De Staiutenwijziging DE RAIFFEISEN-BODE 65 De vele werkzaamheden, verband houdende met de Statutenwijziging (en de wijziging van het Huishoudelijk Reglement) hebben regelmatig voortgang. Wij stellen ons voor om de notariëele akte omstreeks half Februari a.s. te doen verlijden. Daarna volgt publicatie in de Staatscourant en zullen we het voornaamste in kannen en kruiken" kunnen noemen. Dan blijft er nog wel het een en ander te doen (zooals kennisgeving aan het Handelsregister), doch hierover te zijner tijd meer. Te allen overvloede vestigen wij de aandacht erop, dat eerst vanaf het tijdstip, dat de aangenomen Statutenwijzi ging notarieel verleden zal zijn, de gewijzigde Statuten voor onze Banken zullen gelden. Tot aan dit tijdstip blijven de oude Statuten van kracht. Met het gewijzigde Huishoudelijk Reglement is het eigenlijk eenigszins anders gesteld, doch gezien het nauwe verband, dat tusschen de gewijzigde Statuten en het ge wijzigd Huishoudelijk Reglement bestaat, achten wij het het meest voor de hand liggend om over het algemeen aan te nemen, dat het gewijzigd Huishoudelijk Reglement tegelijk met de gewijzigde Statuten van kracht zal worden. Op het oogenblik, dat we dit schrijven, hebben wij van de 720 Banken, welke aan de algemeene Statutenwijziging kunnen deelnemen, ontvangen 704 boekjes, 708 brieven, 706 volmachten. Onder de ontbrekende bescheiden bevinden zich die van 5 Banken, welke tot nog toe, zonder bijzondere reden, niets hebben ingezonden en die van 5 Banken, met wie ons Bestuur nog in correspondentie is omtrent enkele be zwaren. Wij vertrouwen, dat ook deze zich tenslotte met de Statutenwijziging kunnen vereenigen en dat ook zij met de overige nakomers half Februari a.s. bij het passeeren der notariëele akte van de partij zullen zijn. Ons afwachten beteekent echter geen stilzitten. De wachttijd is en wordt benut voor correspondentie met Ban ken, van wie de ontvangen bescheiden niet geheel in orde bleken. Vooral de invulling van den banknaam en de plaats van vestiging in de volmachten, bleek voor verschillende Ban ken moeilijkheden te hebben opgeleverd. Hieruit zou men kunnen afleiden, dat te dezen eenig mis verstand bestaat en wij meenen dan ook goed te doen door deze aangelegenheid hier wat nader te bezien. Volgens artikel 3 van de Wet op de Coöperatieve Ver- eenigingen 1925, moet de naam van een Coöperatieve Vereeniging bevatten le. de aanwijzing van haar doel, 2e. het woord „coöperatief" en 3e. een aanduiding omtrent de wijze, waarop de aan sprakelijkheid der leden voor de verbintenissen der Vereeniging is geregeld. Het laatstgenoemd vereischte geldt alleen voor Coöpe ratieve Vereenigingen, welke na de inwerkingtreding van genoemde Wet (15 Juni 1925) zijn opgericht, niet voor voordien opgerichte Coöperatieve Vereenigingen, die haar Statuten na genoemden datum gewijzigd hebben. De overgroote meerderheid van de bij de Centrale Bank aangesloten Boerenleenbanken hebben met dit vereischte (vermelding van de letters W.A., G.A. of U.A.) dus niets te maken. Wij zouden het zelfs onjuist vinden, indien vóór 1925 opgerichte Banken deze letters in haar naam zouden voeren. De aanwijzing van het doel (hierboven sub 1 genoemd) heeft voor onze Banken op voldoende wijze plaats, door als onderdeel van den naam te hebben een woord als „Boerenleenbank". Waar al onze Banken, zonder uitzondering, ook het woord „Coöperatief" in