DE RAIFFEISEN-BODE Het is voor het actieve bedrijf van een Boerenleenbank noodzakelijk, dat zij beschikt over een vaste kern van blijvende spaargelden. En de ondervinding heeft geleerd, dat onze Banken, ook in roerige tijden, kunnen bouwen op het grootste deel der kleinere bedragen aan spaargelden, terwijl in zulke tijden de grootere bedragen nog al eens ongedurig bleken. Vervroegde aflossing van Hypotheken. 83 te verdienen. Deponeert de Bank de door hooge rente aan getrokken gelden tóch bij de Centrale, dan is het niet onmo gelijk, dat deze bij eenigszins ruime toevloeiing van der gelijke gelden weer genoodzaakt wordt tot renteverlaging, waardoor het verlies voor de betrokken Banken grooter wordt en ook andere rustig werkende en deponeerende Banken worden getroffen. Zoekt de Bank een anderen uitweg en tracht ze de over tollige gelden met winst te spuien door het verleenen van voorschottenen credieten, dan is het gevaar niet denkbeeldig dat bij een dergelijke, eenigszins geforceerde credietverlee- ning de beide hoofdbeginselen der bankpolitiek, n.1. soliditeit en liquiditeit of één dezer, in het gedrang komen. Een ander nadeel van een te hoog gestelde creditrente is de noodzaak,wil de reservevorming er niet onder lijden de rente voor debiteuren hooger te stellen dan noodzakelijk en gewenscht is, vooral in de huidige omstandigheden. Het gevaar van een te lage rente in verhouding tot den algemeen geldenden rentevoet voor gedeponeerde gelden zou ongewenschte afvloeiing tengevolge kunnen hebben, waardoor de reeds bestaande credietverleening in het ge drang zou kunnen komen. Het klinkt wel eigenaardig, dat wij bij de momenteele geldruimte spreken over het gevaar van een te lage rente. Toch kan inderdaad voor één categorie van gelden een te lage rentevergoeding bezwaarlijk zijn. Daarmede bedoe len wij de categorie van vaste, blijvende spaargelden tot niet te groote bedragen. Een behoorlijke rente te vergoeden voor de eerste categorie komt ons dan ook voor zeer gewenscht te zijn, zelfs in deze tijden. Moet men besnoeien ter wille van de rentabiliteit, dan doe men dit op de grootere, ongedurige, gelden. De Bank houde zich, vooral in bijzondere tijden van groote geldruimte, bij het vaststellen der rente het recht voor, nieuwe inlagen of groote bedragen te weigeren of een lagere rente er over te vergoeden dan werd aangekondigd. Om rustige beleggers te houden moet er voorts naar ge streefd worden de rentevergoeding voor de „echte" spaar gelden zooveel mogelijk stabiel en op een niet te hoog peil te houden. De rente voor credit-saldi in rekening-courant (de credit rente dus) kan o.i. lager zijn dan die voor spaargelden, omdat men hier veelal met tijdelijke bedrijfsoverschotten en vluchtige gelden te doen heeft. Men zal ons hier wellicht tegenwerpen, dat de betrokken rekening-couranthouders vaak leden zijn; maar dit neemt niet weg, dat dergelijke gelden, waarop geen staat gemaakt kan worden en die dus niet voor voorschot- en crediet verleening of voor belegging in aanmerking komen voor de Boerenleenbanken (vooral in tijden van geldruimte) van minder belang zijn, dan de spaargelden met blijvend karak ter. De waardeering, uitgedrukt in de rentevergoeding, kan dus ook minder zijn, zelfs al waren bedoelde spaargelden afkomstig van niet-leden. Overigens is het billijk, dat de leden voor gelijksoortige gelden een iets hoogere rente-vergoeding ontvangen dan niet-leden. Loffelijk noemen we het streven van Boerenleenbanken, die ter verbetering van haar liquiditeits-positie, trachten gelden op langen termijn op te nemen. b.v. voor een jaar vast of met een jaar opzegging. Het is ook billijk, dat men over die gelden een hoogere rente vergoedt dan