De Boerenleenbanken in 1938 en 1939 Eenige siaiisiische gegevens DE RAIFFEISEN-BODE. 83 leening van vaste voorschotten, het liquiditeitsbezwaar, opgeheven. Wij, die ons in verband met het liquiditeits bezwaar zoo dikwijls moeten weerhouden van het verleenen van vaste voorschotten, zijn wel in staat ons in te denken met welk een voldoening de middenstand en zijn bankinstel ling de regeeringstoezegging zullen hebben begroet. Wat de twee voorlaatste soorten van credietverleening betreft (voor aanschaffing werktuigen enz., en voor oolossing van liquiditeitsmoeilijkheden bij volwaardige bedrijven), hierbij gaat de medewerking van den Staat nog verder. De Staat neemt verliezen op zulke credieten voor zijn rekening. De regeering helpt het middenstandscrediet dus in twee belangrijke opzichten wat betreft de liquiditeit en wat betreft het risico. Het bovenstaande ontleenen wij aan een artikel Vaste voorschotten", kort geleden verschenen in de middenstands pers. Hierin wordt ook nog melding gemaakt van de Borg stellingsfondsen, door wier bemiddeling credieten tot een maximum van 500.kunnen worden verstrekt aan in moeilijkheden verkeerende kleine zakenlieden. „Door deze verschillende mogelijkheden, zoo eindigt bedoeld artikel, „is thans een sluitend geheel verkregen, waardoor een zoo goed mogelijke credietvoorziening van den middenstand wordt gewaarborgd. Dit beteekent natuur lijk niet, dat aan de credietbehoefte van iederen midden stander kan worden tegemoet gekomen elke credietver leening hetzij deze voor risico van de bank, hetzij deze voor risico van den Staat geschiedt is aan bepaalde normen gebonden en niet alle credietaanvragen vallen bin nen het kader van deze normen. Hoewel dus niet te be vredigen credietvraag zal blijven bestaan, is mede of liever vooral door maatregelen van de regeering, een complex van credietmogelijkheden geschapen, hetwelk de middenstandscredietvoorziening in Nederland gunstig doet afsteken bij die in de meeste andere landen." Aangezien nog niet alle balansen over 1939 door de Af deeling Inspectie werden gecontroleerd, kunnen wij nog geen volledig overzicht geven van het verloop der spaar gelden, voorschotten en loopende rekeningen onzer banken over het jaar 1939. Wel zullen wij aan de hand van voorloopige en globale gegevens, aan het slot van dit overzicht, eenige mede- deelingen doen over het verloop der spaargelden en voor schotten bij onze Boerenleenbanken, in het bijzonder ge durende de eerste maanden na het uitbreken van den oorlog in 1939. De balanscijfers over 1938 zijn intusschen reeds eemgen tijd volledig bekend en door de inspectie geverifieerd, zoodat wij onze lezers dit interessante cijfermateriaal kunnen voorleggen. Aantal aangesloten Banken. Over 1938 bleef het aantal bij de Centrale Bank aange sloten instellingen ongewijzigd, n.1. 719 Boerenleenbanken 8 Boerenleenbanken-Handelsvereenigingen. 2 Coöp. Zuivelbanken. totaal 729 leden. Aantal leden bij onze Banken aangesloten. 31 -12-'37 31-12-'38 Boerenleenbanken 156.597 155.664 Boerenleenbanken-Aankoopverg7.219 7.585 Zuivelbanken 111 H4 Bedrag der deposito's). gedeponeerde spaargelden (incl. termijn- D.d. 31 December 1938 was gedeponeerd: bij 719 Boerenleenbanken bij 8 Boerenleenbanken-Handelsveren. bij 2 Zuivelbanken 328.227.720.77 7.942.843.51 9.101.882.97 345.272.447.25 Dd. 31 Dec. 1937 bedroegen deze cijfers: 719 Boerenleenbanken 325.573.243.50 8 Boerenlb.-Handelsv. 8.035.349.51 2 Zuivelbanken 8.700.827,04 342.309.411.05 163.927 163.363 Toename over 1938 2.963.036.20 De bij de aangesloten Banken gedeponeerde spaargelden zijn over 1938 vrijwel onveranderd gebleven. Over 1937 bedroeg daartegenover de toename der spaar gelden pl.m. 26.600.000. Dat jaar vooral was er een groote geldruimte, waardoor de rentestandaard zeer gedrukt was, In dien tijd bleek er een groote voorliefde te ontstaan voor Rijkspostspaarbank, particuliere Spaarbanken en Boerenleenbanken. Voor aantrekking van vluchtige gelden werd dezerzijds steeds gewaarschuwd, daar de stabiliteit en de rentabiliteit der Boerenleenbanken daardoor in gevaar konden komen. Mede als gevolg van de genomen maatregelen (n.1. contin- genteering en de rente-correctie) is de abnormale toevloed over 1938 voorkomen. Spaargelden. Uitgegeven spaarboekjes 31 -12-'37 31-12- 38 Boerenleenbanken 376.342 396.255 Boerenleenbanken-Handelsverg7.280 7.321 2 Zuivelbanken 3.812 3.954 Voorschotten. Aantal uitstaande voorschotten Boerenleenbanken Boerenleenbanken-Handelsvereen. 31-12-'37 91.450 905 31-12-'38 92.367 901 92.355 Totaal 387.434 407.530 Over 1938 nam het aantal spaarboekjes toe met 20.096 stuks. Het aantal uitstaande voorschotten nam over met 913 stuks. 93.268 1938 toe

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1940 | | pagina 3