Heffing van een WINSTBELASTING HET IS VAN BELANG 6o DE RAIFFEISEN BODE houdsters zeer bijzonder bij betrokken, daar het verbon den onderpand door de inundatie in waarde achteruit zal gaan. Indien door de banken aan de betrokken bedrijven ook nog gewone voorschotten zijn verstrekt, dan hebben zij er eveneens belang bij, dat aflossing en rente regel matig worden betaald. Om ter zake geheel georiënteerd te zijn en met succes de zaken van de Boerenleenbanken te kunnen bepleiten, is het noodig, dat wij volledig op de hoogte zijn van de be langen der betrokken Banken. Wij verzoeken dus nauwkeurig na te gaan, welke be drijven in de streken der betrokken Boerenleenbanken reeds werden geïnundeerd of zullen worden geïnundeerd en ons binnenkort een staat toe te zenden, vermeldende de volledige namen en adressen, de grootte der bedrijven, de kadastrale secties en de nummers der perceelen, de grootte der hypothecaire schuld en der andere schulden, de be dongen aflossing en rente en de eventuëel reeds ontstane achterstand. Hoe vollediger gegevens wij ten aanzien van deze aan gelegenheid bezitten, des te beter zullen de belangen der Banken door ons bij de Regeering kunnen worden bepleit. De Boerenleenbanken moeten er natuurlijk attent op zijn, dat de mogelijkheid niet is uitgesloten, dat de schade vergoedingen in contanten worden uitbetaald. In de eerste plaats schijnt in afwachting van een nadere regeling aan de bewoners van geïnundeerde bedrijven, die thans niet in staat zijn hun bedrijf voort te zetten, een periodieke uitkeering gedaan te worden voor levens onderhoud. (Wij hopen, dat de toezegging van den Minister zie hiervoor dat bij het vaststellen van de bedrijfsschade met hypothecaire en andere lasten rekening zal worden gehouden, gestand wordt gedaan). In de tweede plaats is het waarschijnlijk, dat de ver goedingen voor overnamen van vee- en pluimveestapel, in contanten worden uitbetaald. We betreuren het, dat de in den beginne gevolgde methode, n.1. dat van Regeeringswege zal worden zorg gedragen, dat later een gelijkwaardige veestapel zal wor den teruggegeven, verlaten is, zoodat de schadevergoeding nu zeer waarschijnlijk in contanten zal volgen. Heeft deze uitkeering plaats en ligt het geval zóó, dat de Boerenleenbank indertijd een min of meer groot ge deelte van het voor den veestapel benoodigde kapitaal aan den betrokkene leende, dan is het niet meer dan billijk, dat met gepaste middelen wordt getracht, de uitgekeerde schadevergoeding aan de Boerenleenbank te doen toe vallen. Natuurlijk zou een cessie van de vordering op de Regee ring een oplossing brengen. Men versta zich hierover met de Centrale Bank. Evenzeer is het voor de Boerenleenbanken van belang maatregelen te nemen, opdat zij recht kunnen doen gelden op schadevergoedingen, die door de betrokkenen worden genoten voor geheel of gedeeltelijk geïnundeerde of voor in verband met militaire doeleinden in gebruik genomen landerijen en gebouwen, indien de banken indertijd onder hypothecaire- of andere zekerheid gelden leenden aan de betrokkenen om in het bezit van de bedoelde landerijen te komen of te blijven. Ook hier is cessie de aangewezen weg. Een volgende maal hopen we nog een en ander mede te deelen in verband met een eventuëele evacuatie. De Regeering heeft ingediend een wetsontwerp tot hef fing van een winstbelasting. Volgens dit ontwerp zullen Naamlooze Vennootschappen, Coöperatieve Vereenigingen, Commanditaire Vennootschappen op aandeelen, onderlinge Waarborgmaatschappijen en andere vereenigingen, die een bedrijf uitoefenen, 10 van hun winsten aan den fiscus moeten afstaan. De winstbelasting is bedoeld om in de plaats te treden van de dividend- en tantièmebelasting. Deze belasting treft alleen uitgedeelde winsten. Daar de Boerenleen banken geen winsten uitdeelen, heeft de dividend- en tantièmebelasting hen nimmer getroffen. De winstbelasting zal dus voor de Boerenleenbanken een groote verandering beteekenen, want al deelen zij geen winsten uit, zij behalen gelukkig in den regel wel winst. Volgens het wetsontwerp zullen zij in de toekomst van de winsten, die zij behalen, ook al worden deze bijge schreven bij de reserve, 10 pet. moeten afdragen aan den fiscus. De winstbelasting zal, volgens het ontwerp, voor het eerst worden geheven over ons boekjaar 1939. Het spreekt van zelf, dat het ontwerp aanleiding geeft tot verschillende kwesties, maar wij zullen deze hier niet bespreken. Dit zou eenigszins voorbarig zijn, want het ontwerp is nog niet aangenomen en het is dus niet zeker, dat het als wet in werking zal treden. Intusschen lijkt het ons wel zeer waarschijnlijk, want de regeering heeft nu eenmaal geld noodig. Maar het is ook mogelijk, dat het ontwerp nog wijzigingen zal ondergaan. Dit wetsontwerp is inmiddels nog gevolgd door een ander ontwerp, waarbij wordt voorgesteld om 15 opcenten te heffen ten behoeve van de Gemeenten. Met 10 "/o zijn we er dus nog niet af. De totale belasting zal wel 11 y2 van de winst worden. Wij hopen later nog, wanneer er meer zekerheid be staat, op de winstbelasting terug te komen. dat men van elke wijziging in Bestuur of Raad van Toezicht terstond mededeeling doet aan de Centrale Bank.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1940 | | pagina 4