Opening van 'n crediei onder
cessie eener aannemingssom
In pand geven van Polissen eener
Maaischappij van Levensverzekering
DE RAIFFEISEN-BODE
37
Een aannemer, wien een werk gegund is, 2al tot het uit
voeren daarvan bedrijfskapitaal noodig hebben. In geval
hij zelf niet, of niet voldoende daarvan tot zijn beschikking
heeft, zal hij zich tot een instelling wenden, die hem dat
geld wil verschaffen, liefst in den vorm van een crediet,
daar hij door den aard van het karwei nogal veel uitgaven
heeft te doen, welke dan via de credietverstrekkende in
stelling betaald kunnen worden en hij op gezette tijden
sommen int, die dan op een rekening-courant in zijn credit
kunnen worden geboekt.
Buiten kader van de Boerenleenbank.
In het algemeen verleent een Boerenleenbank zoo'n
crediet niet, daar het feitelijk buiten haar kader valt.
Klopt een aannemer al eens een enkele maal bij een
Boerenleenbank om zoo n crediet aan, dan wordt dit dan
ook maar in zeer speciale gevallen verleend Wanneer het
b.v. een zeer betrouwbaar, te goeder naam en faam bekend
staand dorpsgenoot is, dien men om bijzondere redenen wil
helpen en terwille zijn.
Men zij hiermede echter niet te scheutig.
Risico's en dekking.
Van tevoren zal de aannemer een begrooting hebben op
gemaakt, wat hem het werk moet kosten en onder de
inschrijvingssom zal hij een zekere winstmarge begrepen
hebben.
Ook mogelijke risico's zullen in deze begrooting verdis
conteerd zijn, zooals b.v. tusschentijdsche prijsstijging der
bouwmaterialen.
De Boerenleenbank die het crediet verleent, zal vanzelf
sprekend zekerheid vragen voor de betaling van alles, wat
de aannemer uit het crediet schuldig wordt en het ligt voor
de hand, dat die zekerheid in dezen vorm wordt gegeven,
dat de aanbesteder de sommen die hij ter zake van het uit
te voeren werk aan den aannemer schuldig wordt, uitbe
taalt aan de Bank, m.a.w. dat de credietnemer zijn vor
dering op den aanbesteder aan de Bank cedeert.
Hetgeen dan later méér door de Bank ontvangen is dan
de aannemer haar schuldig was, staat als creditsaldo op
zijn rekening-courant.
Alle betalingen die hij ter zake van het aangenomen
werk heeft te doen, zullen zooveel mogelijk via de Bank
moeten geschieden, gelijk in de acte van credietverleening
is bepaald.
Wanneer het werk beëindigd is, zal er dus wel niet veel
meer te betalen zijn en als de rekening-courant dan een
saldo te zijnen gunste aanwijst, dan is dat zijn winst.
Theorie.
Zoo beschouwd lijkt dit voor de Bank een transactie,
waaraan geen enkel gevaar is verbonden De Bank moet
er natuurlijk steeds voor zorgen bij het verleenen van zoo
danige credieten, dat er een behoorlijke marge bestaat
tusschen het maximum tot waar de aannemer mag gaan
en het totaal van de tot zekerheid gecedeerde vorderingen,
doch wanneer aan deze voorwaarde is voldaan, schijnt er
geen vuiltje aan de lucht te zijn.
Praktijk.
Helaas, de practijk heeft anders uitgewezen.
Gelijk reeds vermeld, heeft de aannemer in zijn, aan de
hand van bestek en voorwaarden gemaakte begrooting,
rekening gehouden met mogelijke tegenslagen. Wanneer
die tegenslagen echter zoo groot blijken te zijn, dat zij de
daarvoor op de begrooting uitgetrokken schadepost over
schrijden, moet de aannemer een deel van zijn winst mis
sen worden zij nog iets grooter, dan verkeert een moge-
lijke winst in verlies en het werk, waaraan hij hoopte te
verdienen, wordt een strop voor hem, een strop waarin
de Boerenleenbank deelt, althans gevaar loopt te deelen,
tenzijja, tenzij er andere zekerheid is gesteld naast
de cessie der aannemingssom.
Nu ja, zal men zeggen, zoo'n vaart zal het zoo gauw niet
loopen. De Boerenleenbanken verleenen ook niet blinde
lings crediet. Er wordt wel degelijk gekeken naar den per
soon van den aannemer, er wordt op gelet of hij capabel is
de door hem aangenomen werkzaamheden te verrichten.
Dat alles willen wij gaarne gelooven, maar er kunnen
zich omstandigheden voordoen, die men van tevoren niet,
of lastig zal kunnen voorzien.
Wij halen hieronder een voorbeeld aan, dat aan de prac
tijk ontleend is.
Een aannemer had een crediet bij een Boerenleenbank,
ter financiering van een door hem aangenomen bouwwerk.
Als eenige zekerheid had de Boerenleenbank een cessie
der aannemingssom. Toen een deel van het werk was op
geleverd, werd dit afgekeurd op grond van technische
details, die er verder niet toe doen en hij kon overnieuw
beginnen. Gevolg Een massa onkosten, waarop hij niet
had gerekend. Een zijner schuldeischers, die bang was,
niets meer van zijn geld te zien, vroeg tot overmaat van
ramp 's mans faillissement aan, dat werd uitgesproken. De
Curator achtte het niet in het belang van den boedel, het
werk verder uit te voeren de aanbesteder kortte, gelijk
in de voorwaarden was bedongen, 10% van de aannemings
som en betaalde vanzelfsprekend de verdere termijnen
niet uit. Een kleine uitkeering uit het faillissement volgde
en daar zat nu de Boerenleenbank met de gebakken peren
en een oninbare vordering
Het is geenszins de bedoeling, het aannemerscrediet in
„discrediet" te brengen. Doch wij adviseeren Verleent dit
niet alleen onder zekerheid van cessie der aannemingssom
Gelijk in de practijk is gebleken, is hieraan een groot risico
verbonden. Eischt daarnaast een andere zekerheid, b.v. een
soliede borg of een hypotheek.
Misschien zijn er onder de bij de Centrale Bank aange
sloten Boerenleenbanken sommigen, die zeggen Wij heb
ben steeds goede ervaringen opgedaan met het verleenen
van aannemerscredieten met cessie als eenige zekerheid.
Wij kwamen nooit bedrogen uit
Laten zij bedenken, dat men de put beter kan dempen
vóórdat het kalf verdronken is.
Wie zich aan een ander spiegelt, sp'egelt zich zacht
en de dekking van hei Oorlogsrisico
door deze Maaischappij.
Er is in den laatsten tijd veel geschreven en gesproken
over het oorlogsrisico, speciaal in verband met de levens
verzekering.
Wij hebben, evenals waarschijnlijk verscheidene onzer
Boerenleenbanken, ons afgevraagd, of de regelingen, di?
verschillende levensverzekering-maatschappijen ter dekking
van dat risico hebben getroffen, ook van invloed zouden
kunnen zijn op de in pand gegeven polissen bij de Boeren
leenbanken.
Het ligt in onze bedoeling in de nieuwe druk van het
Handboekje een beschouwing over het onderwerp op
te nemen.
Mocht men intusschen van meer nabij met deze aan
gelegenheid te doen krijgen, hetgeen wij niet waarschijnlijk
achten, dan legge men dat speciale geval even aan ons voor.