DE RAIFFEISEN-BODE. 3 crisis getoond. De Centrale Bank heeft haar loketten geen enkelen dag gesloten. Laat ons toonen, dat het ons niet ontbreekt aan kracht en aan wijsheid. Bij den wederopbouw moeten wij op eigen kracht rekenen. Wij moeten streven naar een vrijen boerenstand in een vrij volk. (Applaus). De Heer Roebroeck, Directeur-Generaal van den Land bouw, sprak zijn vreugde uit, dat hij in de vergadering tegenwoordig kon zijn. In de huidige omstandigheden komt het er op aan, aldus spreker, het hoofd koel, maar ook het hart warm te houden. Hij zag voor de boeren een drie voudige plicht een plicht voor de boeren als producenten, die thans belangrijker is dan ooit te voren en die ieders uiterste inspanning vereischt en een woekeren met de zeer beperkte hulpmiddelen een plicht om te handhaven al datgene wat ertoe heeft bijgedragen den Nederlandschen landbouw groot te maken (landbouwonderwijs, landbouw organisaties, de Raiffeisen-organisatie in het bijzonder) en om te bewaren de plaats, die de boerenstand inneemt en moet innemen in het Nederlandsche volk, welks nationale karakter in zoo sterke mate afhangt van zijn boerenbevol king en de plicht om loyaal samen te werken met de Overheid, die thans in ons land regeert. Notulen. De notulen van de vorige vergadering, in druk rondge zonden, worden zonder op- of aanmerkingen goedgekeurd. Rekening en verantwoording van het Bestuur over het jaar 1939. De balans en de verlies- en winstrekening, voorkomende in het jaarverslag en met de daarop gegeven toelichtingen, de rekening en verantwoording uitmakende, worden, zon der dat iemand erover het woord verlangt en zonder hoofdelijke stemming, goedgekeurd. Het voorstel ten opzichte, van de gemaakte winst over 1939, eveneens voorkomende in het jaarverslag, wordt op dezelfde wijze aangenomen. Rekening en verantwoording van het Onderling Waarborgfonds over 1939. De vergadering, thans optredende als Algemeene Ver gadering van het Onderling Waarborgfonds, keurt even eens zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stem ming de rekening en verantwoording over 1939, voorko mende in het jaarverslag der Centrale Bank, goed. Verkiezingen. De Voorzitter stelt vervolgens aan de orde de verkie zingen en benoemt eenige stembureaux. Als lid van 't Bestuur werd herkozen de heer Dr. S. E. B. Bierema, met 555 van de 580 uitgebrachte geldige stem men. Als lid van den Raad van Toezicht in de vacature Stroink werd gekozen Prof. Dr. G. Minderhoud, met 518 van de 585 uitgebrachte geldige stemmen. De periodiek aftredende leden van den Raad van Toezicht, de heeren K. Eriks Azn., D. W. Lindenbergh en V. Ph. Valstar, wer den allen herkozen met resp. 525 van de 555, 546 van de 553 en 533 van de 553 geldige uitgebrachte stemmen. Tot plaatsvervangende bestuursleden bleken te zijn herkozen de heeren C. S. van Beuningen en K. Eriks Azn., met respectievelijk 517 en 495 stemmen van de 553 gel dige stemmen. Voorstel tot wijziging van de art.. 49, 50 en 57 van de Statuten en van art. 25 van het Huishoudelijk Reglement der Cen trale Bank. De Voorzitter verleende omtrent dit punt het woord aan den heer Stroink, Voorzitter van het Bestuur, die begon met den Voorzitter dank te zeggen voor de tot hem ge- richtte woorden. Hij uitte zijn blijdschap over het feit, dat nu, in dagen van zorg, evenals in dagen van vreugde, zoo- velen waren samen gekomen. Het Bestuur weet zich, als het de groote opkomst ziet, gedragen door den steun van de geheele Organisatie en door waardeering voor wat het Bestuur, naar zijn beste weten, voor de Organisatie heeft verricht. Bestuur en personeel der Centrale Bank rekenen het zich tot een plicht om alles te doen, wat maar mogelijk is, om dezen moeilijken tijd door te komen. Spreker deed een beroep op de Besturen en Kassiers der Boerenleenbanken om ook hunnerzijds het mogelijke te doen om de moeilijkheden het hoofd te bieden. (Applaus). Tot het onderwerp statutenwijziging overgaande, merkte de Heer Stroink op, dat het voorstel in de Ringvergade- ringen gunstig was ontvangen, al was de opmerking ge maakt, dat de wijziging feitelijk had behooren te geschie den in het kader van een algemeene herziening der sta tuten. Het Bestuur stemt geheel in met hen, die een alge meene herziening gewenscht achten, maar het meende het voorloopig bij de voorgestelde, urgente, wijziging te moe ten laten, omdat anders de agenda te overladen zou zijn geworden. De Heer Stroink verklaarde zich vervolgens bereid om vragen, die men over het voorstel zou willen stellen, te beantwoorden. De Voorzitter deelde mede, dat meer dan het vereischte aantal leden aanwezig was om over de statutenwijziging te kunnen stemmen en vroeg of iemand stemming ver langde. Dit bleek niet het geval te zijn. De Voorzitter stelde de afzonderlijke artikelen nog aan de orde, waarbij telkens bleek, dat niemand stemming ver langde, zoodat alle artikelen met algemeene stemmen, zonder hoofdelijke stemming, zijn aangenomen. De Voorzitter van het Bestuur lichtte nog een amende ment van het Bestuur op het voorstel tot wijziging van art. 25 van het Huish. Reglement toe, welk voorstel even eens zonder hoofdelijke stemming werd aangenomen. De Voorzitter wenschte het Bestuur met deze unanieme aanvaarding van zijn voorstel geluk. Voorstel tot aanvulling van het Reglement op bet Onderling Waarborgfonds der Boerenleenbanken. De Voorzitter gaf hieromtrent wederom het woord aan den Voorzitter van het Bestuur. Deze wees erop, dat het Kapitaal voor Bijzondere Doeleinden binnenkort zou expireeren, terwijl toch de situatie van land- en tuinbouw niet geheel was gesaneerd integendeel in sommige tak ken van land- en tuinbouw heerschen nog ernstige moei lijkheden. In verband hiermede was bij het Bestuur de vraag opgekomen hoe men verder zou gaan, waarbij het Bestuur uitging van de gedachte, dat niet één lid van ons Raiffeisen-gezin als slachtoffer van de moeilijkheden zou mogen vallen. Voortzetting van het Kapitaal voor Bijzondere Doel einden achtte het Bestuur minder gewenscht, omdat hier mede van de Boerenleenbanken wellicht te veel zou wor den geëischt. Daarom is het Bestuur met een minder ver strekkend voorstel gekomen tegemoetkoming alleen, wanneer een Boerenleenbank in haar levensbestaan is be dreigd. Dit wijkt principieel af van het beginsel van het Kapitaal voor Bijzondere Doeleinden, waaruit tegemoet koming wordt verstrekt, als een Boerenleenbank ook zon der dat zij in baar levensbestaan wordt bedreigd, verlies lijdt op een of meer posten. Het voorstel is in de Ringvergaderingen over het alge- men met instemming ontvangen. Echter werd de opmer king gemaakt, dat er nu toch wel weer een belangrijke op offering van de Boerenleenbanken wordt gevraagd. Daarom is het Bestuur gekomen met een amendement op zijn voor stel, namelijk om de bijdragen te beperken tot een tijd van twaalf jaar, na afloop van welken termijn het aan de Alge-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1940 | | pagina 3