haar naam voeren (hierboven sub 2 genoemd), kan men dus voor Banken, die vóór 1925 zijn opgericht, zeggen, dat aan het volgens de Coöperatie- wet vereischte is voldaan, zoodra haar naam maar ten minste luidt „Coöperatieve Boerenleenbank". Hiermede zijn wij er echter nog niet. Wanneer alle Banken het hierbij lieten, zouden alleen bij onze Centrale Bank ruim 700 Boerenleenbanken aangesloten zijn, die stuk voor stuk precies hetzelfde genaamd zouden zijn. Nog daargelaten de voorschriften van andere Staatswetten, die zich hiertegen zouden verzetten, laat het zich heel goed begrijpen, dat een dergelijke gelijknamigheid in de practijk tot vele en velerlei moeilijkheden aanleiding zou geven. Men behoeft slechts te bedenken, dat alleen in de ge meente Emmen zeven bij ons aangesloten Coöperatieve Boerenleenbanken gevestigd zijn Om dit bezwaar op de meest practische manier op te lossen, hebben vrijwel al onze Banken aan de woorden „Coöperatieve Boerenleenbank" toegevoegd den naam van de gemeente of van het onderdeel van de gemeente, waarin zij gevestigd zijn. De woorden „Coöperatieve Boerenleenbank" zou men de familie-naam kunnen noemen, een toevoeging als „Utrecht" of „te Utrecht" de voornaam, welke moet dienen ter onderscheiding van de verschillende familieleden. Een volledige naam is dus b.v. Coöperatieve Boeren leenbank te Utrecht, of wel Coöperatieve Boerenleen bank „Utrecht". Tot zoover, wat vereischt is voor een juisten banknaam. Volledigheidshalve voegen wij hieraan nog toe, dat de banknaam, behalve in telegrammen, steeds volledig moet worden gevoerd. Men zie er dus goed op toe, dat de juiste (volledige) naam in alle akten, op briefpapier, stempels e.d. gebezigd wordt. Artikel 5 van de Wet op de Coöperatieve Vereenigingen stelt ondermeer als eisch, dat de Statuten der Coöpera tieve Vereenigingen moeten bevatten „haren naam en dien der gemeente harer vestiging". Alleen reeds door dit vereischte moge het een ieder duidelijk zijn, dat naam en plaats van vestiging, twee ge heel afzonderlijke dingen zijn, die niet door elkaar gehaald mogen worden. De plaats van vestiging heeft met den banknaam als zoo danig niets uitstaande. Naar wij hopen en vertrouwen, zal men na deze uiteen zetting inzien, dat de banknaam-vermeldinëen als „Coöperatieve Boerenleenbank gevestigd te Utrecht", Ihier heeft men dus een gedeelte van den banknaam en de plaats van vestiging dóór- en bij elkaar gehaald) of enkel „Coöperatieve Boerenleenbank" (hier heeft men den „voornaam" weggelaten) niet juist kunnen zijn. Tenslotte nog dit Zooals ook uit het boekje „Vragen en Antwoorden" blijkt, is in artikel 1 van de laatstelijk rond gezonden ontwerp-Statuten niet meegedrukt het woordje „te". Dit heeft er vermoedelijk toe geleid, dat er nu belangrijk meer Banken dan voorheen zijn, die dit woordje niet in haar naam voeren. Wij hebben hiertegen niet het minste bezwaar, juichen dit zelfs toe, doch vestigen alleen nog even de aandacht erop. Een Bank, die tot nog toe b.v. officieel genaamd was Coöperatieve Boerenleenbank te Utrecht, doch nu haar naam veranderd heeft in Coöperatieve Boerenleenbank „Utrecht", moet hiermede natuurlijk in haar akten, op haar briefpapier, stempels, e.d. terdege rekening houden. Nogmaals Zorg dat steeds (behalve in telegrammen) de officiëele naam juist en volledig gebruikt wordt

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1941 | | pagina 5