DE ALGEMEENE VERGADERING DER CENTRALE BANK
2
DÉ RAIFFEISEN-BODE.
Een maandblad was het toen nog niet het orgaan ver
scheen op ongeregelde tijden, al naarmate er „nieuws" was.
Vóór ons ligt b.v. het tweede nummer van ons orgaan,
dat uitkwam in Mei 1912 (het eerste nummer verscheen in
Dec. 1911).
Dit tweede nummer bevatte in totaal 4 artikelen, resp.
handelend over „Het collectief contract inzake inbraak-
diefstalverzekering", „Maximum-bedrag der inlagen", „Een
persoon lid van meerdere Boerenleenbanken" en „De Ver-
eeniging lid der Boerenleenbank",
In 1913 verscheen er concurrentie voor de „Raiffeisen-
Bode", doordat de Ring van Boerenleenbanken in Gelder
land overging tot de uitgifte van een courant, genoemd
„de Centrale Bank", waarvan het eerste nummer verscheen
in December 1913,
De nummers van „de Centrale Bank" verschenen op
onregelmatige tijdstippen, ongeveer om de 2 maanden.
Eén- en andermaal kwam de uitgifte van „de Centrale
Bank" in de vergadering van het Bestuur ter sprake. Uit
deze besprekingen bleek, dat het Bestuur der Centrale
Bank de uitgifte van deze periodiek naast de „Raiffeisen-
Bode" niet juist achtte.
Zooals reeds eerder werd opgemerkt, verscheen de
„Raiffeisen-Bode" op ongeregelde tijdstippen.
Dit veranderde in 1915, want. inmiddels was de zaak van
het eigen orgaan wederom in de Algemeene Vergadering
ter sprake gebracht.
Eerst in de buitengewone Algemeene Vergadering van
2 Januari 1915, doch hier was niet meer voldoende tijd
voor de behandeling van het desbetreffende agenda-punt,
zoodat dit werd uitgesteld tot de eerstvolgende vergadering.
En zoo treffen wij op de agenda der Algemeene Vergade
ring van 29 Mei 1915 als punt 6 aan Voorstel tot het
uitgeven van een Officiéél Orgaan.
Het Bestuur vroeg hiervoor een bedrag aan van 600.
Blijkens het stenografisch verslag van deze vergadering
is dit voorstel niet zonder slag of stoot aangenomen, maar
is daarover nog wel een enkel woord gesproken.
Tenslotte werd het voorstel echter zonder hoofdelijke
stemming aangenomen, waarmede het bestaan van de
„Raiffeisen-Bode" als officieel maandblad onzer organisatie
een aanvang nam.
Het eerste nummer van ons maandblad verscheen op
1 Juli 1915.
In het „Woord vooraf" werd de wensch uitgesproken,
dat dit orgaan er veel toe zoude mogen bijdragen om den
band tusschen de Centrale Bank en de bij haar aangesloten
Boerenleenbanken te versterken, evenzeer als den band
tusschen de Banken onderling, waardoor mede de geheele
organisatie van het landbouwcrediet zou worden gebaat.
In het jaarverslag over 1915 werd medegedeeld, dat tot
het uitgeven van een officieel orgaan was overgegaan en
dat gebleken was, dat dit maandblad in een behoefte
voorzag.
In de jaarverslagen wordt sedert volstaan met het jaar
lijks terugkomende refrein
„Ook dit jaar bleef de „Raiffeisen-Bode" regelmatig ver
schijnen en wij vertrouwen, dat dit maandblad bij voort
during aan het gestelde doel zal blijven beantwoorden".
Ook aan het doel, bij de besprekingen in de Algemeene
Vergadering van 1915 als volgt omschreven „een vrije
tribune te zijn, voor diegenen, in onze organisatie, die
stukken daarvoor zouden willen zenden", is de „Raiffeisen-
Bode" steeds tegemoet gekomen.
Bij gelegenheid van het 25-jarig bestaan der Centrale
Bank verscheen een extra-nummer, waarin de feestrede
van den Voorzitter van het Bestuur, den Heer Baron van
Iltersum, in extenso was opgenomen.