voor de dagelijks opzegbare spaargelden. Veel minder reden bestaat er om voor 3-maands of 6-maands- gelden een hoogere rente uit te keeren. Overleg met naburige banken. Zeer belangrijk is het om bij de vaststelling van de rente voor gedeponeerde gelden overleg te plegen met de naburige Banken. Daardoor komt er ook meer lijn in de rentepolitiek bij onze Banken en verdwijnen de scherpe kanten van onder linge concurrentie. Zoo achten wij eveneens een dergelijk contact met Nuts- spaarbanken en andere plaatselijke spaarinstellingen zeer aanbevelenswaardig. Een felle concurrentie tusschen plaatse lijke spaargelegenheden kan niet in het belang zijn van onze Banken, omdat het meestal gaat ten koste van een behoor lijke reservevorming. Zou men niet tot overeenstemming kunnen komen, dan moet men toch vooral niet in de groote fout vervallen tegen elkaar op te gaan bieden. Ten slotte zal niet die instelling het pleit winnen, die een abnormaal- hooge rente vergoedt, maar zij, die rustig en weloverwogen haar rentevergoeding vaststelt en zoodoende haar positie weet te versterken. Bepaling van rente voor voorschotten en debetsaldi in loopende rekening. Heeft men met inachtneming van bovenstaande richtlijnen de rentevergoeding voor gewone spaargelden, jaargelden en deposito's in loopende rekening bepaald, dan zal men moeten begrooten, welke uitgaven daarmede in de komende periode gemoeid zullen zijn. Daarna kan men, met inachtneming van hetgeen we in het begin schreven over noodzakelijke reservevorming, be palen, welke rente gevraagd zal moeten worden van voor schot- en credietnemers. Hierbij moet men natuurlijk uit gaan van globale, gemiddelde cijfers van uitstaande voor schotten en debet-saldi in loopende rekening, terwijl ook de rente-inkomsten uit het tegoed bij de Centrale Bank en de inkomsten uit beleggingen moeten worden geraamd, Een eenvoudige wijze om tot beantwoording te komen van de vraag, welke rente voor voorschotten en debetsaldi in rekening-courant moet worden gevraagd, is nu o.i. de volgende Bij het totaal geschatte bedrag aan uit te keeren credit rente telt men het bedrag der onkosten en het bedrag der noodzakelijk te maken jaarlijksche winst ter versterking van de reserve, welke versterking o.i. tenminste l/2 van het balanstotaal moet bedragen. Stellen we het bedrag der te vergoeden rente voor spaargelden en deposito's b.v. op 16.000. dat van de onkosten op 3.500. en dat van de te maken winst eveneens op 3.500. dan zal het totaal der lasten plus winst zijn 23.000^- Wanneer de inkomsten uit het saldo bij de Centrale Bank en van overige beleggingen bere kend worden op een bedrag van 5.000. dan zullen de baten uit rente en provisie voor voorschotten en credieten ten minste 18.000. behooren te bedragen. Een dergelijke begrooting is ook van belang voor de controle op de werkelijk ontvangen en uitgegeven rente. Het is tevens interessant om na te gaan, welke oorzaken eventueel hebben geleid tot een afwijking van de werkelijk ontvangen en uitgegeven bedragen en de bedragen, die be groot waren. Is het gewenscht om vervroegde aflossing van hypotheken tegen te gaan De Boerenleenbanken bestaan ten behoeve van haar voor- schot- en credietnemers. Het nastreven van eigen belang of van het belang van aandeelhouders is haar vreemd. Hieruit is o.m. te verklaren de zinsnede, die voorkomt in art. 37 der Statuten onzer Boerenleenbanken, luidende: „Vroegere terugbetaling dan bij de akte is overeengekomen, is altijd geoorloofd Wil een schuldenaar dus tot vervroegde aflos sing overgaan, dan mag de Bank deze niet weigeren, ook al levert de vervroegde aflossing nadeel voor haar op.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1939 | | pagina 3