er reeds van een pensioen regeling, overeenkomstig het besluit op de loonbelasting, sprake is indien door middel van pensioenen voor den werknemer in een of meer der hierboven genoemde ge vallen wordt zorggedragen, dus ook wanneer de pensioen regeling uitsluitend voorziet in de verzorging van den werknemer bij ouderdom of in de verzorging uitsluitend van zijne weduwe en/of weezen. Het behoeft natuurlijk geen nader betoog, dat, indien de regeling zoowel voorziet in de verzorging van den werknemer bij invaliditeit en bij ouderdom, als in de verzorging van diens weduwe en weezen, er zeer zeker een pensioenregeling bestaat over eenkomstig het besluit op de loonbelasting. Van een pensioenregeling is echter alleen dan sprake, wanneer er sprake is van eene regelmatige periodieke uit- keering van den werknemer of diens nagelaten betrekkin gen, hetzij gedurende het leven van den gerechtigde, hetzij totdat de gerechtigde een bepaalden leeftijd heeft bereikt, hetzij gedurende een bepaald aantal vooraf overeenge komen jaren. Van een pensioenregeling is echter nimmer sprake, indien de werknemer aanspraak kan maken bij het bereiken van een zekeren leeftijd c.q. bij ontslag, of zijn weduwe en/of weezen bij zijn overlijden, op eene uitkeering ineens. Deze figuur van ouderdomsverzekering vinden wij veelal bij de bij ons aangesloten Coöperatieve Boerenleen banken ten behoeve van de bij haar in dienst zijnde kassiers. In verreweg de meeste gevallen is hier verzekerd een zeker kapitaal, uit te keeren bij leven op een bepaalden datum aan den kassier en, bij diens eerder overlijden, aan zijne weduwe of erfgenamen. Hierbij doet niet ter zake, indien als onderdeel der verzekering tevens is bedongen, dat, in geval van eerder overlijden gedurende de termijnen, val lende tusschen het tijdstip van overlijden en de datum waarop het kapitaal zal worden uitgekeerd, jaarlijks een bepaalde rente (normaal 10 van het verzekerd kapitaal) wordt uitgekeerd en het verzekerd kapitaal op de oor spronkelijk overeengekomen datum. Deze periodieke uit keering heeft te allen tijde plaats, ook wanneer de kassier overlijdt, zonder iemand achter te laten die eenige ver zorging behoeft. Deze periodieke uitkeering kan dus evenmin als een pensioen gelden. Voor deze aanspraak op uitkeering geldt dus, dat het loon vermeerderd moet worden met de jaarlijksche gelds waarde daarvan. Deze waarde wordt gesteld op het bedrag, dat betaald wordt om deze aanspraak bij een levensverze keringmaatschappij verzekerd te houden. Draagt de kassier zelf een deel van de premie, dan bedraagt de geldswaarde de jaarlijks verschuldigde premie, verminderd met het door den kassier zelf betaalde gedeelte dier premie Spreekuren Juridisch Bureau. ALKMAAR Vrijdag 14 Februari 1941 van half elf tot half één in het Landbouwhuis (Jhr. Mr. J. C. Greven). LEEUWARDEN Vrijdag 7 Februari 1941 van tien tot twaalf uur in het Oranje-Hotel (Mr. W. H. Verloop). Verzonden algemeene mededeelingen. Gedurende de maand Januari hebben wij aan onze leden een bericht gezonden aangaande de uitbetaling van de waardebons van de Stichting Winterhulp Nederland voorts zonden wij een exemplaar van het prospectus van de 4 o/o Staatsleening 1941 en tenslotte een tweetal berich ten met betrekking tot het Algemeen Plattelands Molest- verzekeringfcnds. Bestuur, Raad van Toezicht en Kassier der Coöp. Boerenleen bank te Winsum (Gr.), geven met diep leedwezen kennis van het overlijden van den Heer BR. BRUINS Hzn., in den ouderdom van 63 jaar. Sinds de oprichting der Bank, bijna 30 jaar geleden, was hij Bestuurslid en de laatste jaren Voorzitter. Zijn nagedachtenis zal steeds in dankbare herinnering blijven voortleven. Winsum (Gr.), 24 Januari 1941.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1941 | | pagina 7