Een uiterlijke verandering kwam er in December 1934,
toen niet alleen de uitgave op beter soort papier plaats
vond, doch ook de „Kop" van ons orgaan een meer
modernen vorm kreeg.
Het zou ons te ver voeren en het ligt ook niet in de
bedoeling van dit artikel, om ook maar eenigszins weer
te geven, welk een rijke verscheidenheid van artikelen in
die 25 jaar in ons orgaan zijn verschenen en hoeveel wel
versneden pennen in dat tijdvak ten behoeve van de „Raif
feisen-Bode" in beweging zijn gekomen.
Doch hoe groot de verscheidenheid ook geweest moge
zijn, in dit ééne opzicht kwamen ze alle overeen, n.1. dat
ze ingegeven werden uit belangstelling voor onze organi
satie.
En zoo verschijnt ons orgaan dan als maandelijksche
trouwe klant aan duizende adressen, gevend een rijke
sorteering van artikelen, in de eerste plaats van die, welke
van direct belang zijn voor onze organisatie en verder
allerlei mededeelingen, welke van belang zijn voor het
beheer van de aangesloten banken.
Een tijdperk van 25 jaar is thans afgesloten.
Wat de komende jaren ons brengen zullen, wij weten
het niet.
Maar wij vertrouwen, dat ook in de thans aangebroken
tijdsruimte onze „Raiffeisen-Bode" evenals in het verleden,
moge blijven ons eigen orgaan, versterkend den band
zoowel tusschen de aangesloten Boerenleenbanken en dd
Centrale Bank als tusschen de Banken onderling en dat
wij zoo allen tezamen werkzaam mogen blijven, tot den
bloei van het landbouwcredietwezen.
Wie had verwacht, dat de Algemeene Vergadering der
Centrale Bank ditmaal slecht bezocht zou zijn (een ver
wachting, die, gezien de slechte verbindingen, niet onge
grond scheen), is bedrogen uitgekomen. De groote zaal van
Tivoli bood den gewonen aanblik. Slechts het ontbreken
van het gewone aantal auto's in den tuin wees op de
bijzondere situatie.
Opening.
De Voorzitter, de Heer K. Eriks Azn. uit Leeuwarden,
opende de vergadering met een woord van welkom tot de
aanwezigen, in het bijzonder tot den Heer Ir. A. L. H. Roe-
broeck, Directeur-Generaal van den Landbouw. In de
aanwezigheid van zoovelen zag hij een bewijs, dat de
Boerenleenbanken ook in dezen tijd met de gewone kracht
haar doel zullen blijven nastreven. Hij gewaagde van de
eenheid en saamhoorigheid in onze Organisatie. Hij richtte
een woord van welkom lot den Heer Stroink in diens
kwaliteit van Voorzitter van het Bestuur en maakte met
waardeering melding van zijn groote activiteit. Hij sprak
de hoop uit, dat hij lang voor onze Organisatie zou blijven
gespaard. (Applaus.) Hij releveerde vervolgens de inter
nationale gebeurtenissen, die ook als slachtoffers hebben
geëischt twee mannen uit onze Organisatie. Tot hulde aan
hun nagedachtenis verhieven de aanwezigen zich een
oogenblik van hun zetels.
Spreker uitte vervolgens zijn gevoelens van trouw jegens
het Huis van Oranje, die door de gebeurtenissen, welke
hebben plaats gehad, niet zijn verslapt. (Luid applaus).
Het Boerenleenbankwezen heeft zich, dank zij de hulp
centrales, die uitstekend hebben gefunctionneerd, goed
door de moeilijkheden heen geslagen. Van eenige stagnatie
is nauwelijks sprake geweest.
Zoo ooit, dan geldt nu het parool werken. Ten aanzien
van de toekomst is spreker niet al te pessimistisch. „Arbei
den en niet vertwijfelen" als wij dit doen, zullen wij de
moeilijkheden overwinnen.
Onze Organisatie heeft haar kracht ook in de dagen van