AIFFEISEN-BODE
HET BEHEER EENER BOERENLEENBANK
OFFICIÉÉL ORGAAN VAN DE
COÖPERATIEVE CENTRALE
RAIFFEISEN-BANK TE UTRECHT
INHOUD:
REDACTIONEEL GEDEELTE.
Zie Mededeelingen op blz. 86
REDACTIE EN
ADMINISTRATIE
KR NIEUWE
GRACHT 29
UTRECHT
TELEF
1 5867
VIER EN TWINTIGSTE JAARGANG No. 10
APRIL 1939
VERSCHIJNT DEN EERSTEN
VAN IEDERE MAAND
ABONNEMENT F 0.50 PER JAAR
LOSSE NUMMERS 10 CENT
FRANCO PER POST
a. Redactioneel Gedeelte. IHet beheer eener Boerenleen
bank (vervolg). 2. Vervroegde aflossing van hypotheken.
3. Moeilijkheden van betaling door in Duitschland wo
nende debiteuren of borgen. 4. De jaarcontrole. 3. Het
maken van notulen. 6. Geld- en Effectenmarkt.
b. Mededeelingen. I. Sluiting kantoor. 2. Vergaderingen.
3. Spreekuren Juridisch Bureau. 4. Een goede gewoonte.
3. Een schip op strand, een baken in zee.
c. Uit onze Boerenleenbanken. 1. Jubileum St. Laurens.
2. Jubileum Hoogkarspel 1.
d. Advertenties.
Rentepolitiek.
Bij het bepalen van de rentepolitiek moet rekening ge
houden worden met het zelfstandige karakter en het bijzon
dere doel der Boerenleenbanken, met den aard van haar
bedrijf, haar organisatie in de Centrale Bank en haar ver
binding met de geld- en beleggingsmarkt door middel van
de Centrale.
Zelfstandige rente-bepaling.
De Boerenleenbanken zijn zelfstandige instellingen, waar
bij zelfbestuur en zelf-verantwoordelijkheid op den voor
grond staan. De beslissing over de voorwaarden, waaronder
gelden worden opgenomen en uitgeleend, is sinds de
statutenwijziging in 1925 niet meer in handen van de Alge-
meene Vergadering der leden, maar in die van het Bestuur
en Raad van Toezicht der Banken, zonder directe mede
zeggenschap van de Centrale Bank.
Verband iusschen doel en rentevoet.
Het doel der Boerenleenbanken is in de eerste plaats
verbetering der bedrijven van haar leden, zulks in tegen
stelling met dat van de commerciëele Banken, die nood
zakelijk naar winst moeten streven om deze voor een goed
deel aan de aandeelhouders, meest niet-cliënten, te kunnen
uitkeeren. Vindt er geen voldoende uitkeering plaats, dan
wordt het bezit van aandeelen in de betrokken Bank niet
aantrekkelijk; koersdaling, met minder vertrouwen als ver
moedelijk gevolg, is niet uitgesloten.
Winstvorming ter uitkeering van dividenden en tantièmes
is aan de Boerenleenbanken en aan de Centrale Bank
vreemd. Zij hebben niet dien kenmerkenden egoïstischen
trek van de commerciëele banken; bij haar staat onderling
hulpbetoon op den voorgrondzij kenmerken zich door haar
altruïstisch karakter.
De rentetarieven der Boerenleenbanken worden uit den
aard der zaak zoodanig bepaald, dat de leden er baat bij
vinden (terwijl de commerciëele banken de rentetarieven uit
een oogpunt van eigen baat vast stellen). Daarbij moet
echter vooral niet uit het oog verloren worden, dat de leden,
hetzij ze gelden toevertrouwen, hetzij ze gelden opnemen,
ook als aansprakelijke personen het hoogste belang er bij
hebben, dat de innerlijke, finantiëele positie van de Bank
hecht en sterk is, zonder rekening te houden met de aan-
(Vervolg.)
sprakelijkheid, welke een, buiten de risico's van het bedrijf
der Bank vallende, bijzondere waarborg beteekent voor de
spaarders. Die innerlijk sterke positie van de Bank bereikt
men, behalve door het betrachten van de uiterste voorzich
tigheid bij het uitzetten van gelden, door versterking van de
reserve. Die versterking zal alleen in voldoende mate moge
lijk zijn, wanneer het verschil tusschen de rente voor ge
deponeerde gelden en die voor uitgezette gelden zoodanig
wordt bepaald, dat er na aftrek van onkosten en afschrij
vingen een behoorlijke winst overblijft.
De Boerenleenbanken verkeeren, vergeleken met de com
merciëele banken, in de gelukkige omstandigheid, dat de
risico's beperkter zijn, dat er geen uitkeering van dividend
of tantièmes behoeft plaats te hebben en dat de onkosten
beduidend lager zijn als gevolg van de eenvoudige huisvesting
en het onbezoldigd beheer.
Daarom behoeft het verschil tusschen debet- en creditrente
bij onze Boerenleenbanken niet zoo groot te zijn als bij de
commerciëele banken.
Rentepolitiek en reserve-vorming.
Men hoede zich er echter voor niet in een ander uiterste
te vervallen en dit verschil te laag te stellen, zoodat de toe
voeging aan de reserve te gering wordt.
Enkele malen hoort men nog de opmerking, dat het in
strijd zou zijn met het systeem, indien een behoorlijke winst
gemaakt wordt. Zij, die zoo spreken, zijn niet degenen, die
zich van hun verantwoordelijkheid bewust zijn en zij geven
ook geen blijk met het streven van Raiffeisen op de hoogte
te zijn.
Raiffeisen was een nobel man met een hoog verantwoor
delijkheidsgevoel, geen fantast, die het er maar op waagde
en het eindje den last wilde laten dragen.
Hij heeft dan ook steeds geijverd voor het vormen van
een behoorlijke reserve, terwijl hij zich zeer wel ervan bewust
was, dat deze reservevorming niet mogelijk is zonder vol
doende speling tusschen debet- en creditrente.